Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Geen duimbreed! (1936)

Informatie terzijde

Titelpagina van Geen duimbreed!
Afbeelding van Geen duimbreed!Toon afbeelding van titelpagina van Geen duimbreed!

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.56 MB)

XML (0.23 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/pamflet-brochure
non-fictie/theologie
non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Geen duimbreed!

(1936)–K. Schilder–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Een synodaal besluit inzake 't lidmaatschap van N.S.B. en C.D.U.


Vorige Volgende

§ 4. Het onchristelijke karakter der N.S.B. in haar eerste optreden.

Dat de N.S.B. een onchristelijke beweging is, en dat haar beginselen rechtstreeks in strijd komen met de gereformeerde belijdenis, ware op de Middelburgsche Synode (1933) eenigszins gemakkelijker aanwijsbaar geweest, dan thans het geval schijnt te zijn. In Januari 1933 immers verscheen als officiëele brochure III der N.S.B. een ‘nationaal-socialistische (fascistische) staatsleer’ (7e-10e duizendtal). Deze brochure droeg volgens eigen verzekering een ‘wel-doordachte wereld- en levensbeschouwing’ voor, op welke de in programpunt 16 verlangde ‘opvoeding van de jeugd’ diende te berusten (III, 5), zulks dan ‘voor handhaving van den nationaal-socialistischen Staat’ (ibidem); deze wereld- en levensbeschouwing was evenwel met het christelijk geloof in flagrante tegenspraak, gelijk we hieronder nog zullen zien.

Het feit ligt er evenwel, dat deze brochure, hoewel ze eerst als ‘Staatsleer’ was aangekondigd op het titelblad, later, in brochure IV (bl. 5), als ‘proeve’ van staatsleer werd aangediend, terwijl dan als ‘bestemming’ van deze staatsleer-in-proeve achteraf werd aangegeven: het bewijs te leveren, dat een Fascistische Staatsleer wel degelijk bestaanbaar was (IV, 5). Alsof iemand daaraan twijfelde! En alsof men aan zulke puur academische experimenten zijn tijd vermorsen moet in deze overigens niet bepaald aan acade-

[pagina 16]
[p. 16]

mische rust herinnerende ‘beweging’ ter saneering van ‘volk en vaderland’! Nog later werd brochure III zelfs als (nog maar) ‘eerste’ proeve aangediend (V, 5), en werd officiëel verklaard, dat de in een 2 Maart 1936 gedateerde nieuwe brochure V getrokken ‘staatkundige richtlijnen’ waren getreden ‘in de plaats van die, welke in brochure III waren neergelegd’, en dat ‘daardoor’ brochure III was komen te vervallen (V, 9).

Op zichzelf is dit heen-en-weer-scharrelen met zijn eigen officieele papieren een bewijs van verlegenheid. En van gebrek aan werkelijke leiding, om van beginselvastheid maar te zwijgen. Maar daarover spreken we nu niet. Want we zullen hieronder nog wel nader trachten aan te toonen, dat de formeele vervallen-verklaring van brochure III geen acte van bekeering, doch veeleer van verharding was.

Doch voor het oogenblik volstaan we met de vraag: wat te denken van een ‘Beweging’, welke haar ‘ethiek’ met de christelijke ‘identiek’ verklaart, en dit dan betoogt in een op alle punten met het christendom strijdende ‘staatsleer’?

Ja, frappant was wèl in brochure III de verzekering, dat de ‘ethiek’ der N.S.B. met de christelijke ‘identiek’ was. Gelijk ook het feit, dat, in gelijken zin sprekende, in een Landdagrede (‘Volk en Vaderland’, 5 Mei 1934) de heer Mussert, leider der beweging, zijn volgelingen vermaande: ‘doet uw plicht in de N.S.B. en daarnaast: houdt Uw geloof hoog, laat U daarvan niet afdringen. Wees een voorbeeld in de toepassing van de beginselen van Uw geloof. Verwaarloost Uwe kerkelijke plichten niet’.

Uitspraken en vermaningen als deze kregen nog des te dieper relief, toen men verzekerde: ‘waar onze nationaal-socialistische beweging tot een lange reeks van gecompliceerde handelingen zich heeft te ontwikkelen, waar zij op het gebied van moraal, cultuur, economie en staatkunde zich zal moeten doen gelden, daar hebben we bij dit uitwerken van ons beginsel ons daarin eerst te verdiepen, en het als staatswetenschap en staatsphilosophie te rechtvaardigen en te verdedigen. De waarheid van ons staatsideaal hebben we te bewijzen, om dit dan als welbegrepen ideaal door een aanvallenden strijd tot werkelijkheid te brengen, en ... te handhaven ... Onze beweging is uiting van een zedelijken wil; “willen” is werkzame eenheid van denken en doen’.

Toch wrong hier al dadelijk de schoen. Want dezelfde leiders, die hun ethiek met de christelijke identiek noemden, en die verzekerden, dat de N.S.B. ‘het christendom erkent als essentiëelen inhoud van den geest onzer natie’ (V. en V. 14-4-'34), ja, die durfden be-

[pagina 17]
[p. 17]

tuigen, dat hun ‘staatsvisie is geïnspireerd door de groote Christelijke godsdienstige denkers en leidslieden’, en dat zij nu terugkeeren naar de bronnen’ (!) (IV, 24), - verklaarden daarnaast: ‘wij eischen van onze leden als leden van de N.S.B. individueel ook geen enkel concrete geloofsbelijdenis, doch slechts (!) de overtuiging, dat verheven ordeningen bestaan boven de materie’ (IV, 24).

Maar hier werd toch practisch een indifferentisme gehuldigd, dat met de groote christelijke godsdienstige denkers en leidslieden in strijd kwam, instee van door hen ‘geïnspireerd’ te zijn. Want de herauten van het christelijk denken hebben altijd volgehouden, dat een konkrete geloofsbelijdenis noodig is voor den opbouw van heel het leven, vooral, als men een opbouw verlangt, die (zooals de N.S.B., IV, 24, zegt te willen) ‘op basis der bovennatuurlijke ordeningen’ moet ‘staan’. En omdat zij geen abstrakte, maar alleen een konkrete geloofsbelijdenis erkenden, daarom eischten zij juist van elk, die een ‘groote daad wilde baseeren’ op een ‘ernstig en weloverwogen’, zuiver-doordachte ‘philosophie’ (III, 3, 5), dat hij een konkrete geloofsbelijdenis zou óverleggen, opdat men zou kunnen weten, wat hij nu eigenlijk bedoelde met die ‘verheven ordeningen’, die ‘boven de materie staan’.

Hier evenwel is het juist andersom.

Hier ziet men de vooraanstaande figuren in de N.S.B., hoewel ze verzekeren, dat ‘bestrijding of ondergraving van welken vorm van Christelijke Religie dan ook, in de N.S.B. niet geduld zal worden’ (IV, 29), zelf bezig met de bestrijding en de ondergraving van de Christelijke Religie, - juist door het indifferentisme, dat hen ertoe leidt, ‘niet te vragen, waarop’ haar leden de ‘ethische levenshouding gronden’ (III, 4). Er zullen er zijn, die deze ‘ethische levenshouding’ gronden op het christendom, er zullen er óók zijn, die ‘de ethiek NIET op Christelijk geloof gronden’ (IV, 5). Beide zijn evenwel de N.S.B. als zoodanig éven welkom. Niet alzoo echter bij de groote leiders en denkers van het Christendom. Zij hebben steeds beweerd, dat het onchristelijk, wijl indifferentistisch is, te beweren, dat ‘onze levens- en wereldbeschouwing gekenmerkt is door het alles overheerschende besef van saamhoorigheid, van nationale en geestelijke eenheid’ (III, 4). Want zij kenden geen andere wézenlijke eenheid, dan die, welke in het dienen van God gelegen is, en konden derhalve niet zóómaar van ‘nationale’ op ‘geestelijke’ eenheid besluiten, noch deze aan gene koppelen. En wijl ‘geestelijke’ eenheid aan de openbaring gebonden is, en daarvan een vrucht moet zijn, zijn ze steeds van een anderen geest geweest, dan zij die in gezegde brochure III schreven: ‘dat ons leidend beginsel ONMID-

[pagina 18]
[p. 18]

DELLIJK in de rede ligt’. En zij hebben, zoover ze als christenen spraken, beweerd, dat een werkelijk leidend beginsel juist niet in de rede liggen mag, dat het integendeel alleen uit de openbaring gegeven is, en dat, wie zóó iets schrijft, daarmee toont, het christendom niet in de verste verte te hebben verstaan (vergelijk III, 5).

En in dit indifferentisme, dat christendom en niet-christendom, nog wel in het leggen van den grondslag, có-ordineert, hebben zij terecht een onchristelijke houding gezien, ja, een verhindering, om te komen tot het waarachtig goede werk, dat, naar een bekende omschrijving, slechts goed kan zijn, als het is uit het geloof, naar de wet Gods, Hem ter eere.

‘Naar de wet Gods’, - daar treedt de openbaring op van dien God, die ‘de eenige wetgever is’. En waar deze openbaring gister niet het minste gezag had in de opkomst van die ‘politieke partij’, welke heden ‘het geweten der natie’ heeten wil, en morgen alle staatsgezag aan zich wil trekken, daar is het tegen den achtergrond van al die feiten slechts holle phrase, als de leiders der N.S.B. ons voorspiegelen, dat ingeval zij ooit gaan regeeren, alsdan ‘de Nederlandsche Staat God zal belijden als de drijfKRACHT van het nationale zedelijke leven’ (IV, 16). Immers, behalve dat tegen de voorstelling van God als ‘kracht’ van oude tijden af aan in de christelijke kerk zwaar gestreden is, vergete men niet, dat gelijke klanken ook komen uit de kringen der vrijmetselaars, die eveneens ieder naar zijn eigen manier zalig laten worden (maar daarbij zoo eerlijk nog zijn, te zeggen, dat ze dus de menschen van Rome en van Dordt niet kunnen gebruiken). Zonder een konkrete geloofsbelijdenis - die nog volstrekt niet kerkelijk behoeft te zijn - als basis van het partijleven, is het pro memorie uittrekken van den post ‘Souvereiniteit Gods’ (IV, 16) een hoon, Hem aangedaan.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken