Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Eiland der eenzamen (gevangenisgedichten 1943-1944) (1946)

Informatie terzijde

Titelpagina van Eiland der eenzamen (gevangenisgedichten 1943-1944)
Afbeelding van Eiland der eenzamen (gevangenisgedichten 1943-1944)Toon afbeelding van titelpagina van Eiland der eenzamen (gevangenisgedichten 1943-1944)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.26 MB)

Scans (290.13 MB)

ebook (2.90 MB)

XML (0.04 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Eiland der eenzamen (gevangenisgedichten 1943-1944)

(1946)–Jacques Schreurs–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 24]
[p. 24]

Der wereld zware nood is over

 
HET was een nacht als na een regen
 
Waarin ik stram mij vond gelegen.
 
Ik zag door takken en door grassen,
 
Die rond mij waren dichtgewassen,
 
Een groene schijn van water leken
 
En met een snik de sterren breken.
 
De wind ging zwaar door de platanen;
 
Ik had een zilten smaak van tranen.
 
Terwijl ik langzaam mij ontdekte
 
En huiverend de handen strekte
 
Naar iets dat, binnen mijn verlangen,
 
Gelijk een vrucht was blijven hangen,
 
Voelde ik aan hun vertraagd gebaren
 
Dat zij mij vreemd geworden waren.
 
Wat is gebeurd? trachtte ik te denken,
 
Toen dáár een hand begon te wenken
 
En ginds een hoofd kwam opgerezen
 
Naast nóg een hoofd en nóg een wezen.
 
De nacht, zon ik, zal dra voorbij zijn;
 
En warm in mij ervoer ik blij zijn
 
Om een gedicht dat ik zou schrijven,
 
Een tragedie in veel bedrijven,
 
Waarna 'k mijn hoofd weer nedervleide.
 
En 'k droomde door: ik zat bescheiden
 
Met moeder bij een roemer moezel,
 
Toen 'k eensklaps uit dien zoeten doezel
 
Gewekt werd door een hijgend spreken,
 
Door hier en daar een takken-breken;
 
Dan, op mijn knieën recht gestrompeld,
 
Hoorde ik van mond tot mond gemompeld:
[pagina 25]
[p. 25]
 
Der wereld zware nood is over;
 
En iemand dichtbij in het loover
 
Zei zacht tot mij: wij zijn herboren,
 
En aan mijn oor: wij ademhalen
 
En alle tranen zijn bevroren
 
In het gezang der nachtegalen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken