Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken (1744)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken
Afbeelding van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werkenToon afbeelding van titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (22.04 MB)

Scans (1253.27 MB)

XML (3.92 MB)

tekstbestand






Vertaler

Ysbrand Gysbert Arlebout



Genre

non-fictie

Subgenre

vertaling
verzameld werk
non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

(1744)–Fredericus Ruysch–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 937]
[p. 937]

[Deel 3]

alle natuur onderzoekeren voorgeschreven is: namentlyk, indien ik in eens anders werk eenige dwaling gewaar worde, zal ik 't openhertig vermanen; nogtans zal ik de zulke om die reden niet veragten; om dat ik 't onmogelyk meene te zyn, dat imant altydt zo wel op zyn schrift let, dat hy zelfs naderhandt oordele niets te moete verbeteren.

Ik zal my verheugen, indien imant myne dwalingen, in myne schriften begaan, verbetert, Wy geven dat verlof, en wy verzoeken 't aan onze kant ook.

I.
Van de Vruchtbare ontfanging, verblysplaats en weg van 't ontfange Zaat.

DAt 'er om de historie der nature zelfs, wel verstaan zynde, te beschryven 't eerste vereyscht worden zaken, door de zinnen, aangemerkt, is overvloedig bekent; en daar inne is niets moeylyker van begrip, en treffelyker van gebruyk, als een volkome verhaal der zaken, die in de dieren, en wel voornamentlyk in den mensch zelfs, beschouwt kunnen worden; welkers beschryving ondertusschen nergens minder zeker en duydelyk voorkomt, als waar men bezig is in de beschouwing van deszelfs geboorte: Waarom Alexander, op dat hy iets uytmuntents in dezen leren wilde, zulke oneyndige schatten heeft uytgestort, welke Aristoteles gebruykte, om dit gedeelte der natuurkunde te onderzoeken, dat de voortteelling der dieren tot onderwerp heeft. En waarlyk W. Harvaeus de grootste onder de ware Philosophen te houden, het licht der geleerde waerelt, en onbevlekte luyster van Groot Brittanien, heeft deze historie alleen meer voortgezet, als de andere met al haar 't zamegepaarden arbeydt; Nadien hem de Doorluchtigste Koning van Groot Brittannien, Karel de eerste, door een Koninglyke edelmoedigheydt zoo veel verschaft heeft, als de wensch van Harvaeus, zo een groot werk ondernemende, vereyschte.

Zyn gevoelen derhalven overwegende, heeft het my altydt wonder geschenen, 't gene hy wilt, dat 'er by de wyfies, die aanstonts na de byeenkomst en vrugtbare ontfangenis geopent worden, niets van 't mannelyke zaadt in de baarmoeder, en in de Fallopiaansche buyzen te vinden is. Het gezag van dezen man heeft aan zeer vele de waarheydt van deze stelling doen bevestigen, maar my heeft het altydt in twyffel gehouden.

[pagina 938]
[p. 938]

Daarom hebbe ik van vele Jaaren herwaarts op alles naauwkeurig acht gegeven, door welkers aanwyzing ik zoude kunne weten, wat de beschouwing van de zaak zelfs in dit stuk leerde. 't Is iets zeltzaams, dat den uytslag, terwyl ik na deze dingen zogt, my wel gelukte: Ja 't zeltzaamste van allen is, in een 's menschen lichaam zelfs te zien, wat 'er van deze zaak geschiet; waarom het my, die nu tweemale dit beschouwt hebbe, behaagt, UL. Ed. Heeren deze zaak, zo ik die gevonde hebbe, te verklaaren.

Een Jongman, stark van lichaam, in 't bloeyen van zyn jeugt, als zynde nog onder de dertig jaren, door de fraye gedaante van een zeer mooye hoer verlokt zynde, heeft de zaak eyndelyk zo verre gebragt, dat hy haar naar wensch tot zyn wil zou hebben. Maar zo gaauw als hy zyn lust geboet hadde, sneydt hy haar, o afgryzelyke daadt! zodanig den hals af, datze in een oogenblik stierf: aanstonts zyn wy byde Stadts Doctoren, te gelyk met de Chirurgyns, door ordre van de Overigheydt aldaar na toe gezonden, om de gesteltheydt van de wonde te weten, en daar van schriftelyk te verklaren.

De bloedvaten van den hals bevonden wy zodanig afgesneden te zyn, dat 'er aanstonts een onvermydelyke doodt opgevolgt is: maar wanneer ik wist de dingen, die 'er geschiet waren, hebbe ik den buyk opengesneden, zeer nieuwsgierig zynde om te zien, 't geene mogelyk in de baarmoeder en de deelen tot de ontfangenis geschikt, te voore komen zoude.

Ik hebbe derhalven de baarmoeder, de buyzen der eyernesten, en haaren aanhang zeer voorzigtig uyt het lichaam genomen, en gezien, dat de mont der baarmoeder gesloten, en met de vinger zeer zagtjes gedrukt zynde zich ontsloot, en een droppel zaats uytstortte; aanstonts denkende wat 'er van de zaak wezen zou, hebbe ik in tegenwoordigheydt van de zeer geleerde en vermaarde geneesheeren, Henricus van Bronckorst, Hermannus Schyn, en Justus Fred. Ritmeyer, de baarmoeder volgens de lengte met een luchtige hant, op dat 'er niets ontroert zoude worden, geopent, en wy bevonden de holligheyd van de baarmoeder vervult met wit natuurlyk, en goede mannelyk zaat, als mede beyde de buyzen van Fallopius vol van het zelfde zaat: Waarom ik, dit wonderbare verschynzel, van alle wel bezichtigt zynde, aanstont alles in myn balsemagtige vogt dede, waardoor, gelyk ik die beroemde Heeren al voorzegt hadde, het zaadt op de zelfde plaatzen, daar 't gezeten hadde, zodanige verhart wierde, dat 't nu nog zeer duydelyk gezien kan worden, zonder eenige verandering, als dat alles door de kragt van 't

[pagina 939]
[p. 939]

vogt verhart is. 't Zelfde heb ik voor dezen gezien in 't dode lichaam van een vrouw met een overspeelder in overspel bevonde, en aanstonts van haar man gedoodt zynde, gelyk ik geschreven hebbe in myn 5de Anatomisch Cabinet. Hierom vermoede ik, dat in een vruchtbare ontfanging het dikke zaat binnen in de baarmoeder en de Fallopiaansche buyzen ontfangen wordt, en dat het niet alleen onder de gedaante van uytwazemende geesten aldaar komt, door wat weg de navolgers van Harvaeus ook zoude meenen. Fallopius getuygt in zyne ontleetk. waarn., dat hy dikmaals oprecht zaat in deze buyzen bevonden hebbende, zulks aan zyne aanschouweren vertoont heeft, zie ook de Graaf in 't 14 Hooftstuk van de teeldelen der vrouwen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken