Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Over leven en schoonheid (1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Over leven en schoonheid
Afbeelding van Over leven en schoonheidToon afbeelding van titelpagina van Over leven en schoonheid

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.92 MB)

Scans (51.09 MB)

ebook (3.33 MB)

XML (0.81 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/filosofie-ethiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Over leven en schoonheid

(1925)–Henriette Roland Holst-van der Schalk–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina IX]
[p. IX]

Ter inleiding

In dezen bundel vindt de lezer eenige opstellen over aesthetische en ethische onderwerpen vereenigd, die reeds vroeger in tijdschriften verschenen. Echter werden zij allen, wat den vorm aangaat, in mindere of meerdere mate omgewerkt. Tusschen het schrijven van het eerste en het laatste dezer opstellen ligt een tijdsruimte van vijf-en-twintig jaar, zoodat, terwijl de samenstelling van het eerste nog viel binnen de grenzen der jeugd, het laatste ontstond nadat die van den ouderdom reeds waren overschreden. Het is niet meer dan natuurlijk, dat dit verschil in jaren uit den inhoud van dezen bundel blijkt.

Aan de schrijfster zelve komt het voor, als openbaart zich in dien inhoud een zekere ontwikkelingsgang. Of anderen het daarmee eens zullen zijn, kan zij niet zeggen. Wellicht zullen sommigen vinden dat zij, waar haar algemeene grondslag voor en na het historisch materialisme is gebleven, geen recht heeft van een innerlijke ontwikkeling te spreken. Anderen daarentegen zullen van meening zijn, dat die grondslag in haar latere werk verzwakt en afgebrokkeld is. Ook deze zullen bestrijden, dat in dat werk van ontwikkeling sprake is.

Tegenover de eenen zoowel als de anderen wenscht de schrijfster haar eigen opvatting met enkele woorden te motiveeren. Aan de eersten antwoordt zij, dat binnen de grenzen van het historisch materialisme zekere verschillen van opvatting mogelijk blijven, verschillen

[pagina X]
[p. X]

die, voortgekomen uit het anders leggen van bepaalde accenten, tot zeer uiteenloopende opvattingen op gewichtige punten kunnen voeren. Dit kan enkel hèm vreemd toeschijnen, die niet weet, dat ten slotte elk nieuw rythme uit de verlegging van het accent wordt geboren en dat, wat zich in volgroeiden staat voordoet als een anders zijn, altijd de uitkomst is van een onmerkbaar anders worden, door de herhaling en opeenhooping van zeer kleine modifikaties, van hunne werkingen en van de werkingen dier werkingen.

Aan de anderen, dat is aan hen, die het historisch materialisme mechanisch-dogmatisch interpreteeren, antwoordt de schrijfster, de tegen haar ingebrachte beschuldiging van eklektisme zonder meer af te wijzen. Maar zij erkent, het historisch materialisme, voor zoover het de verklaring van geestelijke verschijnselen, zoo als kunstrichtingen en kunstuitingen betreft, in haar laatste studies niet geheel op dezelfde wijze toe te passen als een kwart eeuw geleden.

Het opstel over ‘Middeleeuwsche en moderne mystiek’ (chronologisch het oudste van de hier verzamelde studies) werd geschreven van het besef uit, dat elke geestelijke, dus ook elke aesthetische uiting door de produktie-wijze en de produktie- of klasse-verhoudingen volkomen kan worden verklaard. Kunstuitingen worden daarin uitsluitend of bijna uitsluitend beschouwd als het gevolg en tevens als de weerspiegeling van materieel-ekonomische processen, deze laatste daarentegen als de eenige waarlijkreeële en tevens de eenige werkende oorzaken.

De latere studies, speciaal de aller-laatste, zijn daarentegen gebaseerd op de opvatting van het leven als een ondeelbare, stoffelijk-geestelijke eenheid, een dia-

[pagina XI]
[p. XI]

lektisch proces, waarbij ‘oorzaak’ en ‘werking’ onophoudelijk in elkaar overgaan, ‘materie’ en ‘geest’, ‘realiteit’ en ‘weerspiegeling’ geen absolute, maar slechts betrekkelijke tegenstellingen zijn.

In rechtstreeksch verband met de geheele opvatting van wat zij haar ‘eerste periode’ zou willen noemen, staat in het hierboven genoemde opstel de bijna volkomene verwaarloozing der ethnografische en persoonlijke faktoren. Er is daarin geen sprake van Maeterlinck, Ibsen of Tolstoi als scheppingskrachtige individualiteiten en evenmin als vertegenwoordigers van bepaalde ethnografische groepen. Alle drie worden zij uitsluitend van ekonomisch-sociaal gezichtspunt beschouwd en beoordeeld.

In het opstel over ‘Historisch materialisme en kunst’, vijf en twintig jaar na dat over de moderne mystiek geschreven, heeft de schrijfster een poging gedaan het aandeel der persoonlijkheid als spontane, scheppende kracht aan de tot standkoming van het kunstwerk nader te bepalen.

Een tweede punt van verschil tusschen het werk der ‘eerste’ en der ‘tweede’ periode van de schrijfster betreft de houding, door haar aangenomen tegenover het irrationeele en het onderbewuste. Toen zij haar eerste essays schreef waren de hypothesen der nieuwe analytische zielkunde, die zij later als een waardevolle aanvulling op psychologisch gebied van het marxisme zou leeren waardeeren, voor haar nog een terra incognita. Zeker blijft zij ook thans ondanks die waardeering overtuigd dat het marxisme, zooals tegenover de burgerlijke wetenschap in het algemeen, zoo ook tegenover de analytische zielkunde zijn eigen kritische methode moet handhaven, wat beteekent, dat het deze

[pagina XII]
[p. XII]

zielkunde altijd moet beschouwen in verband met de strekkingen der maatschappelijke ontwikkeling van onzen tijd. Dit geldt zoowel voor de hypothese van Freud, die alles terugvoert op de geslachtsdrift (wat ongetwijfeld onmarxistisch en zelfs anti-marxistisch is) als voor de meer synthetische opvattingen der zgn. ‘Zuercherschool’, (Jung) - opvattingen, waarin reaktionaire neigingen op maatschappelijk en religieus gebied duidelijk aan den dag komen. Echter, wat voor de psycho-analyse geldt, geldt voor het geheele gebied der moderne wetenschap. Het proletariaat kan bij geen enkele van haar theorieën of hypothesen zweren, geen enkele daarvan klakkeloos overnemen, daar alle in meerdere of mindere mate den invloed der klassemaatschappij waarin zij ontstonden verraden. Het moet hen allen toetsen aan zijn eigen dialektische denkmethode. Maar het kan o.i. niet wachten, met te onderzoeken wat in de verschillende hypothesen der experimenteele wetenschap geschikt kan zijn om zijn eigen levensinzicht te verdiepen en te verwijden, tot de veranderde maatschappelijke omstandigheden de uitwerking van een grootsche synthese, een filosofisch en wetenschappelijk in alle onderdeelen gefundeerde levens- en wereldbeschouwing mogelijk maken. Nog vóór de kommunistische wereldorde gevestigd zal zijn, vóór het gebouw der nieuwe samenleving kan verrijzen, is het voor het proletariaat noodig te onderzoeken, in hoeverre die nieuwe hypothesen tegen het marxisme indruischen en in hoeverre zij er vereenigbaar mee zijn, wil het marxisme zelve niet ten achter geraken bij den stroom der geestelijke evolutie.

De schrijfster heeft op dit onmetelijke terrein slechts in één enkele richting een paar stappen vermogen te

[pagina XIII]
[p. XIII]

doen, een eerste kleine verkenning ondernomen. Maar zij is overtuigd, dat na haar anderen zullen komen, die het groote werk, de analytische zielkunde in verband te brengen met het marxisme, met meer bevoegdheid en grooter kracht zullen voortzetten.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken