Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Aanhangsel, of tweede deel, van de dicht-kundige ziele-zangen, op-gesongen door Philippus van Sorgen en verscheide andere zangh-lievers (1688)

Informatie terzijde

Titelpagina van Aanhangsel, of tweede deel, van de dicht-kundige ziele-zangen, op-gesongen door Philippus van Sorgen en verscheide andere zangh-lievers
Afbeelding van Aanhangsel, of tweede deel, van de dicht-kundige ziele-zangen, op-gesongen door Philippus van Sorgen en verscheide andere zangh-lieversToon afbeelding van titelpagina van Aanhangsel, of tweede deel, van de dicht-kundige ziele-zangen, op-gesongen door Philippus van Sorgen en verscheide andere zangh-lievers

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.15 MB)

Scans (63.98 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Aanhangsel, of tweede deel, van de dicht-kundige ziele-zangen, op-gesongen door Philippus van Sorgen en verscheide andere zangh-lievers

(1688)–Philippus van Sorgen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Punt-dichten of Epigrammata.

Bedenckinge over Micha 6: 9. Hoort de Roede, ende wiese bestelt heeft.

 
God heeft tot onder tught een saghte Roe gekoosen,
 
Een Roe alleen gemaeckt, van Lelien en Roosen,
 
Ey! hoort die dogh, en gaet hem verder niet vertoornen,
 
Of hy bestelter een van Distelen, van Doornen.

Petri* Gallicinium, of ‘t Hane-gekreay van Petrus.

*Gallus is een Haen, en een Fransman.

 
Op ‘t derde Haen-gekraey, bekeert sig Sinte Peter,
 
En op het hondertste wort Utrecht nog niet beter,
 
Hoe komt dat ja; sijns Heeren oogh dat sagh hem aen,
 
‘t Was anders evenveel, of zijn, of onsen Haen.

Bedenckinge over Matthei 6: 28. De lelien spinnen niet.

 
‘k Wist voor de Lely raed, en watse moest beginnen,
 
Op datse met fatsoen quam uyt dees Labyrinth,
 
Sy moest nu maer een draed als Ariadne spinnen,
 
Maer siet de Waerheyd selfs, seyd datse niet en spint.
[Folio 64]
[fol. 64]

Op de poorten van Palm, hier over al in de Stad, Anno 1673. Op de intrede van Sijn Hoogheyd.

 
De kenders der Natuyr, die seggen dat de Palm,
 
Van alle kant gedruckt dan des te beter wast,
 
Maer of dit zy, of niet, my lust hier geen getalm,
 
Altijd haer seggen op d’Oranje Spruyt wel past.

Aen de Heer Aegidius van den Bogaert.

 
My dunckt ick sie de Geest, de mond, de tong, herleven,
 
Van Bogaert, die wel eer soo menig herte stal,
 
Wiens Naem in menig hert, soo diep nog staet geschreven;
 
Wiens Naem so lang hier Kerck, so lang oock leven sal:
 
Maer die is heen gegaen by Iesus, by sijn borge,
 
Op dat hy daer ontfingh die wegh-geleyde Kroon;
 
Ey Utrechts Zion! zijt voortaan bevrijd van sorgen,
 
Want siet des Vaders Geest rust weder op de Soon.

Op den XXX. Psalm, vers 6. Want een oogenblick is ‘er in sijnen Toorn, maer &c.

 
Den Hemel wort oock wel eens moe,
 
Sijn Kinderen de rugh te meten,
 
Hy sal my doen die sangh vergeten,
 
Geen Vader past altijd een Roe,
 
Maer dese Kelck die elck moet monden,
 
Die gaet aen Godes disch in ‘t ronde,
[Folio 65]
[fol. 65]
 
Godts Wijsheyd lagt eens met de Mensch,
 
En met sijn ydele gedachten,
 
En met sijn winderigh verwachten,
 
En met sijn schadelijcke wensch,
 
Hy stiert het grootste quaet ten besten,
 
Maer dit Bancquet komt op het leste.
 
 
 
Mijn Ziele schept voortaen gedult,
 
Ghy krijght wel licht door dese wegen,
 
Een overwicht en schat en Zegen.
 
Een maet tot boven toe gevult,
 
Als dan sal God u droefheyd stillen,
 
Als ghy sult een zijn, met sijn wille.

 

P.V.S.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken