Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Een weinig van het andere (1984)

Informatie terzijde

Titelpagina van Een weinig van het andere
Afbeelding van Een weinig van het andereToon afbeelding van titelpagina van Een weinig van het andere

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.51 MB)

XML (0.16 MB)

tekstbestand






Editeur

Geert Koefoed



Genre

poëzie

Subgenre

bloemlezing
gedichten / dichtbundel
non-fictie/koloniën-reizen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Een weinig van het andere

(1984)– Shrinivási–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 179]
[p. 179]

[Een ongebruikelijke stilte]

 
Een ongebruikelijke stilte
 
heeft in ons een plaats veroverd
 
 
 
als ik praat tot menigeen hier
 
blijven mijn woorden
 
tussen mij en hen hangen
 
 
 
en ik ervaar ingevoegde stilten
 
in het huis dat ik nu weer bewoon
 
 
 
stappen weerkaatsen de treden
 
de sleutel kraakt lusteloos het slot in
 
 
 
het water ruist over een lichaam
 
de wind sluipt de shutters koel binnen
 
 
 
een ongebruikelijke stilte
 
dringt zich ín binnen míjn stilte
 
 
 
zij hoort niet tot mijn lichaam
 
daarom weer ik haar af zonder misbaar
 
 
 
vroeger wilde men mij uithoren
 
overlaadde men mij met zijn vragen
 
 
 
wachtend op het verlossende woord
 
verlangend naar een stukje eensgezindzijn
 
 
 
nu loop ik verloren de dag
 
en vraag naar de bekende waarheid
[pagina 180]
[p. 180]
 
ik die woorden hanteer
 
rouw niet om eertijdse wartaal
 
 
 
ik die met taal om kan gaan
 
rouw niet om wat veel ouderen zongen
 
noch om het gepiep van hun jongen
 
 
 
ik die luister naar mensen
 
rouw niet om het poeweriele bedrijf
 
dat een volwassen volk in de weg staat
 
 
 
toch sta ik perplex en verwonderd
 
hoe men zelfs geen woorden meer vuil maakt
 
aan zichzelf, het land en de toekomst
 
 
 
nu ik schrijf ervaar ik wat poëzie is
 
maar als ik het overdenk
 
ontgaat het mij per definitie
 
 
 
precies zoals water binnen je handen
 
wegglipt tussen gespreide vingers
 
 
 
of de hemel die je erin zag schijnen
 
fragmenteert en ineens niet meer is
 
 
 
toch ben ik verrast en bekijk
 
die cosmos hier op een bladzij
 
 
 
woorden schoon zonder bijsmaak
 
gered uit een brein vol van twijfels
[pagina 181]
[p. 181]
 
gedachten ingekleed weer in taal
 
expressie van het menselijk hart
 
bloed alzuiver binnen ons lichaam
 
 
 
grootsprakigheid staat poëzie naar het leven
 
diepgang noch waarde bezit zij
 
 
 
maar onbekommerd praten nog kinderen
 
onbevreesd houdt de jeugd mijn hand vast
 
 
 
zij bevrijden mij uit mijn coma
 
ongeremd, driftig, vol vuur
 
brengen zij nieuw ritme mijn hart in
 
 
 
in een droom zoen ik hun ogen
 
rijp ik met hen mee
 
 
 
als zij proef ik zuiverheid, vriendschap
 
een vrucht van vertrouwen en liefde
 
 
 
wie koopt mij daar een one-way weer
 
wie vraagt: hoe gaat het met holland
 
 
 
ik die reeds lang heb gekozen
 
over en binnen's lands grenzen
 
 
 
voor de zon die mij razendsnel inbruint
 
voor het kind dat mij adem en huid is
[pagina 182]
[p. 182]
 
ik woon hier sinds eeuwen terug
 
en zoen de voetstappen van mijn ouders
 
die dit land een naam durfden geven
 
het van aanschijn hebben veranderd
 
 
 
wie mij niet begrijpt
 
moet het mij maar vergeven
 
 
 
ik ben van levend water, van leven
 
ik neem sterren
 
voor een uitzonderlijk boeket
 
 
 
op de hoogste top van het land
 
raakt mijn vinger de rand van een wolk
 
 
 
een vuurstraal die dit land zou verdelgen
 
vlamt door mijn onbrandbare lichaam
 
 
 
geen haat kent mijn hart slechts deemoed
 
voor hen wier stem is onttakeld
 
 
 
geen gramschap vervult mijn oog
 
voor hen die de onschuld nog dragen
 
 
 
poëzie is het wonder vangen
 
binnen het broze omhulsel van taal
 
 
 
is God en het Goede ont-dekken
 
bevrijden uit een voortwoekerende nacht
[pagina 183]
[p. 183]
 
heel duidelijk ervaar je ineens
 
hoe nabij de hemel dan is
 
 
 
heel helder in een ondeelbare sekonde
 
wat geluk is, wat vreugde, wat schoonheid
 
 
 
zijrivier ben je, een donkere kreek
 
waar de zee instormt als vloed
 
 
 
oeverloos ben je, oneindig
 
grenzend aan de grenzen der aarde
 
grenzend aan de rand van de hemel
 
vol, oneindig vol leven
 
 
 
binnen dit beloftevolle land
 
kun je volmaakt zijn en gelukkig
 
 
 
de onwetenden, de blinden ten spijt
 
zij voeren een halsstarrige strijd
 
 
 
tegen kalenders, de wereld, de zon
 
en dit biedt ons geen brug naar de toekomst
 
 
 
wie een mens verovert met angst
 
zal omkomen in een lawine van wanhoop
 
 
 
zal verzuipen in een kolk van twijfels
 
vereenzaamd op de kust van de dood
 
 
 
word wat een mens was in den beginne
 
waar een mens nog vertederd naar kijkt

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken