Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Heidi's avontuur (ca. 1960-1970)

Informatie terzijde

Titelpagina van Heidi's avontuur
Afbeelding van Heidi's avontuurToon afbeelding van titelpagina van Heidi's avontuur

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.78 MB)

Scans (88.97 MB)

ebook (3.48 MB)

XML (0.14 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

novelle(n)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Heidi's avontuur

(ca. 1960-1970)–Patricia Sommelsdijk–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 64]
[p. 64]

Hoofdstuk VII
Vakantie

De Hollandse winter vond Heidi een allergenoegelijkste aangelegenheid. Het Sinterklaasfeest was werkelijk een hoogtepunt en de Kerstdagen - er was zowaar sneeuw gevallen - deden haar denken aan Kerstmis in haar dorpje bij grootvader. Alleen werd het hier wat luidruchtiger en niet zo ingetogen gevierd als daarginds.

Ze had grootvader een gezellig kerstpakket gestuurd en zij had van grootvader ook verscheidene aardige presentjes ontvangen.

Ook Oud en Nieuw werd feestelijk gevierd en ja.... op die avond had Heidi het wel even te kwaad toen zij aan grootvader dacht, die nu waarschijnlijk bij zijn vriend de dokter de jaarwisseling op rustige wijze zou beleven.

Maar genoten had Heidi van de televisie.... ook al iets wat ze vóór ze in Holland was, nooit gezien had. Ze had er grootvader brieven vol over geschreven en hem aangeraden ook zo'n apparaat te nemen.

‘De hele wereld staat dan voor u open, grootvader,’ had ze nadrukkelijk geschreven.

Maar grootvader reacties waren lauw geweest.

En nu werd het voorjaar.

Heidi had vreselijk verhalen gehoord over het vorige voorjaar toen het vrijwel dag in dag uit geregend had in het lage landje bij de zee.

Thans beloofde het echter beter te worden, want reeds in maart waren er een paar heerlijke dagen geweest.

Heidi begreep niet hoe het kwam dat de tijd zo omvloog.

[pagina 65]
[p. 65]

Nu was ze al ruim een half jaar in Holland bij de familie Maarendonk. Haar plan was geweest om niet langer dan een jaar van huis te blijven, maar als ze bedacht wat ze nog allemaal van de rest van Nederland - en ook van Amsterdam zelf - nog wilde zien, wist ze, dat ze op geen stukken na met haar programma klaar zou komen.

Ze sprak hier eens over met de heer en mevrouw Maarendonk.

Beiden waren hoe langer hoe meer van Heidi gaan houden en zagen al op tegen de tijd dat het meisje weer terug zou gaan. Het was vooruit afgesproken dat Heidi slechts een jaar zou blijven, maar mevrouw Maarendonk kon zich niet voorstellen hoe ze haar huishouden dan nog in het gareel zou houden. Heidi nam haar ontzettend veel uit handen. Vooral - uiteraard - wat de kinderen betrof. En Edwin en Sandra waren ook dol op Heidi. Wat hun moeder niet van hen gedaan kon krijgen dat lukte Heidi in een ommezien.

‘Hoe moet dat nu als je over een maand of vijf weg bent, Heidi,’ zuchtte mevrouw Maarendonk.

Heidi voelde zich bepaald bezwaard, maar ze zei eerlijk:

‘Ik heb grootvader beloofd en ik breek niet graag mijn woord.’

‘Dat begrijp ik.... maar zou er geen mouw aan te passen zijn?’

‘Ik zou niet weten hoe!’

‘Je zou een lange vakantie kunnen krijgen.... een maand bijvoorbeeld, nietwaar Dick?’

Meneer Maarendonk zat zeer zorgvuldig zijn pijp te stoppen en zweeg.

‘Heb je niet geluisterd, Dick?’ vroeg mevrouw.

‘Zeker, Erna!’

‘Waarom zeg je dan niets?’

‘Ik peins!’

Mevrouw Maarendonk keek Heidi ondeugend aan en zei,

[pagina 66]
[p. 66]

hard fluisterend:

‘St, Heidi, de meester peinst!’

Heidi schoot in de lach.

Ze mocht die kleine kibbelarijtjes tussen de heer en mevrouw Maarendonk wel, want het werd nooit echt vervelend, doch bleef grappig.

Omslachtig stak de heer Maarendonk de brand in zijn pijp en onwillekeurig zei Heidi met een zucht:

‘Nu ruikt het hier net alsof grootvader zijn pijp opgestoken heeft!’

De heer Maarendonk nam de pijp uit zijn mond en keek Heidi ernstig aan.

‘Verlang je naar huis, kind?’

Zwijgend knikte Heidi en een beetje beschaamd keek ze op haar handen.

‘Ik kan het me voorstellen. Je grootvader zal stellig ook naar je terugkomst uitzien.’

‘Ik denk het wel,’ klonk het benepen.

‘Mijn vrouw had het over een lange vakantie.... Als we eens met ons drieeën gingen naar Zwitserland! In jullie dorpje zal stellig wel een hotel voor ons zijn. Jij zou natuurlijk in je berghut willen wonen.... Wat zou jij daarvan zeggen, Erna?’

Verrast keek mevrouw Maarendonk haar man aan.

‘Hoe kom je daar zo bij?’

‘En de kinderen?’ vroeg Heidi.

‘Ja, dat is de moeilijkheid.... Maar het voornaamste is, hebben jullie er zin in?’

‘Natuurlijk!’ klonk het als uit één mond.

‘Goed, dat is punt één. Nu punt twee.... de kinderen!’

‘We kunnen ze niet meenemen.... Vooral Edwin niet, want die moet naar school....’

‘Zouden we Sandra niet mee kunnen nemen?’ vroeg Heidi met glinsterende ogen, ‘zij zou bij mij in de hut kun-

[pagina 67]
[p. 67]

nen logeren. Daar is wel ruimte voor.... Ik heb u toch wel verteld van Klara, die ook lange tijd bij ons geweest is?’

‘Ja,’ knikte mevrouw. ‘Wat vind jij ervan, Dick?’

‘Het zou voor Sandra geen gekke oplossing zijn.... als je grootvader er tenminste mee akkoord zou gaan.’

‘O, dat doet hij zeker!’ riep Heidi uit.

Ze had een kleur gekregen van opwinding.

‘Maar Edwin!’

Ja, Edwin, waar moest die blijven?’

Er werd gebeld.

Elly was al naar huis, zodat Heidi ging opendoen.

Het was Tine van Duren.

Heidi nam haar mee naar de huiskamer.

‘Ik stoor toch niet, hoop ik?’ vroeg Tine, nadat zij meneer en mevrouw Maarendonk begroet had.

‘O nee, we hebben juist een gewichtige bespreking, maar daar mag je best bij zijn,’ zei meneer Maarendonk hartelijk, terwijl hij een stoel voor Tine bijschoof.

‘O nee.... dan kom ik een andere avond wel terug!’ weerde Tine af. Zij was iemand, die zich nooit wilde opdringen.

‘Niets hoor. Misschien kun je ons wel helpen met een oplossing te vinden voor een probleem!’ zei mevrouw Maarendonk.

‘Als u haar vast vertelt wat er aan de hand is, dan zal ik koffie inschenken,’ stelde Heidi voor.

‘Akkoord!’

Terwijl Heidi in de keuken voor de koffie zorgde, vertelde de heer des huizes wat er zoëven besproken was.

‘Wat enig!’ zei Tine enthousiast, toen ze wist waar het om ging. ‘Dus als het plannetje doorgaat blijft Heidi langer hier?’

De heer Maarendonk wreef zich langs de kin.

‘Zo konkreet hebben we het eigenlijk nog niet gesteld,

[pagina 68]
[p. 68]

maar om eerlijk te zijn: ja, dat is wel de bedoeling.... van ons tenminste, nietwaar vrouw?’

Mevrouw Maarendonk knikte.

‘Ik zou het heerlijk vinden als ze nog wat bij ons bleef.’

Heidi kwam binnen met de koffie. Ze had er een schaaltje met punten boterkoek bijgedaan. Die had ze 's middags zelfs gebakken.

‘Heerlijk, kind!’ zei meneer Maarendonk, een flink stuk van de schaal nemend.

‘Heb je het gehoord, Tine?’ vroeg Heidi, nadat ze allen van het nodige voorzien had.

‘Ja, het lijkt me een reuze fijn plan!’

‘Maar het houdt in, dat ik dus niet met september weer voorgoed terug ga,’ zei Heidi.

De andere drie keken elkaar aan.

Dat was nu precies waar het om ging. De scherpzinnige Heidi had haar gevolgtrekking juist gemaakt!

‘Tenzij je daar natuurlijk in principe bezwaar tegen hebt,’ merkte mevrouw op.

‘Dat heb ik zeker niet. Ik vind het hier heerlijk.... maar ik zal het ook zalig vinden om een poosje terug te gaan naar grootvader, dat kunt u toch wel begrijpen, nietwaar?’

‘Dat spreekt vanzelf.... Fijn, dat we het daar dus over eens zijn!’ zei meneer Maarendonk.

‘Behoudens goedkeuring van Heidi's grootvader,’ zei zijn vrouw.

‘Allicht.... Maar nu ons knelpunt: Edwin!’

Zwijgend roerden ze hun koffie en knabbelden aan de koek.

Toen zei Tine ineens:

‘Ik weet wat!’

Heidi nam net een slok en verslikte zich van de schrik, zo hard vielen Tine's woorden in de stilte.

‘Laat me niet zo schrikken!’ verweet ze haar vriendin

[pagina 69]
[p. 69]

lachend, nadat ze uitgehoest was.

‘Wat weet je?’ informeerde meneer Maarendonk.

‘Als Edwin die maand eens bij ons kwam. Bij mevrouw Jacobs en mij? Zij is gek op de jongen.... op Sandra trouwens ook, maar Edwin is haar lievelingetje. Ze vindt het altijd heerlijk als Heidi met de kinderen bij haar komt.’

Dat was waar. Heidi nam Edwin en Sandra soms mee als ze naar Tine toe ging en de kinderen werden dan door mevrouw Jacobs schandelijk verwend. De kleintjes vonden het dan ook altijd een feest om naar haar toe te gaan.

‘Maar het zou voor een hele maand zijn, Tine, bedenk dat wel!’ waarschuwde mevrouw Maarendonk.

‘Hoe langer hoe beter,’ meende Tine. ‘Hij zal het goed bij ons hebben en hij kan rustig naar school blijven gaan. Zoveel scheelt de afstand niet! Ik zal hem wel brengen en halen als ik eens niet kan dan doet mevrouw Jacobs het met alle liefde.’

Met glinsterende ogen keek Heidi van de een naar de ander.

‘Ik vind het een reuze oplossing,’ riep ze uit.

‘Het lijkt mij ook uitstekend!’ zei mevrouw Maarendonk en haar man knikte instemmend.

‘Maar we moeten toch echt wel eerst weten hoe mevrouw Jacobs er zelf over denkt,’ vond mevrouw Maarendonk, die niet graag over één nacht ijs ging.

‘Bel haar op en vraag of ze hier komt,’ stelde haar man voor. ‘Ik haal haar even met de auto, als ze wil komen.’

We zitten vanavond boordevol goede ideeën,’ zei mevrouw Maarendonk schertsend.

‘Zal ik bellen?’ vroeg Tine, die van opschieten hield.

‘Goed, maar zeg vooral, dat ik haar kom halen. Ik wil niet dat ze ook maar één stap verzet!’ riep meneer Maarendonk haar na, toen Tine naar het toestel liep.

[pagina 70]
[p. 70]

Tijdens het korte telefoongesprek liet Tine niets los over de plannen, zodat mevrouw Jacobs een en al nieuwsgierigheid was, toen de heer Maarendonk haar haalde. Ze had onmiddellijk toegestemd te komen, want Tine had haar alleen gezegd, dat ze de familie Maarendonk misschien een grote dienst zou kunnen bewijzen.

Dat was een goede zet van haar, want mevrouw Jacobs was iemand, die altijd gereed stond anderen te helpen.

Onderweg vertelde de heer Maarendonk haar, dat hij opdracht had te zwijgen over dat waarvoor zij verzocht was te komen.

Men hoorde de auto stilhouden voor de deur en Heidi ging snel naar de keuken om nog een kop koffie voor ieder in te schenken. Gelukkig was de boterkoek nog niet op, zodat mevrouw Jacobs nog een groot stuk kreeg en de anderen een beetje kleiner.

Mevrouw Jacobs werd hartelijk door mevrouw Maarendonk ontvangen. Ze was geen onbekende meer in huize Maarendonk en men mocht haar graag om haar hartelijk eenvoud. Toen de koffie rondgediend was en Heidi haar plaats weer had ingenomen, zat mevrouw Jacobs nerveus met haar voet tegen de stoelpoot te tikken.

Heidi schoot in de lach.

‘Mevrouw Jacobs brandt van ongeduld,’ zei ze.

‘Dan zullen we haar gauw vertellen wat er aan de hand is,’ zei meneer Maarendonk en kort en duidelijk legde hij haar uit welke plannen er die avond uitgebroed waren.

Aandachtig luisterde mevrouw Jacobs toe. Zo nu en dan knikte ze even met het hoofd en toen haar gastheer uitgesproken was, zei ze:

‘Dus als ik het goed begrijp gaat het hierom: u wilt graag weten of ik bereid ben Edwin een maand bij me in huis te nemen!’

‘Juist,’ zei de heer Maarendonk plechtig, ‘en wat is

[pagina 71]
[p. 71]

hierop uw antwoord?’

Mevrouw Jacobs keek het kringetje even rond. Op de gezichten van Heidi en mevrouw Maarendonk stond de verwachting en de spanning duidelijk afgetekend. Tine keek bijna onverschillig, alsof ze wel wist wat het antwoord zou zijn.

‘Mijn antwoord moet volmondig.... ja zijn!’

‘Hè, gelukkig!’ Heidi slaakte een zucht van opluchting.

‘Dat wist ik wel,’ zei Tine lachend. ‘Ik heb me er geen moment ongerust over gemaakt.... Ik vind het ook leuk om die kleine rakker een poosje bij ons te hebben.’

‘Ik ook! Die lieve kleine schat!’ zei mevrouw Jacobs vertederd.

‘Nu rest ons dus alleen nog de akkoordverklaring van meneer je grootvader, Heidi!’

‘En daar ben ik nu weer helemaal niet bang voor,’ zei Heidi beslist. ‘Grootvader zal het heerlijk vinden. Niet alleen dat ik een hele maand thuis kom, maar ook om de kleine Sandra. Ik heb hem een heleboel over haar en Edwin geschreven in mijn brieven. En hij heeft me menigmaal teruggeschreven, dat hij die ondeugden wel eens zou willen meemaken!’

‘Maar vergeet niet, dat daaraan eigenlijk je voorwaarde verbonden is, dat hij jou minstens nog een heel jaar aan ons afstaat, Heidi,’ waarschuwde mevrouw Maarendonk.

‘Daar komt hij ook wel overheen,’ meende Heidi luchthartig. Ze kende haar grootvader en wist dat, als de familie Maarendonk, over wie Heidi nooit iets anders dan goeds geschreven had, er mee geholpen zou zijn dat Heidi nog een jaartje bleef, hij zeker geen spaak in het wiel zou steken, als hij daarvoor geen zeer gegronde redenen had. En die waren er niet!

‘Als we hem meteen eens een brief schreven,’ stelde Heidi voor, na even nagedacht te hebben.

[pagina 72]
[p. 72]

‘Dat zou jij eigenlijk moeten doen, Dick,’ meende mevrouw Maarendonk.

‘Daar heb ik geen enkel bezwaar tegen. Heidi kan er dan nog een kleine aanbeveling bij doen als ze lust heeft!’

Heidi was al opgesprongen om het schrijfgerei te halen.

Zij en de heer Maarendonk zetten zich aan het werk, terwijl mevrouw Maarendonk met mevrouw Jacobs en Tine sprak over de kleine Edwin, zijn eigenaardigheidjes en zijn karakter.

Toen de brieven gereed waren, werden ze voorgelezen. Ze konden de algemene goedkeuring wegdragen. Meneer Maarendonk schreef de enveloppe, frankeerde hem en plakte de brief dicht met een plechtig gebaar.

‘Voordat we hem op de bus doen stel ik voor een dronk uit te brengen op het welslagen van ons plan,’ zei hij.

‘Hoera!’juichten de meisjes.

Mevrouw Maarendonk haalde de glazen. Meneer Maarendonk koos met zorg een heerlijke fles wijn uit zijn voorraad, Heidi en Tine maakten in de keuken snel een paar hartige hapjes klaar en de avond eindigde - laat - op een bijzonder gezellige wijze.

Tot slot bracht de heer Maarendonk mevrouw Jacobs en Tine naar huis en de brief op de post, en ruimden mevrouw en Heidi de boel op.

Toen Heidi de heer en mevrouw Maarendonk tenslotte goedenacht wenste, gaf ze hun beiden een hartelijke zoen.

‘Ik dank u wel voor alles!’ zei ze ontroerd. ‘Wie had kunnen denken, dat ik het hier zo fijn zou hebben!’

‘Je verdient het, meisje,’ zei meneer Maarendonk hartelijk.

‘Vind je ook niet, Erna?’

‘Ik ben het nog maar zelden zó eens met je geweest!’ was het antwoord.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken