Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Over-Ysselsche sangen en dichten (1930-1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van Over-Ysselsche sangen en dichten
Afbeelding van Over-Ysselsche sangen en dichtenToon afbeelding van titelpagina van Over-Ysselsche sangen en dichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.47 MB)

Scans (21.47 MB)

XML (1.34 MB)

tekstbestand






Editeur

W.A.P. Smit



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Over-Ysselsche sangen en dichten

(1930-1935)–Jacobus Revius–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Troudicht op de bruyloft des eerweerdigen wel-geleerden godsaligen D. Iodoci Ekelii,

Getrou bedienaer des Godlijcken Woorts tot Deventer ende der eerbare deuchdrijcke jonge dochter Hilleken van Deth.
Gehouden den 5. Febr. 1637.Ga naar voetnoot*

 
I.
 
Onsienelijcke Son, die door u helle stralenGa naar voetnoot1
 
De sienelijcke Son doet lichten overal,
 
Waer door de luwe lent geeft bloemen sonder tal
 
En wackert onder t'loof de fiere nachtegalen:Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Indien een heusche beed' oyt gonste con behalen,Ga naar voetnoot5
 
En t'Vaderlijcke hert u immermeer ontstal,Ga naar voetnoot6
 
Ghy die des hemels heyr stiert nae u wel-gevalGa naar voetnoot7
 
En, als het u belieft, doet rysen en doet dalen:Ga naar voetnoot8
 
Versoet de felle wint, weer-hout de rouwe snee,
10[regelnummer]
En door een soete locht, ter eeren van dees tweeGa naar voetnoot10
 
Beschilderet het velt met cruyden ende bloemen:
 
Op dat dees hooge dach, waer in de liefde bindtGa naar voetnoot12
 
Helena in der echt met Ekel haren vrint
 
Men het geheele jaer mach wel geluckich noemen.
 
 
 
II.
15[regelnummer]
Een averechten naem aen Eva is ghegeven,
 
Als sy (door wien de doot eerst inde werelt quam,
 
En over man en wijf de heerschappije nam)Ga naar voetnoot16-17
[pagina 185]
[p. 185]
 
Een moeder wiert genaemt van alle die daer leven.Ga naar voetnoot15-18Ga naar voetnoot18
 
Hier door is Lycidae sijn herderin ontdreven,Ga naar voetnoot19
20[regelnummer]
En door een rouwen slach benomen vrucht en stam,Ga naar voetnoot20
 
Dies in een tranen-see sijn droevich ooghe swam
 
Hem siende troosteloos en hulpeloos gebleven.
 
Staeckt, herder, uwen rou, beteugelt u geween:
 
Een tweede hoederin stel u gemoet te vreenGa naar voetnoot24
25[regelnummer]
In hope van soo haest niet wederom te scheyden.
 
Is Eva, soo ghy segt, de moeder van de doo'n,Ga naar voetnoot26
 
Dees sal, gelieft het Godt, met eenen jonghen soon
 
Vernieuwen nae de doot het leven van u beyden.Ga naar voetnoot28
 
 
 
III.
 
Terwijl haer gouden glans de fackelen uytbreyden,
30[regelnummer]
Terwijle spel en sanck liet hooren sijn geluyt,
 
Terwijl de maegdekens omringeden de bruyt,
 
Die sonder lang' vertreck van haer sou moeten scheyden,Ga naar voetnoot32
 
D'oneyndelijcke God quam rijckelijck uytspreyden
 
Sijn segen op dit paer, en goot ten hemel uyt
35[regelnummer]
Een schat, van wiens gelijck het noorden, noch het suyt,
 
Noch Tagus, noch Peru, oyt hoorden ofte seyden.Ga naar voetnoot36
 
Cuysheyt, getrouwicheyt, eenmoedicheyt en vreeGa naar voetnoot37
 
Voor Ekel en van Deth het bedde maeckten ree
 
Daer eere ende deucht haer tente over spanden:Ga naar voetnoot39
40[regelnummer]
De vreucht, de groene jeucht, de soete boerteryGa naar voetnoot40
 
Van twist en storenis de camer maeckten vryGa naar voetnoot41
 
En alle hertenleet daer eeuwichlijck uyt banden.
 
 
 
Voto eventus respondeat.Ga naar voetnoot*
[tekstkritische noot]Trou-dicht. In C ingeplakte plano-uitgave, onderteekend: Iac. Revius.
voetnoot*
Trou-dicht. D.: Domini: Heeren; Iodocus Ekelius: deze was in 1625 van Oldemarkt naar Deventer beroepen, waar hij op 23 October bevestigd werd en in 1649 stierf. Zijn ondertrouw vond plaats op 21 Januari 1637; Hilleken van Deth: ‘dochter van Gerrit van Deth inde corte bisschopstraet’ (Deventer trouwboek).
voetnoot1
onsienelijcke (= onzichtbare) Son: God (cf. Psalm 84:12a).
voetnoot4
wackert: opwekt, tot zang prikkelt.
voetnoot5
heusche: ootmoedige.
voetnoot6
t'Vaderlijcke hert u... ontstal: Uw Vaderlijke liefde won.
voetnoot7
des hemels heyr: zon, maan en sterren.
voetnoot8
als: zooals.
voetnoot10
soete locht: zachte atmosfeer (de bedoeling is: ‘een lentedag midden in den winter’).
voetnoot12
hooge dach: plechtige feestdag.
voetnoot16-17
door wien...nam: nl. doordat zij het eerst van den verboden appel at en er Adam van deed eten.
voetnoot15-18
oorspronkelijk waren deze regels door Revius als een afzonderlijk vers bedoeld (zie deel I, pag. 21, bij de tekstcritische aanteekeningen).
voetnoot18
een moeder van alle... leven; cf. Genesis 3:20.
voetnoot19
hier door: nl. door Eva's daad, door den dood: Lycidae: derde naamval van Lycidas, een herdersnaam uit de bucolische poëzie, hier voor Ekelius gebruikt met een toespeling op zijn ambt als ‘herder en leeraar’; sijn herderin: nl. zijn eerste vrouw, Barthe Schröder; ontdreven: ontroofd.
voetnoot20
rouwen: ruwen, harden; vrucht en stam: kind en moeder.
voetnoot24
hoederin: herderin, liefste.
voetnoot26
de moeder van de doo'n: cf. reg. 15-18 in hun oorspronkelijken vorm: ‘noemtse vry // Der doden moeder’.
voetnoot28
vernieuwen nae de doot: na uw dood doen voortleven.
voetnoot32
vertreck: uitstel; sou moeten scheyden: nl. om voor den eersten huwelijksnacht naar den bruidegom te worden gevoerd.
voetnoot36
Tagus: de Taag als goudhoudende rivier; Peru: het Spaansche goudland; seyden: spraken.
voetnoot37
eenmoedicheyt: eensgezindheid.
voetnoot39
tente: als hemel boven het bed.
voetnoot40
boertery: scherts, jokkernij.
voetnoot41
storenis: verstoordheid, boosheid.
voetnoot*
Onderschrift. Voto eventus respondeat: moge de uitkomst aan den wensch beantwoorden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken