Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
'Ik' (1904)

Informatie terzijde

Titelpagina van 'Ik'
Afbeelding van 'Ik'Toon afbeelding van titelpagina van 'Ik'

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.66 MB)

Scans (19.34 MB)

ebook (3.23 MB)

XML (0.32 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

'Ik'

(1904)–Jeanne Reyneke van Stuwe–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 91]
[p. 91]

27 November.

Ziedaar Charles weer op het tooneel verschenen.

Daar is hij weer, en nog altijd hetzelfde: even druk, even dik, en nog even onnoozel. Ik dacht, dat zijn reizen hem nu wel wat ontbolsterd zouden hebben, - wáar is hij al niet geweest: in Schotland, Griekenland, Turkije, Rusland, - het is toch wel heerlijk, zooveel geld te hebben! - maar, neen, ik kan gelooven, weer een jaar of acht jonger te zijn, en den ouden (jongen, bedoel ik) Charles vóor mij te hebben; Charles, die een soort van broer voor mij was, toen hij, na den dood van Papa's broer en zuster, zijn vacanties bij ons doorbracht, en die zich ten slotte ging inbeelden, dat.... Ja, en dat heeft hij zelfs aan Fred verteld!

Nu, gistermorgen, was het; toen kwam Marinus vertellen, dat er een heer mij wenschte te spreken, een heer, dien hij niet kende, en die zijn naam niet noemde. Ik begreep er niet veel van; zou het een cliënt zijn, dacht ik, die mij als Notbrücke wilde gebruiken, om Fred te bereiken? Maar hoe het was, ik liet Marinus nadrukkelijk zeggen, dat ik nóóit iemand ontving, of ik moest weten, wie het was, en waarvoor hij kwam. Ik hoorde lachen, een bekend geluid, en daar kwam hij al naar de kamer, Charles, brutaal als gewoonlijk, en ongegeneerd, en stond voor mij in zijn bloeiende, blozende blondheid, mal en kinderachtig, zooals groote, dikke mannen, met gladde, bolle, ronde, blanke gezichten meestal zijn.

- Zeg, Ina, daar ben 'k weer, hoor! Ik ben 't!

[pagina 92]
[p. 92]

- Zoo! Charles! zei ik, en schudde hem de hand. Ik kon het natuurlijk niet laten, met dezen onhebbelijken, goedigen jongen joviaal te zijn. Maar toen wou hij mij zoenen!!

- 'n Zoen, Charles! ben je! zei ik, en ik zag hem aan, met een blik, die, ondanks Charles' dikhuidigheid, nooit zijn effect op hem heeft gemist.

Enfin, wij zetten ons: ik schouk hem een kopje koffie, en al heel gauw kwam hij met zijn plan voor den dag. Maar wat voor een plan!

Hij is nu advocaat, op stellingen gepromoveerd, en hij verlangt er naar, zich ergens in zijn functie neder te zetten. Maar! hij heeft er natuurlijkgeen zin in, al den last en de verantwoordelijkheid van een vestiging te dragen; hij wil, in een even naar boven komen van zijn individualiteit, een positie hebben, dat is 't. Ik vroeg hem, wáarom hij dit zoo wenschte, of hij trouwplannen had misschien, - en hij antwoordde op zijn ruwe manier:

- Trouwplannen, nee! Die zal ik niet gauw weer krijgen! Eéns ben 'k zóo leelijk tegen de lamp aan geloopen!

Hij lachte, maar ik schudde het hoofd over hem.

Nu, hij wilde zich voor het gemak, associeeren met een reeds bestaand advocaat, en, zooals van zelf spreekt, was zijn keuze gevallen op Fred.

Mijn haren rezen te berge. Charles altijd bij ons! altijd met zijn dikke figuur en zijn loggen geest om ons heeu! Ik zou 't niet kunnen verdragen. Ik wil de rust van onze heerlijke twee-eenheid niet verstoord zien, door zoo iemand als Charles. Hij is een beste jongen, goedhartig, be-

[pagina 93]
[p. 93]

trouwbaar, maar... er zijn honderd maren aan.

En nóg erger maakte hij het.

- En 'k had zoo gedacht, dat zou dan wel 't gemakkelijkste zijn, als jullie hier in huis 'n kamer voor me hadden...

- Hè?! zei ik, en toen, bijna onbeleefd-beslist: Nee, Charles, dát gaat niet! Hoeveel ruimte denk je wel, dat er beschikbaar is op 'n bovenhuis? (Voor het eerst voelde ik mij dankbaar, dat wij maar een ‘boven’huis bewonen.) We hebben niets dan 'n onooglijke kleine logeerkamer, die van den zolder is afgeschoten, (het kamertje is niet zoo onooglijk, ik zei dat maar in mijn woede.)

- En op de tweede étage? vroeg hij, met niets begrijpende koppigheid.

- Daar is natúurlijk Fred's kamer en de slaapkamer en de badkamer en mijn boudoir!

- Nu, dan kan 'k in de buurt misschien wel wat vinden... 'k zou toch den heelen dag hier zijn.

De hemel spare ons! dacht ik, voor zóó'n bezoeking! En ik zei, trachtende niet vinnig te zijn, hoewel ik mij tot overvloeiens toe zoo voelde:

- Ja, als Fred 't goed vindt!

- Waarom zou die 't niet goed vinden? vroeg de onnoozele.

Dat wist ik natuurlijk met, en ik zei dus:

- Weet ik dat!

Maar toen het twaalf uur had geslagen, rende ik naar boven, naar Fred, opdat hij toch niet heelemaal onvoorbereid beneden zou komen. En ademloos vertelde ik hem alles.

[pagina 94]
[p. 94]

Tot mijn verbazing stemde hij niet onmiddellijk mij toe, dat er van een associatie met Charles geen sprake kon zijn. Hij scheen er zelfs in 't eerst wel ooren naar te hebben!

- Fred! zei ik daarom nadrukkelijk. Jij kent Charles niet zooals ik, je hebt 'm maar 'n paar maal vluchtig gezien, - maar, heusch, 't is geen jongen, om altijd en altijd om je heen te hebben! Stem je er eenmaal in toe, dan ben je er niet zoo gauw weer van af. En je hoeft niet te denken, dat je 't door hèm rustiger of gemakkelijker zou krijgen, - integendeel, dúbbel druk, want hij zou alles van zichzelf ook nog op jóu schuiven!

- Zou je dan beslist niet denken, dat 'k hulp aan 'm hebben zou?

- Och, welnee! heeft ie dan ooit gewerkt! heeft ie dan ooit iets gedaan!

- En jij zou 't voor jezelf ook liever niet hebben?

- O, Fred, nee! Ons heele leuke, rustige leven zou gedaan zijn, geloof me!

Fred ging naar beneden, niet prettig aangedaan; zooals ik heel goed begreep, om de volgende redenen. Ten eerste had hij blijkbaar wel een hulp willen hebben - maar werkelijk, ik ben overtuigd, dat Charles hem nooit van dienst zou zijn geweest, en ten tweede vond hij het penibel, aan Charles te moeten zeggen, dat hij zijn aanbod afsloeg.

Maar met Charles is zoo iets heel gemakkelijk. Hij neemt nooit iets kwalijk, die deugd bezit

[pagina 95]
[p. 95]

hij tenminste. En Fred redde er zich bovendien heel geschikt uit, door te beweren, dat zijn zaken te weinig omvangrijk waren, om een compagnon te behoeven, en dat een associatie met zóoveel veranderingen gepaard zou gaan, verhuizen, of het inrichten van een apart kantoor, enzoovoort, - dat hij er vooreerst liever niet toe overging.

- Nou, 't spijt me! zei Charles. Dan moet 'k maar wat anders zien te krijgen, hier in de stad! En hij praatte zóo gewoon en onbevangen door, dat ik hem ter belooning, voor eenige dagen te logeeren vroeg. Dát kon ik nu wel doen, en Charles accepteerde natuurlijk.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken