Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Poëzy (1753)

Informatie terzijde

Titelpagina van Poëzy
Afbeelding van PoëzyToon afbeelding van titelpagina van Poëzy

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.93 MB)

XML (0.94 MB)

tekstbestand






Editeur

Frans II de Haes



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Poëzy

(1753)–Hendrik Snakenburg–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 119]
[p. 119]

Jehus afgodery.

 
IS 't dan zoo moeielyk voor 't koningklyke leven,
 
Den Godsdienst te voldoen, en God' zyn eer te geven,
 
Dat Jehu, in dit stuk, zich zelf' hier ook vergeet?
 
Die zich, in Achabs huis, voor God' zoo yvrig kweet;
 
Ontziende vrouw, noch kind, gezalfden, vriend, noch magen,
 
Om hen de schuld en straf des vaders te doen dragen;
 
Die op een' dag en uur 't afgodische gespuis
 
Van Baäl heeft vernield met priestren, dienst, en huis,
 
Gaet meê naer Bethel op en Dan, om offeranden
 
Voor gouden kalveren, als Goden, zelfs te branden.
 
Wat dwaze onzinnigheid bestieit dien yvergeest,
 
Die, in zyn eige zaek, geen roê, geen slagen vreest;
 
Schoon hy, als Gods Trawant, met yzren staf en roeden,
 
Dien smaed in Achabs huis, zoo gruwzaem had doen bloeden?
 
Is dan eens Konings naem aen zonden zoo gepaerd,
 
Dat die u zelfs vervreemd van uw' voorleden aert?
 
God zal u, om de wraek voor hem gedaen, niet plagen;
 
Maer 't vierde nageslacht zal daer gevoel, van dragen,
 
Wanneer uw erfgenaem voor 't volk gedood, ten straf,
 
Uw telgen, naem en ryk zal dooveu in zyn graf.
 
Gevarelyke staet van koninglyk vermogen!
 
Uw onbepaalde magt blinkt wonder schoon voor d' oogen:
 
Maer de al te groote glans verblind u meenigwerf,
 
En doet u, onbedacht, heen snellen, ten verderf.
[pagina 120]
[p. 120]
 
Uw yver voor Gods eer schynt alles te overstreven,
 
Als ge, op den eersten trap, tot heerschen wordt verheven.
 
Maer naeuwlyks is de troon bevestigd, in uw magt,
 
Of Godsdienst word terstond tot staetsbelang gebragt.
 
Den God, die uw beleid, in 't heerschen moest bestieren,
 
Stelt ge u gelyk, en deelt met hem in de offervieren;
 
Ja werpt u tegen hem, in stout vermeten, op;
 
En kiest voor liever God een weêrloos kalf, of pop.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken