Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Stadgasten (2009)

Informatie terzijde

Titelpagina van Stadgasten
Afbeelding van StadgastenToon afbeelding van titelpagina van Stadgasten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.96 MB)

Scans (7.05 MB)

ebook (3.20 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Stadgasten

(2009)–Sybren Polet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 42]
[p. 42]

De sluipwesp

We keken beiden met een wantrouwige blik naar de lucht alsof daar ons verleden zich zou ontladen, over een minuut of tien of hooguit over een half uur, niet later. Een mens kan soms merkwaardig zeker zijn van zichzelf of van de natuur; hij meent dan de tekenen juist te kunnen duiden en als hij er toch naast zit - minder dan de helft van het aantal keren! - dan heeft hij ze misschien wél goed geduid, alleen waren er andere factoren in het spel die hij niet kende of wier kracht hij onderschatte. Dit keer wisten we het beiden zeker.

- Wat hebt u eigenlijk gedaan voor u met de vut ging, vroeg ik, wat was uw beroep?

- Ik was een hoge ambtenaar op het ministerie van Welzijn en Milieuzaken, maar ze hebben me er voortijdig uitgewerkt. Ik had een totale reorganisatie uitgedokterd, maar dat stond de heren niet aan. Veronderstel dat er te veel gezonden kwamen! Dat kostte hun hun baan. De zieken aan de macht! dat was hun motto! Dat is humaan, of post-humaan of hoe ze het mogen noemen. Kijk, wat ze van de samenleving terecht hebben laten komen! En dan de corruptie, die was langzamerhand uitgegroeid tot ondraaglijke proporties, althans voor een geestelijk gezond mens. Voor alles moest iets betaald of ‘ingeleverd’ worden, voor wat hoort wat, op z'n Italiaans, hetzij in de vorm van geld of bewezen diensten of populariteit, hetzij in de vorm van energie - de bloedzuigers! -, sympathie, aanzien of afhankelijk-

[pagina 43]
[p. 43]

heidsrelatie, afbraak van emotie, verraad van vriendschap. Lama lama lama sabachtani! En elders is het niet veel beter, de hele wereld koopt elkaar op de een of andere manier om, alleen, in je onmiddellijke omgeving komt het harder aan.

- Dat begrijp ik, zei ik.

- Dat is mooi. En toch heb ook ik er iets aan overgehouden.

- Wat dan?

- Toen ik wegging, weg moest was ik half leeggezogen, als een levende rups waarin een sluipwesp zijn eitjes heeft gelegd en die weldra dienst gaat doen als een levende provisiekast. Eerst wordt de rups door een steek in zijn centrale zenuwstelsel verlamd zodat hij niet weg kan kruipen. Daarna wordt hij langzaam opgesoupeerd. Dat is de veel bejubelde natuur! En zo verging het mij ook, zo vergaat het ons op den duur allemaal. We eten elkaar leeg bij het leven. Hij zuchtte. - Met moeite is het mij daarna gelukt mijn leegte weer te vullen met wereld en leven en daar ben ik nog mee bezig.

De niet zo oude heer Grunsven nam mij met begerige ogen op en likte zijn lippen. - Wees niet bang, zei hij, een klein hapje maar, en ik betaal alles met verbale interest terug.

Ik lachte zoetzuur.

We keken weer even naar de dreigende lucht met zijn onbetrouwbare tekensysteem. Het maakte ons onrustig.

- Soms krijg je de indruk dat er iedere week wel iemand in deze straat verhuist, zei de niet zo oude heer Grunsven, mensen gaan, mensen komen, en een enkele keer zijn het dezelfden.

- Dezelfden?

- Ja, zei de heer Grunsven, tweemaal in enkele jaren meegemaakt. Een gezin vertrekt - de verhuiswagen volgeladen met huisraad en troep - man, vrouw, dochter, twee doerak-

[pagina 44]
[p. 44]

ken van zoons - en de volgende dag staat dezelfde verhuiswagen weer voor de deur en laden ze alles weer uit. Echt waar. Misschien alleen één andere zoon, daar heb ik niet zo goed op gelet, je houdt die kleine etters niet zo goed uit elkaar.

- En de tweede keer?

- Van hetzelfde laken een pak: nog jonge man, jonge vrouw en een driejarige koter. Maar dit keer zou ik zweren dat het 't kind van een ander was, zelfs een jaartje of zo ouder en met een wat andere huidskleur of huiskleur.

- Er gebeuren hier vreemde dingen in de straat, zei ik.

- Zeg dat wel, zeg dat wel, zei de heer Grunsven. De laatste die hier onderdak heeft gevonden is trouwens ook een vreemde snuiter, een eenzaad, helemaal het huis voor zich alleen, nou, dan weet je 't wel. De eeuwige onmin met de wereld die er permanent schuld aan heeft dat hij erin moet leven kan hij spontaan uitleven zonder dat iemand het merkt. Een favoriet tijdverdrijf van hem is wespen vangen. Hij zet tien lege jampotjes op de tuintafel, elk met een kwakje honing erin. Als er een aantal wespen in de pot zitten doet hij het deksel erop. De volgende dag kan hij dan in tien potten de doodsstrijd volgen van tientallen wespen die zich te goed doen, respectievelijk zouden kunnen doen aan hun favoriete voedsel. Het is bijna emblematisch voor deze wereld. En misschien doet hij het daarom ook wel.

- Niet omdat hij vroeger als kind zelf door wespen gestoken is?

- Iedereen wordt door wespen gestoken, dat is het niet.

- In ieder geval kun je niet zeggen dat het onopgemerkt blijft, zei ik.

De heer Grunsven deed of hij mijn woorden niet hoorde en herhaalde: - Vreemde snuiters heb je hier in de straat. Bij een andere eenzaad hingen er op de ochtend nadat hij zich hier genesteld had een stuk of twaalf kapotjes aan de waslijn te drogen en de daaropvolgende dagen ook weer

[pagina 45]
[p. 45]

een stuk of acht à tien. Zou ook een onanist tegenwoordig kapotjes gebruiken? vroegen we ons af, want we hadden niemand bij hem naar binnen zien gaan.

- En wat was de conclusie?

- Geen conclusie, zei de heer Grunsven. Maar toen een van ons op een dag dat de man afwezig was de gummiwaren inspecteerde bleken er in alle condooms gaatjes te zitten, de smeerlap. Hij bevruchtte stiekem de ruimte, het niets, terwijl het niets dacht dat het veilig was en dat tien, twaalf keer in een etmaal. Grotere schanddaad heb ik in mijn leven nooit meegemaakt! Wel was het ons nu tenminste duidelijk waarom hij ze vaker dan een keer gebruikte. Het was hem gewoon te duur. Te duur! Maar niet de lege flessen in de glasbak deponeren, o nee, dat was 'm te veel werk. Geen enkel sociaal gevoel. Achterbaks het niets bevruchten en wie weet besmetten, want het zit er dik in dat hij zéropositief is.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken