Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Narda (1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Narda
Afbeelding van NardaToon afbeelding van titelpagina van Narda

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.05 MB)

Scans (8.51 MB)

ebook (2.93 MB)

XML (0.38 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Narda

(1925)–Jan Renier Snieders–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 115]
[p. 115]

XIV.
Het teruggevoerde schaap.

Gedurende de vacantie-dagen had men, evenals altijd, al wederom hier en daar geld opgehaald, de tot hiertoe onbelasgoederen verpand, en eindelijk in 't geheim alle kleinooden verkocht, welke vader tot zoon steeds bewaard waren gebleven. Met deze moeilijk bijeen gescharrelde som zou men opnieuw beproeven, of de zaken beter wilden gaan dan vroeger.

Veldenus en zijn echtgenote hadden echter vôôr het eindigen der vacantie-dagen ééne voorwaarde gemaakt; namelijk dat Oscar niet meer naar Luik zoude wederkeeren, maar zich aan de Alma Mater laten inschrijven.

Oscar had tegen deze voorwaarde niets in te brengen; integendeel, met weerzin zou hij er toe hebben besloten naar de Luiksche hoofdstad weder te keeren, dewijl het hem, sedert een geruimen tijd, daar niet meer volkomen vrij stond, rond te wandelen waar hij wilde. Ik hoor vragen:

- Mag men in Luik dan niet gaan waar men verkiest? Zijn er in de oude, Bisschoppelijke stad dan straten of plaatsen wier toegang is verboden?

[pagina 116]
[p. 116]

- Luister: wanneer Oscar Veldenus door zekere straten heen wandelde, gebeurde het wel eens dat de kleermaker, die voor zijn venster zat te werken, met den kneukel op de glasruit tikte, en riep:

- Hola, he! jonge heer Veldenus doe mij 't plezier eens even binnen te komen.

Moet ik u zeggen, waarom de jonge student dan zonder om te zien, zijn weg vervolgde, en met versnelde schreden aan den omdraai in het steegje verdween?

In een der schoonste straten der stad trof men een likeurwinkel aan.

Tijdens zijn verblijf aldaar vond Oscar Veldenus geen grooter genoegen, dan op zijn morgenwandeling een oogenblik voor de vitrine te blijven stilstaan, de schitterende opschriften der tentoongestelde flesschen in oogenschouw te nemen, en dagelijks na te gaan, welke soorten van fijne dranken met klinkende namen, de albezorgende nijverheid invoerde.

Reeds meer dan eens was het gebeurd dat de student voor het raam van den likeurwinkel niet meer bleef stilstaan; waarom niet?

Omdat het reeds een paar malen gebeurd was dat de winkeldochter, achter de toonbank gezeten, hem ziende, tot den heer des huizes riep: ‘daar is nu weer die jonge heer, op wien ik moest letten!’

Even alsof de winkeldochter had geroepen over den Hellegeest om den wandelaar vast te grijpen, liep deze over de stoep voort, en verdween tusschen het volk.

- Waarom toch?

- Om dezelfde reden, waarom hij den kleermakerswinkel zoo haastig voorbij liep.

Bij den restauratiehouder, daar ginds een straat verder,

[pagina 117]
[p. 117]

kon hij ook al niet meer ongestoord voorbijgaan; van de vijfmalen stond de eigenaar viermaal op den dorpel, en Oscar Veldenus was geen vriend van hem.

- Waarom niet?

- Evenals de kleermaker en de likeurverkooper, had de restauratiehouder sedert lang een rekening op den heer Veldenus, die deze wel bekende te zullen, maar voor het oogenblik niet in staat was te voldoen. Overal woonden schuldeischers; slechts in de kleine, afgelegene straten en buiten de stad waren zijn wandelingen geheel vrij.

Het was dan ook voornamelijk om deze reden dat de hoofdstad van het Luikerland, vroeger voor hem een zoo aangenaam verblijf, hem thans zoo droog en eentonig voorkwam, en hij er gaarne toe besloot, volgens het verlangen zijner ouders, zijn studie aan de Alma Mater voort te zetten.

Alvorens hem naar zijn nieuw verblijf te laten vertrekken, had men in 't ouderlijk huis goed gevonden een bezoek af te leggen bij den Rector magnificus der Alma Mater.

Jufvrouw Veldenus, die goed ter taal was, zou zich met die boodschap gelasten.

Terwijl de burgemeesters-vrouw een beknopt overzicht van de drie afgeloopen studiejaren van haar zoon maakte, had de Rector meer dan eens de wenkbrauwen gefronsd, en eindelijk de opmerking gemaakt, of hij in eer en geweten niet verplicht was, de inschrijving te weigeren aan jonge lieden, die reeds aan andre Hoogescholen zulke schandige voorbeelden hadden gegeven van luiheid, verkwisting en slecht gedrag.

- Neen, dergelijke leerlingen kon of mocht men niet dulden aan de Katholieke Hoogeschool, die voor stelregel had aangenomen, dat orde en goed gedrag het kenmerk zijn van

[pagina 118]
[p. 118]

elk leerling bij de verschillende Faculteiten ingeschreven.

- Is dat zoo erg? zuchtte jufvrouw Veldenus; aan dat alles had ik zelfs niet eens gedacht.

- Dergelijke jongelingen zijn ruige schapen, mejufvrouw, hernam de Rector, wier aanraking besmettelijk wordt voor den schaapstal, waarover ik gelast ben te waken.

- En wat moet de moeder dan met dat ruig schaap aanvangen, heer Rector vroeg de jufvrouw.

- Hoe gaarne ik u ook zou verplichten, antwoordde de Rector met opgehaalden schouder, kan of mag ik tot die aanneming niet besluiten; het belang der Hoogeschool...

- Maar het belang der ouders, die hun kind zoo gaarne gelukkig zouden maken? wierp de jufvrouw op; het belang van vader en moeder weegt toch ook in de schaal, heer Rector.

- Ik beklaag de ouders die geen brave kinderen hebben, jufvrouw; maar....

De jufvrouw wischte een traan uit haar oog; die traan had het week hart van den Rector magnificus reeds ten deele overgehaald.

De jufvrouw waagde nog een aanval.

- Indien mijn zoon, aan een der vrije Hoogescholen zijn studie moet voortzetten, is hij zoo onder zedelijk als stoffelijk oogpunt stellig verloren.

- Indien mijn weigering dat gevolg moet hebben, luidde het antwoord des Rectors, zou ik op mijn besluit nog wel eens nadenken.

- Denk, heer Rector, smeekte jufvrouw Veldenus, dat een uwer schapen (want gij zijt immers de herder over den algemeenen schaapstal der studeerende jeugd?) dat een uwer schapen een oogenblik is afgedwaald, en dat het zoo-

[pagina 119]
[p. 119]

veel voldoening schenkt, hetzelve bij de goed bewaakte kudde terug tè voeren.

- Nu, ja, mejufvrouw, laat ons aannemen dat uw zoon een mijner leerlingen is, welke zich schuldig maakte aan grove fouten, waar wij in eens met de natte spons over heengaan; den dood van den zondaar toch mag men niet willen. Laat mij u echter voorstellen onze voorzorgen te nemen, opdat het binnengevoerde schaap niet een tweede maal van de kudde afdwale.

- Voorzeker, al moest dat schaap in een traliën hok worden opgesloten, dreigde de burgemeestersvrouw, met den vinger op de tafel tikkend.

- Het is bijna alsof gij mijn inzicht reeds hadt geraden, glimlachte de Rector; ziehier, onder welke voorwaarden ik er toe kan besluiten, uw zoon te laten inschrijven.

- Ik wil gaarne elke voorwaarde onmiddellijk onderteekenen.

- Voor jeugdige leerlingen, die zoo pas van de Latijnsche schoolbanken hebben verlaten, en doorgaans misbruik maken van de onbeperkte vrijheid, welke hun eensklaps ten deel valt, voor dergelijke jongelingen en ook wel voor anderen, hebben wij hier een internaat ingericht, waar men van dicht bij een wakend oog over hen kan houden, hen door allerlei middelen weet aan te zetten tot de studie, en hen zoodoendè, langzamerhand voorbereidt, om ongetoomd in de wijde wereld te worden losgelaten.

- Zoo had ik de zaak voor; mijn zoon moet voor een tijd in 't hok.

- Ziehier, een prospectus.

De jufvrouw overlas ter loops het papier, en riep verheugd uit:

- Ziedaar juist wat ik voor mijn zoon altijd gedroomd

[pagina 120]
[p. 120]

heb! Een weinig doch niet te veel vrijheid; geen, volstrekt geen mogelijkheid om zich aan stelselmatige luiaardij over te geven; aanhoudende waakzaamheid der overheden; voorschriften welke een gedurigen hinderpaal daarstellen aan wanordelijk gedrag en verkwisting... indien Oscar van den beginne onder uwe bewaking had gestaan, was het nooit zoover met hem gekomen.

- En nu is de vraag, of uw zoon zal willen besluiten....?

- Besluiten? onderbrak de jufvrouw, alsof zij boos ging worden; reeds al te lang hebben wij lieverkoekjes gebakken! Neen, dat is nu uit, dat bakken ben ik moe, heer Rector.

Haar oogen waren dreigend geworden; zonder het te weten, was zij opgestaan; zonder nadenken had zij haar gebalde vuist in de hoogte gestoken, en, ware zij niet tegengehouden door de tegenwoordigheid van het hooggeplaatste personage, had zij zonder twijfel op de tafel geslagen, of zich misschien woorden laten ontvallen, zooals toen haar zoon bij de vacantie in 't ouderlijk huis wederkeerde.

Laat ons het onderhoud van den Rector magnificus met mejufvrouw Veldenus, kort maken; want de burgemeestersvrouw is hevig opgewonden, en loopt ernstig gevaar dingen te zeggen waar het hoofd der universiteit voorzeker niet graag naar luistert.

Met wedezijdsch goedvinden, besloot men dan dat de Luiksche student, bij zijn aankomst te Leuven, zich bij den heer President van het Collegium Maria Theresia moest aanbieden, en dat deze hem als interne van het gesticht zou aannemen.

Ten einde de veteraan der Luiksche hoogeschool, die er voorzeker niet gemakkelijk in zou bewilligen zich het touw om de horens te laten werpen, niet af te schrikken, kwam

[pagina 121]
[p. 121]

men overeen, van het gemaakte plan geen woord te reppen, in de hoop dat het schaap, eenmaal in den schaapstal gevoerd, zich wel gedwee zou toonen.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken