Madrigalia

[p. 156]

XXXIII.

Crudel perche mi fuggi,
S'hai de la morte mia tanto desio?
Tu sei pur il cor mio;
Credi tu per fuggire,
Crudel, farmi morire?
Ah non si può morir senza dolore
E doler non si può chi non hà core.

Luca Marenzio, 4de boek a 6 (zie blz. 26 ev.)

Hardvochtige, waarom ontvlucht ge mij,
Als ge zo naar mijn dood verlangt?
Gij zijt toch mijn hart;
Gelooft ge door te vluchten,
Meedogenloze, mij te doen sterven?
Ach, men kan niet sterven zonder smart,
En smart hebben kan niet wie geen hart heeft.

[p. 157]

Crudel a. 6. fol. 36.

Iesu aen 't Cruys gehangen /
Ghy zijt mijn hoop / mijn wensch / en mijn verlangen /
Mijn hart / mijn sin / mijn leven.
Iesu, Iesu, aen 't Cruys verheven /
Gunt my met u te lien.^5.
Maer hoe sal dit gheschien /
God mijnder harten.
Want die geen hart en heeft^8.
En kan niet smarten.^9.

5. lien: lijden

8. die geen hart en heeft: God is namelijk het hart van degene die hier spreekt (zie r. 3, en r. 7, mijnder harten, wat men opvatte als een genit. epexegeticus); vgl. het Ital.

9. smarten: lijden