Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken (1744)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken
Afbeelding van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werkenToon afbeelding van titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (22.04 MB)

Scans (1253.27 MB)

XML (3.92 MB)

tekstbestand






Vertaler

Ysbrand Gysbert Arlebout



Genre

non-fictie

Subgenre

vertaling
verzameld werk
non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

(1744)–Fredericus Ruysch–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

XCIV. Aanmerking.
Een wonderbaarlyke verwydering van een Pisleyder, in zig onthoudende een geheele pint etter.

Niets geloove ik, dat meer verwonderenswaardig is, als dat de vliezige vaten, hoe meer zy uytgezet werden, dikmaals des te meer door een vreemd vogt verdikt werden. In de slag-aderen heb ik dat klaar getoont, in de 37. en 38. Aanmerking: en dat het in de Pisleiders ook plaats heeft, kan men zien in de 75. Figuur. Dat de Pisleyders zomtyds zoo verwydert worden, dat ze een vinger daar in toelaten, is niet zeldzaam. Maar het is zeer raar en ongehoord, dat een Pisleyder een geheele pint etters bevatte; en 't geen nog meerder te verwonderen is, dezelve etter had uytgang gezogt door de geannexeerde vezels, zoo als ik nu zal verhalen.

Anno 1673. heb ik in tegen woordigheyd van den Geneesheer van Tongeren, en den Heelmeester van Ulsen, geopent het doode lighaam van zekere Vrouw, welke van lange tyd af met zoodanige onlydelyke pynen en smerten

[pagina 131]
[p. 131]

gequelt was geweest, voornamentlyk als ze een etteragtige pis loste, dat zy veeltyds wenschte dood te wezen, eer zy het eynde van haar leven bequam. De oppervlakte van de regter Nier was zeer ongelyk, verbeeldende de hom van een Cabeljauw: in 't onderste gedeelte van de regter Pisleyder, even boven de inschieting in de blaas, hing een steen, hebbende de groote van een hazenoot. Ziet de 75. Figuur. In 't binnenste van de Pisleyder, vond ik eenige overdwers leggende vliesagtige vezels of draaden: het middelste gedeelte van de Pisleyder was zoo verwydert, dat het ten minsten een pint by zig onthield. Uyt deze opgezwolle, en met etteragtige stoffe vervulde Pisleyder, zagen wy ontelbaare witte gezwolle vaatjens, die een dun paardehayr dik waren, lopende langs de boven-buyks [hypochondrium] linker zyde. Waar zy eyndigden, konden wy niet nauwkeurig onderzoeken, om dat ons het gewenste onderzoek van de eygenzinnige vrienden geweygert wierd. Deze vaatjens waren geen melk-aderen, veel minder bloedvaatjens; met de water-vaten quamenze ook mede niet overeen: maar ik zoude geloven, dat het een byzonder zoort van vaten was geweest; ja zekere vezels, (geen nieuwe, maar die, dewelke de vliezen maken, door welkers hulpe de Pisleyders aan de lendenen vastgemaakt werden) dewelke altyd, na myn gedagten, hol zyn. Zoo dat uyt deze en diergelyke aanmerkingen, misschien gelegentheyd zal geboren worden, om netter te determineeren die wegen, waar van tot nog toe de Ontleders, niet anders als by gissingen, zoo veel gerugt gemaakt hebben.

Uytlegging van de LXXV. figuur.

A.A. Het middelste gedeelte van de regter Pisleyder met etter vervult.
B. Een steen in 't onderste gedeelte van de verwyderde Pisleyder.
C. Bloedvaten door de Pisleyder lopende.
c.c.c.c.c. Vaatjes, wegens het geene daar in begrepen was, wit van coleur, en langs de boven-buyks linker zyde loopende.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken