Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het huis in de hitte: drie jaar Deli (1933)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het huis in de hitte: drie jaar Deli
Afbeelding van Het huis in de hitte: drie jaar DeliToon afbeelding van titelpagina van Het huis in de hitte: drie jaar Deli

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.70 MB)

Scans (10.11 MB)

XML (0.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het huis in de hitte: drie jaar Deli

(1933)–Annie Salomons–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 102]
[p. 102]

XX.

De heete middag drukt brandend fel op de neergelaten krees. Er is geen geluid in het leege huis en zelfs de altijd huilende of roepende kinderen op het erf zijn stil geworden. Alles slaapt, zelfs de wind in de takken; de zengende lucht hangt onbeweeglijk en het menschdom doet het beste ook onbeweeglijk te ondergaan, waarmee de hemel hem bezoekt.

Het is, alsof het spreitje aldoor zwaarder wordt; zou ik nu niet gewoon onder een laken mogen? De koorts is bijna weg en bij deze temperatuur......

Ik heb de baboe al gebeld, en ik schrik een beetje van het metalen geluid, al wist ik vooruit, dat 't komen zou. Zij is de eenige, die waakt, als we allemaal op onzen rug liggen; iederen middag staat ze geluidloos te strijken in de overdekte gang bij de bijgebouwen, terwijl de boys en de kokkie siësta houden. Ik roep haar anders nooit op dit uur, en ze komt glijdend snel naar binnen, een en al ijver, om, nu ik ziek ben, mij in alles ter wille te zijn. Ze is mooi, slaafsch en waarschijnlijk een beetje schijnheilig. Als ik ergens een aanmerking over maak, begint ze snel over iets anders, dat ze juist erg voortreffelijk heeft gedaan; als ik haar prijs, zegt ze: ‘Als ik maar weet, wat mevrouw aangenaam is...... Ik heb geen ander doel in m'n leven’. Maar eens, toen de maior domus haar een reprimande had gegeven, heb ik haar zoo buiten zich zelf gezien van woede, dat ik aan haar duive-zachtheid niet meer geloof.

Ik geef haar een aanwijzing, waar ze nog een dun

[pagina 103]
[p. 103]

lakentje kan vinden en ze komt er mee aan m'n bed. Maar dan ineens begint ze heftig opgewonden tegen me te fluisteren, zóó rad, dat ik eerst geen woord er van begrijp; haar mooie gezichtje is vertrokken; haar voorhoofd lijkt blauw verkleurd; ze ruikt naar knoflook, en ik voel, dat ik toch eigenlijk nog wel ziek ben, en dezen overval nog niet kan verdragen. Maar ik lig hier weerloos, iedereen slaapt; ik moet wel luisteren en een antwoord geven, en ik begrijp ineens, dat het juist is, omdat ze me nog nooit zoo veilig alleen heeft gehad; omdat ze anders altijd bang is dat de anderen haar zullen hooren, door de muren van de kamer heen; ik begrijp, dat dit een maandenlange wrok is, die nu eindelijk zijn uitweg zoekt. Was ik maar stilletjes onder m'n sprei blijven liggen; onder het dunne lakentje heb ik het nu nog veel warmer; en hoe krijg ik haar ooit de kamer weer uit......

‘Sainan eet van uw suiker; de vrouw van Sainan gebruikt uw waschzeep; ze koken op uw hout’, somt ze meedoogenloos op, terwijl haar magere, bruine vingers aan de sprei plukken. Kan ik antwoorden, dat ik nooit anders had verwacht en dat ze, om des lieven vredes wille, moet trachten ook aan haar legitieme portie te komen?

‘Sainan verkoopt uw klappers...... Hij heeft er laatst weer vijftig laten plukken!’ Het is waar, dat het al maanden geleden is, dat we het feest beleefden, dat zoo'n zorgelooze, blootbeenige boef den hoogen boom inschoot en de veerkrachtige vruchten naar beneden kochelde, en toen we er de vorige week toevallig naar vroegen, zei hij: ‘De stammen zijn zoo glad van den regen; dan gaan ze niet graag naar boven’. Maar ik had hem in elk geval meer tact toegedacht. Als hij den buit eerlijk had verdeeld; als hij het evangeliewoord in practijk had gebracht, dat men zich vrienden moet maken uit den onrechtvaardigen mammon, dan zou de baboe nu niet met zooveel bitterheid......

[pagina 104]
[p. 104]

‘Hij slaapt op uw lakens; hij heeft den rand, waar de naam ingeweven is, er af laten nemen......’

Nu heeft ze me getroffen: de lakens zijn een teer punt; ik ben er in het vorige huis op onnaspeurlijke wijze een kwijt geraakt, tegelijk met een schildpadden doosje met mokkalepeltjes, waaraan ik nòg niet zonder weemoed terug denken kan. Ik ben dol op schildpadden doosjes; ik vind het bepaald volkomen overbodig, dat mevrouw Sainan dit op haar theeblad zou hebben prijken, of dat ze de vermoeide leden op ónze lakens zou uitstrekken......

‘Ik zal er met meneer over spreken’, zeg ik kort; maar nu ontketen ik een nieuwen storm van wanhoop en opwinding: niemand mag ooit weten, dat zij het me heeft verteld; ze heeft altijd haar mond gehouden, maar ze heeft zoo'n medelijden met mevrouw, die aan alle kanten geplukt wordt. Maar mevrouw moet als je blieft tegen den ‘toean’ zeggen, dat iemand van hiernaast haar heeft gewaarschuwd......

‘Goed, goed; ga de sprei nu maar in de zon hangen’, zeg ik om er een eind aan te maken, en ik stel me het gezicht van den ‘toean’ voor, als ik hem vertel, dat ‘iemand van hiernaast’ mij (zeker aan mijn ziekbed) is komen vertellen, dat Sainan van onze suiker snoept.

Ik probeer te slapen, maar ik ben bezeten van een rekensommetje: drie lakens in gebruik, en we hebben een logé gehad; dat is vijf in de wasch; één is er weg; dus dat is drie en twintig, min acht; dan moeten er vijftien in de kast zijn; drie plus vijf is acht, plus vijftien is drie en twintig; vijf in de wasch en drie in gebruik...... Lieve hemel, ik ben toch meer huisvrouw dan ik gedacht had; van dat lakenprobleem kan ik met geen mogelijkheid los komen; zal ik in vredesnaam maar eens even gaan kijken? Met een dikke peignoir aan; 't is maar een oogenblik...... En raar duizelig zoek ik mijn sleutel in mijn taschje, en strompel door het doodstille huis naar de groote linnenkast. M'n hart klopt in mijn keel, alsof m'n geluk op het spel stond: ik tel de blanke

[pagina 105]
[p. 105]

ruggen; ik tel nogeens over: een stapel van acht, een stapel van zes; te zamen veertien.

Opeens doodmoe keer ik naar m'n bedje terug. Het gevoel, dat we hier iets aan moeten doen, dat er harde woorden moeten vallen, ontneemt me al m'n levenslust. Had de baboe haar openbaring toch in vredesnaam maar voor zich gehouden. ‘Wat niet weet, wat niet deert’, en hoe eindeloos veel zou ons in Indië ‘deeren’, als we een vermoeden hadden van wat er zich op ons erf afspeelt! Waarom heeft ze ons niet de illusie gelaten, dat onze kleine maior domus volmaakt was, met zijn onverstoorbare humeur, met zijn attenties, zijn handigheid en zijn verrassenden humor...... Toen we laatst hem betrapten, dat hij zoo'n mooie flesch van ‘Old Tom’ in de wacht sleepte en m'n man hem zei: ‘Wacht tot je er een paar dozijn bij elkaar hebt en verkoop ze dan. Dan kun je 't geld, dat je er voor krijgt, onder 't personeel verdeelen’, heeft hij ons toen niet met dit brillante antwoord verblijd: ‘Nee, dat doe ik liever niet; als ik er zooveel tegelijk moet verkoopen, schaam ik me; dan is 't net, alsof er hier zooveel wordt gedronken.’

Is het niet genoeg hem een half uur van te voren op te bellen: ‘Er komen drie gasten. Zorg, dat het eten goed is’ - om een keurige tafel te vinden met 't mooie servies, versche bloemen in de zilveren vaasjes, en zelfs een schijfje djeroek in de vingerkommetjes? Is er iemand, die zoo fijn reageert op een feeststemming tusschen ons tweeën, als dit bruine ventje, die van zijn sympathie blijk geeft door een bloeiend takje tusschen onzen servetring, gebakken pisang bij de thee of de ‘mooie’ waterglazen met klappermelk......

En als ik ziek ben...... wie smokkelt op eigen initiatief een ei in de bouillon, zoo heerlijk licht geklopt, dat je heelemaal niet hoeft te griezelen? Wie stuurde, toen ik vanochtend zei, dat ik weer alles mocht eten, onmiddellijk de baboe met chocolaadjes naar binnen, omdat hij dacht, dat ik die wel het meest zou hebben gemist? En

[pagina 106]
[p. 106]

vanmiddag onder 't eten had hij nog den inval gehad, het glaasje, waarin m'n thermometer staat, met drie orchideetjes te versieren...... Zoo wist hij altijd weer wat geks te bedenken, waarom ik lachen moest...... En zou je nu zoo'n juweel om een enkel laken...... er waren er nog twee en twintig over; als hij in hetzelfde tempo doorging, één laken per jaar, was het hoogst onwaarschijnlijk, dat hij de gelegenheid zou krijgen, ze ons allemaal afhandig te maken, en zoolang we zelf nog maar......

‘Zeg, hoeveel lakens per jaar is Sainan je waard?’ roep ik met m'n gezicht naar de binnengalerij, als het huis plotseling dreunt van een luiden stap.

‘Wel tien’, is 't gelijkmoedige antwoord, terwijl mijn man naar den thermometer vischt, om te kijken, hoe hoog de temperatuur is geweest. ‘Mis je iets? Een beetje stelen doen goeie bedienden allemaal, moet je maar denken. Als het nu maar binnen de perken blijft en met eenig respect voor onze intelligentie......’

‘Hè ja, dat is een prettige opvatting’, zeg ik dankbaar. Ik zie ineens weer een goeien kant aan het leven.

 

Maar als de baboe geluidloos binnenglijdt met een glas melk, met een schoteltje compôte, of met een sapoe lidi om op de muskietenjacht te gaan, dan blijf ik halsstarrig in m'n boek kijken en ik voel me zoo beschaamd, alsof ik iets tegen haar misdaan had. Want ik weet, dat ze me verwijt, dat er geen gerechtigheid geschiedt, en dat haar pharizeesche deugdzaamheid zich bitterlijk miskend voelt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken