Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Werken. Deel 5. Vanden twaelf beghinen (1863)

Informatie terzijde

Titelpagina van Werken. Deel 5. Vanden twaelf beghinen
Afbeelding van Werken. Deel 5. Vanden twaelf beghinenToon afbeelding van titelpagina van Werken. Deel 5. Vanden twaelf beghinen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.42 MB)

XML (0.73 MB)

tekstbestand






Editeur

Jan Baptist David



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk
non-fictie/theologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Werken. Deel 5. Vanden twaelf beghinen

(1863)–Jan van Ruusbroec–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen

De septem planetis, et primò de Saturno, ejusque mystica explanatio. C. XXXV.

24Voirtmecr soe hevet God inden firmamente ghemaect ‧vij‧ 25ommeringheGa naar voetnoot(3), daer die seven planeten in staen, die hemel

[pagina 93]
[p. 93]

1en̄ erde chieren en̄ regheren, en̄ vruchtbaer maken, na die 2ordinancie der wijsheit Gods. Die overste planete inden 3firmamente, die is in haren doeneGa naar voetnoot(1) cout en̄ droghe. Dat es 4Saturnus. Die is cout en̄ drogheGa naar voetnoot(2), bleec van verwen, scale, 5onghenadich en̄ wreet. Haghel en̄ snee, grote vloede, onweder 6en̄ menighe plaghe in die creaturen werct hi hier 7beneden; want hi regneert in midden winter, als die sonne 8loept in Capricorno, dat is inden horen vanden boc, en̄ in 9Aquario, dat is inden waterlinc, dat is in die tienste maent 10en̄ inde elfte vanden jareGa naar voetnoot(3).

11Gheestelijc te verstane, soe regniert Saturnus nu in al die 12werelt, beide winter en̄ somerGa naar voetnoot(4); want caritate is sere vercout, 13want die menschen sijn droghe, en̄ onvruchtbaer van 14goeden werken, bleec, onghedaenGa naar voetnoot(5), en̄ sonder verwe van 15goeden seden, ghierich, vrec, hatende en̄ nidich, hoverdich, 16scale en̄ behendich yeghewelc den anderen te bedrieghene. 17Want die allene den sonden en̄ der naturen leven, henGa naar voetnoot(6) 18loept die sonne altoes in Capricorno, dat is inden horen des 19boes. Die boc is een stinkende dier van naturen, en̄ is wel 20ghelijc den sondare, die stinct vore Gode en̄ voir alle sine 21heylighen. En̄ die horen sijnre macht en̄ sijnre scoenheit is 22droghe; hi en doechGa naar voetnoot(7) anders niet dan ten ewighen viere. 23Sine vrucht dat sijn huekeneGa naar voetnoot(8), die selen staen ter slinker

[pagina 94]
[p. 94]

1siden in dat ordel Gods, en̄ si selen alle verdoemt en̄ verwijst 2werden in dat ewighe vier.

3Noch loept die sonne, inden winter tide, in een ander 4teeken dat hetet Aquarius, dat es een Waterline. Dat beteykent 5ons die menscen die leven na gheneychden lost der 6naturen, traghe en̄ zwaer inden dienst ons Heren, gulsich, 7overtollich, ongheordent in spisen, in dranke, in oncuyschen 8levene, ende in allen dinghen die de lichame begheert. 9Die menschen die jone en̄ ghesont sijn inden vleysche 10en̄ inden bloede, leven, sonder gracie, ende sonder consciencie, 11en̄ sonder vrese van Gode, en̄ volghen der ghencychder 12lost die levet in hare nature: si gheliken wel 13den Waterlinghe; want al haer leven vloyt in sonden en̄ 14in ghenoechten haers quaets verkeerts willen, jeghen den 15wille en̄ jeghen die lere ons Heren Jhesu Christi, welke 16name si ewelic gheloeft en̄ ghebenedijt.

voetnoot(3)
sphaeras sive circulos, zegt Surius.
voetnoot(1)
sua effectione, zegt Surius.
voetnoot(2)
De schryver van D is van het eerste droghe op het tweede gevallen, en heeft wat daer tusschen komt, overgeslageu.
voetnoot(3)
Sur. quod est in Decembri et Januario. Namelyk volgens de middeleeuwsche tydrekening, die het nieuw jaer in Maert begon.
voetnoot(4)
Sur. tam aestate quàm hyeme.
voetnoot(5)
incompositi, zegt Surius.
voetnoot(6)
Versta hun, in dativo plurali.
voetnoot(7)
Versta deugt; hy is niet goed dan voor.
voetnoot(8)
Diminutief van huek of hoek, bok, hircus. Zie ons Glossarium op Maerlants Rymbybel, in voce Hockin.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken