Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
In de webbe der tijden (1949)

Informatie terzijde

Titelpagina van In de webbe der tijden
Afbeelding van In de webbe der tijdenToon afbeelding van titelpagina van In de webbe der tijden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.44 MB)

Scans (1.23 MB)

ebook (2.86 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

In de webbe der tijden

(1949)–Henriette Roland Holst-van der Schalk–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 44]
[p. 44]

Gebed

 
Vader, neem hen allen onder Uw hoede,
 
Verlicht hen allen met Uw blanke licht,
 
Laat hen den glans zien van Uw aangezicht,
 
Al moet Ge hen kastijden met Uw roede.
 
Buig U heen over wie zoo bitter lijden,
 
Balsem de wonde van hun groot verdriet,
 
Vergeet de duitsche vrouwe' en kindren niet,
 
Die dakloos zwerven, schapen op een heide.
 
Het wordt zoo donker en de lucht is guur,
 
De herder hoort niets van het klaaglijk blaten,
 
Hij heeft de deur van zijn hut dichtgelaten
 
En slaapt gerust tot aan het ochtenduur.
 
Weest gij de Goede Herder, die zal komen,
 
Nemen het blatend lam op zijnen arm
 
En 't brengen thuis, waar 't in de schaapskooi warm
 
Gebed, van geurig gras en thijm zal droomen.
 
- - - - - - - - - - - - - - -
 
Het beeld vervaalt. Weer bouwt de duisternis
 
Haar hooge wallen om het kleine huis
 
En stilte breidt haar dichte weefsels uit
 
Rondom de vrouw, die zit alleen en ziet
 
Naar 't vroolijk dansen van de lichte vlam
 
En denkt hoe alles, toen zij aankwam was
 
Vol kleur en leven, en hoe 't al verging,
 
En speelt voor zich een zacht, weemoedig lied
 
Op de oude harp van de herinnering.
 
De zomer is voorbij, haar werk gedaan,
 
Zij wilde 't goede, maar zij dwaalde vaak.
 
Niet altijd was de steven van den wil
 
Gericht op 't hooge, zelfgekozen doel,
 
Dat beurt boven de wolken uit zijn top.
 
Nog enkele dagen en het kleine huis
 
Bergt andre vrouw onder zijn rieten dak
 
En als de wind, die door de boomen vaart,
 
Opneemt het blad, het meevoert op zijn wiek
 
En ergens vallen laat op 't moddrig pad
[pagina 45]
[p. 45]
 
Of op het frissche groenfluweelen mos,
 
Om met zijn vele makkers te vergaan
 
En stof te worden eerst, dan vruchtbre grond
 
En zoo weer blad, dat maakt een groenen krans
 
Om den ouden beuk, die het vallen liet -
 
Zoo zal ook zij verdorren en vergaan
 
En dan weer blad worde' aan den levensboom,
 
Want eeuwig schept God uit zijn overvloed
 
Druppels, eeuwig dezelfde en eeuwig nieuw.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken