Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (2 delen) (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten (2 delen)
Afbeelding van Gedichten (2 delen)Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten (2 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.26 MB)

Scans (63.55 MB)

XML (4.98 MB)

tekstbestand






Editeur

A.E. Jacobs



Genre

poëzie

Subgenre

studie
verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten (2 delen)

(1991)–Joannes Six van Chandelier–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 282]
[p. 282]

[162] Op de Pinxterbloem der straatkinderen.aant.

 
Diogenes gewent, om het sap
 
Te drinken, uit een popelen nap,
 
Eens siende, hoe een kind, uit de sloot,
 
Het waater schepte, in 't hol van syn poot,
5[regelnummer]
Sprak in sich selve, ontsteeken van vuur
 
Des yvers, zoo de milde natuur
 
Die middel geeft, met vingers, te leen,
 
Waar toe dit dingh? en smeet het daar heen:
 
Ik, als de rest, aan wyser gesangh,
10[regelnummer]
Met voeten, by de dichters, voor langh
 
Gevonden op een deftigen toon,
 
Die staadigh gaan, ook enkel gewoon,
 
's Nachts siende, hoe de dartele jeughd
 
Den Pinxterbloem, in rympjes, verheught,
15[regelnummer]
Op voeten songh, wat lochter van aard,
 
Heb strax daar naa myn liertjen gesnaart.
 
Als, in de lent, de Saters, in 't hout,
 
Nu hupplen, of Bacchanten, in 't woud,
 
Of als ik sie de reinimf in 't veld,
20[regelnummer]
Zoo zyn daar toe myn voetjes gestelt.
 
Wie onderwees het rymen, aan 't wicht?
 
Lyk ook, als 't zyn raboorden, in dicht,
 
Om spelden veilt, of sinte Martyn,
 
Als 't koud werd, singht, om turven en wyn?
25[regelnummer]
Het spoelde nooit, in Focidis dal,
 
Syn lipjes, met het henghste kristal.
 
Het sliep niet, op den dubblen Parnas,
 
Waar deur 't zoo draa een singertje was.
 
Het leerde niet, als 't extertje doet,
30[regelnummer]
Uit honger, om het kostjen, een groet.
 
Wie onderwees dan singen, aan 't wicht?
 
Wie onderwees, na 't quam in het licht,
 
Het oeffnen van de reedlike tongh,
 
Met welke 't zoo natuurelyk songh?
35[regelnummer]
Wie is er dan een rechte Poëet,
 
Die meest den dank syn moeder niet weet?

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken