Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken (1744)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken
Afbeelding van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werkenToon afbeelding van titelpagina van Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (22.04 MB)

Scans (1253.27 MB)

XML (3.92 MB)

tekstbestand






Vertaler

Ysbrand Gysbert Arlebout



Genre

non-fictie

Subgenre

vertaling
verzameld werk
non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alle de ontleed- genees- en heelkundige werken

(1744)–Fredericus Ruysch–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 1047]
[p. 1047]

Het derde tiental Van Ontleet-Genees- en Heelkundige aantekeningen,
Van Fredrik Ruysch,

Med: Doctor en Professor, enz.
Waar in verscheyde aanmerkens waardige zaken vermelt worden.
Met Kopere Platen.

[pagina 1049]
[p. 1049]

AAN

 

DEN ZEEK AANZIENELYKEN HEER, EN MEESTER

 

JAN TRIP,

 

HEERE van BERKENRODE,

 

BURGERMEESTER EN RAADT VAN AMSTERDAM, BEWINTHEBBER VAN DE OOST-INDISCHE MAATSCHAPPY, AFGEZONDENE TOT DE KERKELYKE ZAKEN, OPZIENDER VAN 'T GEMENE KRYGSTUYGHUYS, EN VAN DEN KRUYDT TUYN, enz. enz. enz.

 

WORT DIT BOEK

 

ZEER ONDERDANIG OPGEDRAGEN

 

DOOR

 

FREDRIK RUYSCH.

[pagina 1050]
[p. 1050]

Den goetgunstigen leezer welvaart!

AL wie zich aan 't openbaar bloot stelt, moet nootzakelyk alderley oordeelen van menschen beproeven, dewyl een yder na zyn bevatting de zaak voor 't oog van alle blootgestelt, of zal goetkeuren, of verwyzen. Want het gemeene spreekwoort is waaragtig, dat alle zaken twee hantvatten hebben. Wat my aangaat, zullende dat gene, 't welk ik tot nut van 't menschelyk geslacht na een langen arbeydt en menigvuldige waarnemingen op 't papier gestelt hebbe, in 't licht brengen, heb ik geen reden, om wat beters te hopen, nog zeer wel gedenkende aan 't gene, 't welk al voor vele Jaren eenige menschen door nydigheydt vervoert, of door eygenliefde, of vooroordeelen verblint, tegen my ondernomen hebben, tot dat ze eyndelyk door kracht van waarheydt overtuygt zynde, my de overwinning hebben gegeven. Zekerlyk is alles, wat met waarschynelyke redeneringen, ja zelfs van zeer verstandige menschen ter nedergestelt, en aan onervarene is wysgemaakt, terstont vervallen, zo haast de ondervinding geleert heeft, dat men lang te vergeefsch getwist heeft over zaken, die de natuur niet erkende. Die zelfde getrouwe leermeesteresse, de ondervinding, heeft myn zaak, die by vele scheen slecht te staan, zo veel Jaren dapperlyk bepleyt; die zelfde ondervinding, zeg ik, stryt nu ook nog voor my, en roept tot die gene, die niet willen horen, komt en ziet.

[pagina 1051]
[p. 1051]

Want dit is de kracht van de waarheydt, dat ze zelfs de onwillige tot toestemming overhaalt, alwaar geen plaats van twyffelen overgelaten, maar een stoffe verschaft wort, om over al Godts wonderwerken te pryzen, tot zyn eeuwige heerlykheydt.

Ik zal U met veel woorden niet ophouden, goetgunstige Leezer: want het lust my niet te voren verhaalde zaken te herhalen, of die by te brengen, welke van anderen hier over geschreven en verhandelt zyn; Ik vergenoege my alleen met te maken, dat gy verstaat, 't gene ik nu te zeggen hebbe.

Onder anderen, dat wy U opofferen, breng ik een ontleding van een peer te voorschyn. Zo ik zulks in een lever of mensche milt gedaan hadde, zou 't de naam van [excarnatio] een ontvleziging verdienen. Maar laat ik 't nu het geraamte van een peer noemen, als ik gewoon ben uyt bladeren en heesters te maken; welk gezicht vele niet onaangenaam is geweest. Gy zult verder zien, wat ik in der zelver beschryving hebbe aangemerkt. Hier by heb ik figuren gevoegt, waar mede aangetoont wort, dat de vaten der vruchten, welkers [nucleus] pitje met een steen bedekt is, gelyk pruymen, persiken, en andere voor 't grootste gedeelte voort komen uyt de stenen, alhoewel niet alle op een en dezelfde wyze.

In 't Cabinet van Wormius hebbe ik een onvolmaakte afbeelding van een gedeelte van 't geraamte van de Opuntia gezien, over 't welk toen ter tydt de Geleerden zich ook zeer verwondert, en daar van in hare Schriften gewach gemaakt hebben. Maar ik zal, zo 't God behaagt, den gehelen heester, die ik tot een geraamte gebragt hebbe, laten afbeelden, waar in vele aanmerkenswaardige zaken zullen voorkomen, en te gelyk byvoegen het geraamte van de bladeren van den Eykenboom, die, als 't moes weggenomen is, de gedaante van uyt garen gebreyde netjes vertonen zullen. Vaar wel, en gebruyk dit met my.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken