Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745 (1984)

Informatie terzijde

Titelpagina van Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745
Afbeelding van Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745Toon afbeelding van titelpagina van Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.20 MB)

XML (1.27 MB)

tekstbestand






Editeur

M.J. van Lieburg



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/dagboek
non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Memoryboeck van de vrouwens. Het notitieboek van een Friese vroedvrouw 1693-1745

(1984)–Catharina Schrader–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[1729]

Dit jaar 1729 nemt wederom sin anvanck.

Dit vorledene jaar is gepasert, mar o Here, Gij hebt mij all menigmalen grotte prickelen en swarigheden doen ontmoten, doch uyt allen desen hefft mij, o Heere, Uw hant geredet. Och mogt het de Heere behaagen mij wederom in dit niwe angevangene jaar wederom niwe seegeninge over mij uyt stortten. En wilt Uwe goedertirentheit en baremhertigheit doch om mijner sonden wille nit van mij wenden. Och Heere, bewart mij doch vor sulcke ongeluckige ontmotinge dy het U beliven mogte te besoekenen. En als ick har dan moet helpen, Heere, stat dan wederom an mijn rechter hant als ick in grotte nooden to U rope.

[pagina 148]
[p. 148]

O Heere, hast U dan tot mijner hulpe en bijstandt. En verwerp mij nit in mijnen hoogen ouwderdom. Terwil dit U hant mij hefft opgeleyt, soo byde ick U uyt het binnenste mijnes herrten, geft mij wijsshijt, vorsigtigheit, gesontheit, chragt en sterrckt om alles te doen tot eher en heerlickhijt en grotmackinge van Uwe grotte wonderwercken. Alles om de verdinsten van Uwen lieven Soone, onsen Heere Jesum Christum. Dit wenst Uwe arrme dinstmagt alles uyt genaden. Amen, ja amen.

1729 den 1 januw[ari].

Catharina Ger. Schraders, weduw van Tomas Higt, ouwt in mijn 74 jaar.

(2353)

den 2 januwary 1729 tot Wettsens gehalt bij Marrten de bur sijn wif Geluw Johanes dochter Gritte. Een soon. Doch ginck seer swar. Doch alles well. Was weynig arbeit. 7-

(2355)

1729 den 8 januwar bij Geltie Ype byrdragers dochter. Een dochter. Tallemde lang swar arbeyt. 1-8

(2357)

1729 den 16 januwary bij Tiesse gorrtmacker sijn wijf Alltie Brant Douwes dochter. 2 Soonen. Tallemde. Het eerste wat war recht, het ander vort darop ock recht tot de geborte. Het erste levede een etmal. 3-

(2358)

den 18 januwary bij [...] sijn wif Welmoet. En haar van een doodt verott kint verlost. Geluckyg. Hadde sij 6 weecken van te voren seer swar gevallen. 6 Wecken qwam het te vrog. 2-2

(2359)

1729 den 23 januwary sondag bij Ysebrant Jackops olyschlagers knecht sijn wijf Lisbit. Een dochter. Gynck swar to. Doch alles well. 2-

(2360)

1729 den 25 januwary dengesdag bij Teirck Jans Backer sijn wiff Catharina. Een soon met een dochter, bijde onrechtverdig. Kerde se beyd hastig en hallde se. En alles wel. 4-

(2362)

den selven dito [25 januari] gehalt bij de kuper op de leege weg sijn wijf Antie. Een sware vloet met grotte pin. 2-11

(2363)

1729 den 5 feberwarij saaterdag Alle Sickes sijn wif Hycke gortmacker. Een groete sware soon. 3-3

(2364)

1729 den 9 feberwar bij Frans X, sijn wijf Fuckie. Een hoedemacker. 2 Bravve dochters hastig gehalt. Beyde recht, het leste mett de hanties vor. 2-10

(2367)

1729 den 13 sondagavent bij Pitter X. hellep backer, sijn wijf Mencke op de Ostercingel. Een dochter. Een scheve baarmoeder. 1-10

(2368)

1729 dingesdag den 16 avens tot Aalsem bij de schadt meyster sijn wijf Pittie. Har een dochter gehalt. Satt seer vast met de schouwders. Hade ick dar vel werck me. Leffde mar een kartir urs. 4-

[pagina 149]
[p. 149]

(2372)

1729 den 26 feberwary saaterdag morgen te vir uren bij Clas Jackops backer sijn wif Rimke. Een dochter. Nae datse well 3 wecken met arrbeit gegan hade. Doch int lest in 2 uren luckte. 3-10

(2373)

Feberwary sondag den 27 Vastelavens avent bij Seckle Alles gorrtmacker sijn Wijncke. En haar den geheelden dag bijgestan. Verloste swar van een dochter. Qwam met sijn angesigt in de geborrte. Was noch schir nit int angesigt beschadigt. De Heere sij gedanckt. 4-8

(2374)

1729 den 5 mart frijdag bij Romke Willems Boy törfdrager sijn wiff Aacke. Durde van avens ten 5 uren tot smorgens ten 4 uren. Hadde het seer swar. Een harrde geborte. De scheede gelackseert, so dat het seer de geborte verhinderde. Kreg op het lest schricklick arbeit. En de Heere verloste har eyndelick van een dochter. De Heere beware mij doch vor sulcke ontmoeting verder. Moder en kint behou[den]. 1-10

(2375)

1729 den 6 mart sondag vastelavent Berent Elties slagter sijn wijf Siwke. Een dochter. Een sware reys. Durde lange. Noch alles well. 2-

(2376)

1729 den 10 merrt [...] sijn wijf Anna Gertz. Har een dochter gehalt. Hade het swar. 2-10

(2380)

1729 den 14 mert gehalt des nachtes tot Hantum bij domene Brugmans vrouw Pitternelletie. B[e]vont dat het waatter all weg war int bett. Tallemde noch tot nae de midags ten twe uren. Ginck int lest noch heel swar. Een grot swar kint. Een soon. Alles well. 7-10

(2381)

1729 den 26 merrt op het verlaat butten Aalsem port bij Gerit Hessels sijn wijf Siwke. Haar een docht[er] gehalt. Qwam met sijn sijde vor. Most het keeren. En haalen het swar met de vooten. Doch de Heere sij gedanckt, alles well vor moeder en kint. -.-

(2382)

1729 den 28 merrt bij Lutien Zirkxs kuper sijn wijf Siwke. Alles wel, doch tallemde lange. Het arbeyt nae boven. Alles wel. Een soon. 2-11

(2389)

1729 den 24 april sondags smorgens gehalt bij Jan Jackops allyas Jan Stuyt sijn wiff Lisbit. Sat lange in de geborte. Tallemde lange. Doch ginck heel wel. Een dochter. 3-

(2390)

den selven dito bij Gerit Wybes een koffy [en] tee koper sijn wijf Derckie. Heel hastig. Het kint was dar al. Het lest was de geborte bijnae gesloten. Een grotte soon. 3-

(2392)

1729 den 22 mey bij Jan Jacobs wolkammer sijn wif Dudtie. Een soon. Sij hadde het nit van de beste. 2-10

(2394)

1729 den 9 juny bij de mayor Marrt Aytes sijn wijf Poyke. Een  

[pagina 150]
[p. 150]

seer teedere soon gehalt. En hastig. Hadde vrouwkie een seer qwaat p[e]rickolös been. Gestorven de virde dag. Het fur int been. 3-3

(2395)

1729 den 20 juny gehalt bij Assmes Jackops royle but sijn wiff Trintie. Een dochter. Most ick de geborte ontsluyten. Een harrde en scheve baarmoder. Het arbeyt nae boven. 3 a vir mall de streng om den hals. Qwam op de sij. Mar, de Heere sij geloft, nog alles well vor moder en kint. 2-4

(2400)

1729 den 16 augustus dingesdag avent is mijn dochter Gertrut Elisabet Higt bevallen van een dochter genamt Catharina Gertruyt. Een sware reys. Avent ten 7 uren. Met slupent waatter. 0-

(2401)

1729 den 21 augustus bij Harrmans Witzenborg meyster backer sijn wif Lutzke. Een son. Hastig. Nae datze de geheele dag al pinelick war. 3-6

(2403)

1729 den 26 augustus ben gehalt bij de koopman en brouwer Minne Pirs. Bevont een grot waater. Qwam gen verandering. Brack doen hett waater halde en kerde het kint bij sijn vooties. Heel swar. En was bijnae doodet. Mar de naegebort most ick hoor met kleyne stuckis ofplucken. Doch alles noch well. Een soon. Hade dar vell me te doen. 5-

(2404)

1729 den 26 augustus gehalt bij Unne, Ramsnös in de wandeling, sijn wijf Trintie. Nae dat har moder, sijnde de vrootvrouw van de Geest, een dag a 2 met haar getallemt hadde, gaf se het over. Een bedorven werrck gemack. Qwam met het ersie vor. Kreg ick eyndelick de vooten. Haalde het. Swar. Het kint levede noch, mar storf vort. 1-10

(2405)

1729 den 9 september bij Pitter Vonck sij de voorman sijn wijf. Har een kint van 18 wecken gehalt. Levede, mar nit lan[g]. Een meysie. Hastig. 1-12

(2406)

1729 den 10 september saterdag gehalt op de Wauwtportster bleeck bij Jan Kepes sijn wijf Marrtie Clas, ons ouwde meyt. Talmde lang. War het kint seer bestrengt. Het arrbeit nae boven. Een soon. 2-6

(2409)

1729 den 8 ocktober op de Streek bij Altena bij Chlas Vrysie schutemacker sijn wijf Catie. En haar een dochter gehalt. Het kint presenterde sijn rugie. Kerde het hastig. Kreg het met de voeten. Alles wel vor moder en kint. 3-4

(2412)

1729 den 24 ocktober sondagen nacht op de Hogte gehalt bij Jettze Jogems torfdrager sijn wijf Trintie viswijf Derck sijn dochter. Qwam van selfs hastig. Een kintie van 7 manden, heel teer. De vrouw hade sware korsen. Ginck wel. Een dochter. Mar den 6 dag gestorven. 1-8

[pagina 151]
[p. 151]

(2413)

1729 den 27 donderdages snachtes bij de seckertaris klerck Chrisstofel Bransma sin wif Hisskie Sirc[kx]. Ginck swar to. Hadde het arbeyt in beyde dick van de beenen. Jamerde seer, doch ginck int lest noch alles well. Een dochter. 4-10

(2415a)

op Allerhijligen 1729 Douwe Lolle Popkes harpenir sijn wijf Antie Timmes, een ondertrouwde vrijster. Ginck hart to. Een soon. overtoleg

(2415b)

Allerhijligen bij Lolle Popkes sijn ondertrouwde bruyt en genamt Anttie. Een soon. Ginck swar. 1-16

(2416)

1729 den 6 november bij Yde Frerickx timermans knecht en schlagter sijn wif Zitzke. War het waater al weg. En war ick bij har van saaterdags tot sonddagavent. Ginck seer swar, satt well 2 uren in de geborte. Qwam seer swar. De voeten met de schouwders gelick. Een soon. Satt de naegebort ock angegroyt. O Heere, bewar mij doch weer vor sulcke ongeluckige. Doch alles noch wel vor moder en kint. Een vlaster. 3-

(2421)

1729 den 26 november bij Tis Wouwters vrotzman en jenever stocker sijn wijff Pittie. Bevont datse grotte pin hadde. Groyde een waater; het brack. Vont noch gen kint. Bevont do[en] dat het geheel achter over het ysben lag met sijn rug. Sogt het te keeren een sogt nae de voeten. Kreg met grotte muyt een konde het ander nit krigen. Most haar nog op het hooft setten. Kreg het met schrickliche moyte. Sat doen nog vast met het hooft. Een dochter. Storf vort. 4-4

(2422)

den 27 bij Berent Elties slagter sijn wif Siwke na datse 6 wecken an een vloet gegan hade en de kors. Verloste van een vrucht van 20 wecken. Een soon. 1-10

(2423)

den 27 weer sondag gehalt op de Helling bij Henderick Isackx schipmacker sijn wif Mayke na datse 5 a 6 wecken seer flauw en dodelicke korsen hadde. Verloste ock van een vrucht van 20 wecken. 1-5

(2424)

1729 den 28 november bij Jan de Pon brouwer sijn wif Grittie Basan. Durde van smorgens ten vir uren tot savons ten 6 uren. Swar arbeit. Tallmende lange, doch alles noch well vor moder en kint. Een soon. 2-10

(2429)

1729 den 16 desember frijdag bij de chirurgin en vrotzman Johanes Tadema sijn wif Gertie Clases. Durde een etmal. Swar arbeit. Gen ontslutinge als een ort grott. Most het alles macken. Een kleyne dochter. Doch alles noch wel vor moder en kint. 4-

(2430)

den 17 desember bij Davit Zirkes schutemacker sin wiff Jelltie. Tallemde lang. Een doode soon. Hadde in 3 wecken gen leven gevolt. 1-10

[pagina 152]
[p. 152]

(2431)

1729 den 18 sondags morgens bij Jan Henderickx schomacker sijn wijf Lissie. Tallemde lang. Sag eyndelick dat het nit well was. Bevont dat het met sijn ersie vor qwam. Sog nae de vootten, konde dy nit als dor gewelt magtig worden. Hade don dar schricklick vel me te don, also het hoof en borst waatersugtig was. Schricklick. Angesigt en borst hade schir of een weynig mont, gen verhemelte. O Heere, bewar ons vortan vor sulcke elendige. Doch de moder vart wel. Een soon. 5-

(2433)

1729 den 21 desember wonsdag bij Pouweles Gerhardus sijn wijf Hincke. Een dochter. Tallemde lang. Weynig arb[eid]. 4-

(2436)

1729 den 31 bij de wolkam[m]er Harmen Pitters sijn wijf Fockie Bolltie. Haar 2 dochters gehalt. Beyde rechtverdig nae datse dry daagen te voren het waater al qwit war. Ginck heel well. 3-

Dit vorleden jaar van 1729 hebbe gehat 79 vrouwen, dar me verdint 215 gul[den]. Het vorleden uytgaf een uytgegeven 183.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 2 januari 1729

  • 8 januari 1729

  • 16 januari 1729

  • 18 januari 1729

  • 23 januari 1729

  • 25 januari 1729

  • 5 februari 1729

  • 9 februari 1729

  • 13 februari 1729

  • 16 februari 1729

  • 26 februari 1729

  • 27 februari 1729

  • 5 maart 1729

  • 6 maart 1729

  • 10 maart 1729

  • 14 maart 1729

  • 26 maart 1729

  • 28 maart 1729

  • 24 april 1729

  • 22 mei 1729

  • 9 juni 1729

  • 20 juni 1729

  • 16 augustus 1729

  • 21 augustus 1729

  • 26 augustus 1729

  • 9 september 1729

  • 10 september 1729

  • 8 oktober 1729

  • 24 oktober 1729

  • 27 oktober 1729

  • 6 november 1729

  • 26 november 1729

  • 27 november 1729

  • 28 november 1729

  • 16 december 1729

  • 17 december 1729

  • 18 december 1729

  • 21 december 1729

  • 31 december 1729