Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken (1744)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken
Afbeelding van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werkenToon afbeelding van titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (22.04 MB)

Scans (1253.27 MB)

XML (3.92 MB)

tekstbestand






Vertaler

Ysbrand Gysbert Arlebout



Genre

non-fictie

Subgenre

vertaling
verzameld werk
non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

(1744)–Fredericus Ruysch–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 265]
[p. 265]

De Vierde Tafel Wyst Vier Figuren aan,

Welkers EERSTE vertoont de Milt-ader van een Mensch, omtrent welkers takken, door de milt verspreyd, aan te merken is; dat dezelve veel meer in 't getal zyn, als ik hier, buyten verwarring, heb konnen afbeelden; ten tweede, moet men ook aanmerken, dat deze zeer kleyne uytbreydingen, dewelke ik hier enkel hebbe afgebeeld, zamengestelt, en loutere bondeltjes als penceeltjes zyn, gelyk de 4. Figuur aanwyst. Ten derde, dat de uyteyndens dezer bondeltjes eenigzints berooft zyn van haare verdere zappige en weeke uytbreydingen, dewelke in zuyver water ligt versmelten.

De Tweede FIGUUR vertoont de stam van de Milt-slag-ader van een Mensch, slangs-wys voortkruypende, welkers takken, uytgezondert een, afgesneden zyn, dewelke anderzints met de milt-ader overal net overeenkomen.

De Derde FIGUUR wyst een gedeelte van een Kalfs Milt, zoodanig opengesneden, dat deszelfs tusschen-plaatzen, celletjes of huysjes genoemt, als ook de dwersche vezels in 't gezigt komen.

De Vierde FIGUUR vertoont twee takjes van de Milt-vaten, met de daar by behoorende bondeltjes, welkers eerste met de Letter A geteykent, is een takje van de ader, en het tweede met de Letter B aangewezen, is een takje van de slag-ader; hier moet wederom aangemerkt worden; dat yder bondeltje veel meer uytgebreyde vaatjes in zig begrypt, of meer vermengt en zamengestelt is, als hier, om de verwerring en verduystering te meyden, is uytgedrukt.

Uytlegging van de I. figuur.

A. De stam van de Milt-ader.
B. Het korte aderlyke vat, [vas breve venosum] door de maag [ventriculus] verspreyd.
C. De kleynste takjes van de zappige en weeke uytbreydingen eenigzints berooft.
D. De speen-ader [vena haemorrhoidalis] afgesneden.
E.E. Adertjes door het vlies aan de milt gelegen en vastgegroeyt verspreyd, haar oorspronk nemende uyt de milt-ader.
F. Een adertje, of het andere korte vat, uyt het binnenste van de milt voortkomende, alwaar aan te merken staat, dat zomtyds meer korte vaten, de aderlyke genoemt, zig vertoonen, als hier aangewezen word.
G. Een uyt de water-vaatjes, de miltader vergezelschappende.

[pagina 266]
[p. 266]

Uytlegging van de II. figuur.

A. De stam van de milt-slag-ader.
B B. De afgesnedene takken.
C. De kleynste takjes van 't zappiger en weeker uyteynde eenigzints berooft; alwaar ook aangemerkt moet worden, gelyk van de takjes der milt-ader gezegt is, dat de kleynste uytspruytingen, dewelke ik hier maar enkel vertoone, zamengestelt, en loutere bondeltjes of penceeltjes zyn.
D. Het korte slagaderlyk vat [vas breve arteriosum] door de maag verspreyd, omtrent welkers uytgang aan te merken is voor eerst, dat het zomtyds in een getal van twee of drie voortkomt: ten tweede, dat zulks ten aanzien van zyn uytgang verschillende is: want het komt dikmaals voort op die plaats, dewelke hier aangeteykent is; ook zend de milt-slagader dikwyls van 't binnenste des milts een ofte meer takken na het linker gedeelte van de maag, het welk ik in 't aderlyke korte vat met letter F. geteykent in de eerste Figuur afgebeeld hebbe.
E. Eenige slagaderlyke takken door het al-vleesch [pancreas] of maag-kussen verspreyd, dewelke veel meer in 't getal zyn, als ik hier hebbe vertoont.

Uytlegging van de III. figuur.

A. Een gedeelte van de Milt van een Kalf; na het uythaalen der bovenverhaalde bondeltjes, en daar na het opensnyden vertoont.
B. De dwersche vezels.
C C. De tusschen-plaatzen der vezels, die men celletjes noemt, en die men in de natuurlyke staat nooyt ondervind, in de milt van een mensch.

Uytlegging van de IV. figuur.

A. Een takje van de milt-slagader.
B. Een takje van de milt-ader.
C, Bondeltjes als penceeltjes, omtrent welken aan te merken is, dat zy van malkanderen uytgespreyd zyn, op dat ze zig wat duydelyker zoude kunnen vertoonen: maar in een natuurlyke staat leggenze op malkanderen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken