Drie Curaçaose schrijvers in veelvoud

Boeli van Leeuwen, Tip Marugg, Frank Martinus Arion

[p. 540]

Curricula vitae van de auteurs

Dr. eva e. abraham-van der mark (Amsterdam, 1937) studeerde sociale wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam en promoveerde op de Curaçaose gezinsstructuur (1969). Ze is verbonden aan het Antropologisch-Sociologisch Centrum van de UvA, en publiceert over sociologie en letterkunde van de Antillen.

Mr. drs. h.b. van aller (Ede, 1942) studeerde rechten en bestuurskunde aan de Universiteit van Amsterdam en werkte vervolgens aan de faculteit Politicologie, vakgroep Bestuurskunde. Sinds 1989 docente Arubaans en Antilliaans Staatsrecht aan de Universiteit van Aruba. Ze publiceerde o.a. over gezondheidszorg en werkt nu aan haar dissertatie.

jan jacob beaujon (Curaçao, 1921) werd na zijn militaire carrière (1941-1959) benoemd tot Gezaghebber van de Bovenwindse Eilanden (1959-1968). Vervolgens directeur van het Kabinet Minister President Nederlandse Antillen (1968-1970). Sedert 1970 taken in het bedrijfsleven van Curaçao, alsmede werkzaam in vele speciale commissies als voorzitter of adviseur. Thans hoteldirecteur.

Dr. aart g. broek (Maasland, 1954) studeerde vergelijkende en theoretische letterkunde aan de Vrije Universiteit, waar hij promoveerde (1990) op het proefschrift The rise of a Caribbean Island's literature. Hij schreef talrijke artikelen over Caribische letterkunde en een studie over Frank Martinus Arion: Dubbelspel (1986) alsmede Het zilt van de passaten (1988). Hij is leraar Engels in Curaçao.

Dr. henny e. coomans (Amsterdam, 1929) studeerde biologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij was verbonden aan het Caribisch Marien Biologisch Instituut en de Wetenschappelijke Bibliotheek te Curaçao (1957-1960) en het American Museum of Natural History in New York (1960-1964), thans aan het Instituut voor Taxonomische Zoölogie van de UvA. Hij publiceerde over Westindische zoölogie, biohistorie en gemmologie, o.a. Flowers from St. Martin (1988), Antillean Seashells (1989) en Parels en Parelmoer (1989).

maritza coomans-eustatia (Curaçao, 1940) studeerde bibliotheekwetenschap in Nederland en was bibliothecaris van de Universiteit van de Nederlandse Antillen tot 1987 en voorzitter van ACURIL, de vereniging van Caribische bibliothecarissen. Zij redigeerde de uitgaven van Nanzi sprookjes (1972), Muzikantil (1982) en Building up the future from the past (1990). Publiceerde zeven bibliografieën over Antilliaanse literatoren (1985-1990) en archeologie (1987) als uitgaven van de UNA. Woont sedert 1987 in Nederland en werkt o.a. aan een biografie van J.J. Putman, priester, schrijver, drukker.

Drs. caroline n.n.m. van eijk (Rotterdam, 1961) studeerde Nederlands te Leiden en is sinds 1989 verbonden aan het Coördinaat Minderhedenstudies van de Rijksuniversiteit Leiden. Medewerkster aan het projekt ‘Bouwstenen voor Intercultureel Onderwijs’ en docente Nederlands als tweede taal. Zij publiceerde We hebben liefde nodig. De zwarte vrouw in de Nederlandstalige Antilliaanse literatuur (1989) en Wist je dat ...? Schrijvers van jeugdboeken over de Nederlandse Antillen en Aruba (1990).

[p. 541]

klaas de groot (Leiden, 1942) studeerde aan de School voor Taal- en Letterkunde te 's-Gravenhage, Werkte als leraar Nederlands op Curaçao en Aruba, thans te Haarlem. Hij publiceerde over Antilliaanse letterkunde in de Amigoe.

Dr. henry habibe (Aruba, 1940) studeerde Spaanse taal- en letterkunde in Nijmegen en Leiden en promoveerde over het engagement in de Afro-Antilliaanse poëzie van Cuba en Puerto Rico (1985). Hij was hoofdredacteur van het tijdschrift Watapana (1968-1972) en publiceerde drie gedichtenbundels: Aurora (1968), Kere sentenchi (1980) en Yiu di Tera (1985). Thans werkzaam aan het ‘Instituto Lingwistiko Antiano’ te Curaçao.

Drs. carel p. de haseth (Curaçao, 1950) studeerde farmacie te Leiden en is werkzaam als apotheker te Curaçao. Hij publiceerde enkele dichtbundels, eerst in het Nederlands: 3 dagen voor Eva (1969) en Berceuse voor teleurgestelden (1975), later in het Papiaments: Bida na koló/Kleuren van leven (1981, 1989) en Poesia Venená (1985). Zijn novelle Katibu di Shon (1988) verwierf de Cola Debrot-prijs in 1989.

albert helman, pseudoniem van Dr. lodewijk (lou) a. m. lichtveld(Paramaribo, 1903) kwam in 1921 naar Nederland, was aanvankelijk onderwijzer, studeerde neerlandistiek en werd journalist. Verbleef tijdens de burgeroorlog in Spanje. In 1949 terug naar Suriname, aldaar Minister van Onderwijs en Voorzitter van de Rekenkamer. In 1961 Gevolmachtigde Minister te Washington. Woonde jaren op Tobago, thans weer in Nederland. Eredoctor aan de Universiteit van Amsterdam (1962) en hij verwierf de Vijverbergprijs. Schreef sedert zijn debuut Zuid-Zuid-West (1926) een omvangrijk oeuvre. De zwarte Cats (Walburg Pers, 1978) schreef hij onder het pseudoniem (anagram) ‘Hella Bentram’-Matriotte.

Drs. willem f. heuvel ('s-Gravenhage, 1926) was werkzaam in het onderwijs op Aruba en Curaçao (1956-1975), sedertdien in Nieuwegein. Doctoraal Nederlands in 1987. Hij verzorgde destijds een boekenrubriek voor de radio en schreef recensies in het dagblad Amigoe. Mede-auteur van Autonoom (1975) en Met eigen stem (1989), en verder diverse publicaties over Nederlandstalige Antilliaanse literatuur.

ligia c.a. hoetink-espinal mota (Santo Domingo, 1937) groeide op in Curaçao waar zij in de jaren vijftig een Spaans literair radioprogramma verzorgde. Redigeerde een uitgave van de dichter Manuel Zacarias Espinal (1961) en vertaalde literair en wetenschappelijk werk van Boeli van Leeuwen, John de Pool, H. Hoetink e.a. Ze publiceerde ‘Remembrance of things Dominican’ in Caribbean Review (1973) en is momenteel werkzaam als project-coördinator te Hilversum.

karen hollander (Curaçao, 1972) studeerde aan het Radulphus College te Curaçao (1985-1991). Zij maakte een literatuurscriptie betreffende artikelen over haar oom Tip Marugg die ze vergeleek met haar persoonlijke ervaringen.

Drs. alle lansu (Hilversum, 1954) studeerde sociale psychologie te Utrecht. Sinds 1985 freelance journalist en literatuur-recensent. Hij schreef o.a. bijdragen over Tip Marugg en Boeli van Leeuwen.

Drs. paul e. lobbrecht (Aruba, 1946) deed doctoraal examen wis- en natuurkunde (1973) en wijsbegeerte (1985). Hij was leraar wiskunde te Curaçao (1973-1978), thans in Doetinchem. Publiceerde over Antilliaanse schrijvers.

[p. 542]

jules a. marchena (Aruba, 1937) is docent Nederlands aan de Pedagogische Akademie te Curaçao. Hij publiceerde over onderwijs, politiek en religie, en recenseert poëzie in de Amigoe.

marjo j. buddingh-nederlof (Breda, 1953) woont sedert 1984 in Curaçao. Zij was kunstrecensente bij de Beurs & Nieuwsberichten, en is sedert 1987 redactrice bij dit dagblad.

Prof. (em.) dr. jaap j. oversteegen (Blaricum, 1926) is van oorsprong historicus. Hij was verbonden aan de UvA (1965-1975), sedert 1973 als hoogleraar Nederlandse letterkunde, daarna hoogleraar theoretische literatuurwetenschap te Utrecht (1976-1988). Mede-oprichter en redacteur van het tijdschrift Merlyn (1961-1966). Publiceerde diverse werken over letterkundige onderwerpen, en redigeerde enkele delen van het verzamelde werk van Cola Debrot. Werkt momenteel aan een biografie van Debrot.

Drs. walter j.m. palm (Curaçao, 1951) studeerde wiskunde en muziekwetenschap te Leiden en is beleidsmedewerker aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij publiceerde dichtbundels in diverse talen: Winds of words (1978), Genesis en Apocalypse (1980), Un boka de poesia (1983) en Palmblad (1990).

Dr. ineke phaf-rheinberger (Schiedam, 1949) studeerde Spaans en sociologie in Leiden, Amsterdam en Berlijn. Ze is thans docente aan het Lateinamerika-Institut van de Vrije Universiteit in Berlijn en publiceert over literatuur van het Caribisch gebied en Zuid-Amerika.

Drs. igma van putte-de windt (Curaçao, 1938) studeerde Spaanse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam en is lerares Spaans in Nederland. Ze publiceerde over Antilliaanse en Latijnsamerikaanse letterkunde, en vertaalde Spaanse en Papiamentse gedichten in het Nederlands.

Drs. maritza raphaela (Curaçao, 1949) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde in Groningen. In haar doctoraalscriptie beschreef ze de romans van Boeli van Leeuwen. Sedert 1978 lerares Nederlands in Paterswolde.

Mr. drs. alex reinders (Schaesberg, 1944) studeerde rechten in Amsterdam en economie in Tilburg. Hij was werkzaam aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Sedert 1983 docent staats- en bestuursrecht en tevens (1984-1988) rector-magnificus van de UNA te Curaçao. Thans verbonden aan de vakgroep Politicologie en Bestuurskunde van de Vrije Universiteit. Hij publiceerde o.a. Kunst, kunstbeleid en administratief recht, over Cola Debrot (1986), en redigeerde De eenheid van het kristal (1988).

b. jos de roo (Bad Liebenzell, 1942) was leraar Nederlands in Nederland, Suriname en Curaçao, thans programmamaker bij de Caribische afdeling van de Wereldomroep en medewerker van Trouw en Amigoe. Hij publiceerde over Caribische literatuur, o.a. Antilliaans literair logboek (1980), Nederlandstalige Antilliaanse literatuur (1990) en Ander geluid, Nederlandstalige literatuur uit Suriname (1991).

Drs. wim rutgers (Dinxperlo, 1941) was leraar Nederlands in Suriname (1971-1975) en Aruba (1975-1988). Momenteel verbonden als projectmedewerker NWO aan de vakgroep Literatuurwetenschap te Utrecht. Literatuur criticus van de Amigoe. Publiceerde talrijke artikelen over Nederlands-Caribische letterkunde, en De Caraibische

[p. 543]

jeugdboeken van Miep Diekmann (1984), Dubbeltje lezen, stuivertje schrijven (1986), Bon dia, met wie schrijf ik? (1988) en Het nulde hoofdstuk van de Antilliaanse literatuur (1988).

Drs. ronald severing (Curaçao, 1949) studeerde Nederlands na zijn opleiding als onderwijzer. Vanaf 1970 werkzaam in het onderwijs zowel in Nederland als op Curaçao. Sedert 1980 als docent verbonden aan de Pedagogische Akademie en aan de UNA te Curaçao. Hij publiceerde Bewolkt Bestaan; enkele opmerkingen over de structuur (1988).

Drs. marion snetselaar (Venlo, 1952) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde in Nijmegen en is sinds 1988 lerares Nederlands op Curaçao. Zij publiceerde literairhistorische studies over de tijdschriften Chrysallis (1987) en De Stoep (1988, 1990). In voorbereiding is een monografie over De Stoep.

Dr. l. willem statius van eps (Curaçao, 1926) studeerde medicijnen in Amsterdam, werkte als internist op Curaçao en is momenteel hoofd Interne afdeling te Amsterdam. Promoveerde op een proefschrift Over de baringspijn (1954), redigeerde en publiceerde in Van scheepschirurgijn tot specialist (1973) en Bolivar op Curaçao (1988). Bovendien publicaties op medisch gebied.

Drs. harri theirlynck ('s-Gravenhage, 1952) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde in Nijmegen. Hij was leraar op Curaçao (1975-1978) en is thans werkzaam als reisjournalist en tekstschrijver. Publiceerde Van Maria tot Rosy: over Antilliaanse literatuur (1986).

johan van de walle ('s-Gravenhage, 1912) was op Curaçao redacteur van het dagblad Beurs & Nieuwsberichten (1935-1943). Vertrok toen naar Suriname en kwam in 1946 in Hilversum bij de Westindische afdeling van de Wereldomroep. Hij publiceerde: De Nederlandse Antillen, land, volk, cultuur (1954), De slavenopstand (1956), Achter de spiegel (1959), De Overtocht (1962), Beneden de wind (1974) en Klein Venetië, Curaçao in vroeger dagen (1990).

Prof. ir. carel weeber (Nijmegen, 1937) groeide op in Curaçao, studeerde bouwkunde in Delft (1955-1964), werd wetenschappelijk medewerker aldaar en is sedert 1970 hoogleraar. Tevens werkzaam aan een architektenbureau sinds 1977. Hij verwierf o.a. de Prix de Rome (1966) en de Nationale Staalprijs (1986). Enkele van zijn projekten zijn het Nederlands Paviljoen te Osaka (1968), de Zwarte Madonna in 's-Gravenhage (1981) en het stedebouwkundig plan Tivoli in Tilburg (1990).

freek j. van wel ('s-Gravenhage, 1918) was 35 jaar voorlichtingsambtenaar bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken en verzorgde de radiorubriek Overheidsvoorlichting Suriname en Nederlandse Antillen. Hij publiceerde over diverse Westindische onderwerpen in Schakels, alsmede Suriname, balans van een kwart eeuw opbouwwerk (1975), een dichtbundel (1979) en was mede-auteur van Met eigen stem (1980, 1989).

[p. 544]

Op slechts tien vierkante kilometer hebben zich belangrijke periodes in het leven van de ‘drie Curaçaose schrijvers’ afgespeeld (gedeelte van een kaart uit 1934, uitgave boekhandel St. Augustinus).
Boeli van Leeuwen:
1. geboortehuis, Casa Blanca; 2. Hendrikschool; 3. Bestuurskantoor.
Tip Marugg:
4. geboortehuis, Witteweg; 5. St. Thomascollege; 6. Trapsteeg; 7. Riffort en Waterfort; 8. Kantoor Shell-Curaçao.
Frank Martinus Arion:
9. Brionweg; 10. St. Vincentiusschool; 11. geboortehuis te Buena Vista (net buiten de kaart).