Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zanglievende uitspanningen (1788)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zanglievende uitspanningen
Afbeelding van Zanglievende uitspanningenToon afbeelding van titelpagina van Zanglievende uitspanningen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.75 MB)

Scans (7.28 MB)

XML (0.26 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zanglievende uitspanningen

(1788)–Olivier Porjeere–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 140]
[p. 140]

Tweede lentezang.

 
Welkom Lente!
 
Die de rente
 
Aan den Tuinman gul belooft;
 
Lammers springen,
 
Pluimen zingen,
 
Daar de zon de kropsla stooft:
 
Volle Lindenknopjes zwellen.
 
't Vinkje gaat zijn vreugd vertellen;
 
Hofheers tulpje,
 
Veldmans stulpje
 
Lagchen naast mijn Oosterhoofd.
[pagina 141]
[p. 141]
 
Puik der stroomen,
 
'k Zag de boomen
 
Van het overmaassche land,
 
Met mijn linden,
 
Uwe vrinden,
 
Jongst nog treuren langs het strand;
 
'k Zag, in een der winterweeken,
 
't Kort begrip van IJslands streeken;
 
Barre dagen
 
Noordsche vlaagen
 
Teisterden uw' killen kant.
 
 
 
'k Stond te kijken
 
Op de dijken
 
Van den zaamgekruiden last,
 
Norsche buiën
 
Kraakend kruiën
 
Hielden oog en aandacht vast;
 
Grijze meeuwen - schorre kraaiën,
 
Hoorde ik krassen - zag ik zwaaiën,
 
Witte vlokken,
 
Winterschokken
 
Plaagden visscher - zeil - en mast.
[pagina 142]
[p. 142]
 
All' de Buizen
 
All' de Huizen
 
Hadden eene witte huid,
 
Schepen konden
 
Stijf gebonden
 
Onze Haven in noch uit:
 
'k Dagt: de baarsjes zullen smooren,
 
Met den spiering - snoek - en voren,
 
Golfjes gaven,
 
Diep begraaven
 
Onder 't ijs, geen stroomgeluid.
 
 
 
't Lief geklater
 
Van dit water,
 
Bleef door stollend ijs gestaakt;
 
De ijsfiguuren
 
Zijn door 't schuuren
 
Kunstig tot een grot gemaakt;
 
'k Zag geen kiel op de Ebbe glijden,
 
Of, bij vloed de baaren snijden;
 
't Onweêr schreeuwen
 
Van de Meeuwen
 
Gilde, daar de Maasrug kraakt.
[pagina 143]
[p. 143]
 
't Alvermoogen
 
Straalde in de oogen,
 
Nevel hing gelijk een doek;
 
Donkre dagen,
 
Winterplaagen
 
Dreeven mij ten warmen hoek;
 
Maar, na al het lijdzaam hoopen,
 
Zet de Lente een troostdeur open
 
Brengt aan landen
 
Aan waranden
 
Maas en schans een blij bezoek.
 
 
 
't Lentedagje
 
Geeft een lachje,
 
Nu de vloed zijn vrijheid vind;
 
Waterrotzen,
 
Steile schotzen
 
Wijken met den dollen wind;
 
Maasluchts klein, maar zoet Prieeltje,
 
't Oosterhoofd, mijn schouwtooneeltje,
 
Brengen wenken
 
Om te denken,
 
Dat vernieuwde vreugd begint.
[pagina 144]
[p. 144]
 
Hoentje en haantje,
 
Eendje en zwaantje
 
Roepen Lente! wellekom!
 
Ojevaartje,
 
Koddenaartje
 
Zoeken Bruid en Bruidegom:
 
Vrouw Natuur viert, wel te vreden,
 
Bót aan zagte vrolijkheden;
 
Onder 't stoeiën,
 
Zien de koeiën
 
Naar het wagtend grasland om.
 
 
 
Wilgen tronkjes
 
Laage stronkjes
 
Huppelen met Hofheers laan;
 
't Klimmend kruintje
 
Blijft in 't tuintje
 
Vergenoegd op 't steeltje staan;
 
Rijke persikboompjes bloeiën,
 
Zwangre peerenknopjes groeiën;
 
Violetjes,
 
Zuuringbedjes,
 
Zien mij geurend vriendlijk aan.
[pagina 145]
[p. 145]
 
Anemoontjes,
 
Roozenkroontjes,
 
Maagdeliefjes kijken uit;
 
't Lindenblaadje,
 
't Kropsalaadje,
 
Pronken naast het boonenkruid:
 
Aardrijk krijgt een ander leeven,
 
Velden - hoven - wandeldreeven,
 
Beemd en weide,
 
Struik en heide,
 
Leeven onder 't pluimgeluid.
 
 
 
Welk een goedheid,
 
Welk een zoetheid,
 
Ademt zulk een voorsaizoen!
 
Stedelingen,
 
Zegeningen,
 
Wagten u in 't malsche groen:
 
Goedheid wil de ijskoude winden
 
In hunn' binnenkamers binden;
 
't Zomerkoeltje
 
Wiegt het stoeltje
 
Werwaart zich de bijtjes spoên.
[pagina 146]
[p. 146]
 
Schilderijën,
 
Melodijën,
 
Houden oogen - ooren vast;
 
Wijze schikking
 
Schenkt verkwikking
 
Daar het tuinbanketje wast.
 
Lente, deur der zomeruuren!
 
Hartvriendin der veldgebuuren!
 
Snaarenwekster!
 
Aandachttrekster
 
Hier, hier gaat de geest te gast.
 
 
 
'k Wij mijn klanken,
 
In mijn danken,
 
Aan die Oppermajesteit,
 
Die haar straalen
 
Af laat daalen
 
Op het vee, dat zingt en weid;
 
Die zich minzaam wil ontfermen,
 
Al 't Geschapendom beschermen.
 
'k Zing haar daaden,
 
'k Eer haar paden,
 
Paden vol meêdoogenheid.
[pagina 147]
[p. 147]
 
God van zegen!
 
Wijze wegen
 
Blinken in 't saizoenbestuur;
 
Donkre dagen,
 
Die ons plaagen,
 
Wijken voor het zomeruur;
 
Laat uw geest, in dorre tijden,
 
Door zijn gunst mijn hart verblijden!
 
Levenskragten
 
Blijf ik wagten,
 
Bij het Lentezonnevuur.
 
 
 
Zon van 't leeven!
 
Die de dreeven
 
Van uw Siön juichen doet;
 
Zon der hoven!
 
't Koestrend stooven
 
Maakt onvruchtbre harten goed:
 
Goël! Zielzon! doe mij bloeiën!
 
Door uw' invloed zal ik groeiën;
 
Salems zegen
 
Zij mijn regen!
 
Pluk dan vrucht in overvloed.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken