Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Mengeldichten (3 delen) (1716-1722)

Informatie terzijde

Titelpagina van Mengeldichten (3 delen)
Afbeelding van Mengeldichten (3 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Mengeldichten (3 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.14 MB)

ebook (3.07 MB)

XML (0.46 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Mengeldichten (3 delen)

(1716-1722)–H.K. Poot–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Tweede Antwoort.

 
't Aeloude Sardis, dat weleer zyn hooge muuren
 
Van Hermus en Paktool vergulden zagh en schuren,
 
Wert entlyk overstreên, gemartelt, omgeramt,
 
Van torenkroon ontbloot, tot gruis en stof gestampt;
 
Toen 't barnende onweêr, dat uit Persen op quam dagen,
 
Met dolle donders en verwoede blixemslagen,
 
(Een bystre krygsbui) zelf het Lydiaensche hof,
 
Dat hier zoo heerlyk rees, afgryslyk neep en trof;
 
Terwyl vorst Krezus, wien 't ontzach der tulbantkroone
 
Alreets ontvallen was, met zynen stommen zone,
 
(Rampzaligh wicht, eilaes!) in eenen schuilhoek zat,
 
En 't jongste snikken zagh van zyn geplette stadt;
 
En hoe de Persen hem den schepterstaf ontwringen.
 
Zoo rolt de heerschappy beneên de manekringen
 
Gestadigh op het radt van 't weiflende Avontuur.
 
Wat staet staet vast genoeg in 't oorlogsblixemvuur?
 
Maar gy, ô koningkryk en zalige landouwen
 
Van Lydië, wat moet ge al jammeren aenschouwen
 
Goutryke stroomen, och! hoe deerlyk wort uw nat
[pagina 29]
[p. 29]
 
Geverft van 't zacht robyn, dat uit de strotten spat
 
Van hun, die vry en vrank, uw levend marmer dronken,
 
Eer hier, ter quader uur, vorst Cyrus sabels blonken!
 
Wat draegt uw vette zoom, daer berg- en akkeroegst
 
Door 't vyantlyke heir getrapt legt en verwoest,
 
Al bosschen op zyn' rugh van roode legervanen!
 
Hoe draeft de ruitery der felle Persianen!
 
Schuil, Krezus. ziet ge niet hoe gins een moortgriffoen
 
Zyn hongrigh zwaert met bloet van 't hofgezin durft voên?
 
U zelf onwetend dreigt? maer, Zangnimf, zacht. ô wonder!
 
Daer spreekt de stomme Prins, die dus lang 't leven zonder
 
Bespraektheit slyten most en nooit verstaenbaer sprak,
 
Tot hy met deze tael des krygsmans aenslagh brak:
 
Och! och! vermoort toch niet myn' koningklyken vader.
 
Een tedre vaderliefde ontbont hem zeên en ader,
 
Die in volwasse jeugt het logge spraeklit dwong.
 
Maar, schoon de vorst hier door de dolkpunt al ontsprong,
 
Hy wert nochtans geboeit, wat wreetheit! welke rampen!
 
Om op een houtmyt met een brandend vier te kampen.
 
ô Droevigh nootlot voor een hooggebore ziel!
 
De zoon van Krezus sprak toen 's vaders staet verviel.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken