Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuwe gedichten (1827)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nieuwe gedichten
Afbeelding van Nieuwe gedichtenToon afbeelding van titelpagina van Nieuwe gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.56 MB)

ebook (2.83 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuwe gedichten

(1827)–A.C.W. Staring–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 18]
[p. 18]

aant.

De zitbank.

 
Het landvolk trad, belust op zeekre pacht,
 
Ter herberg in. Een disch en schrijftuig zijn gebragt;
 
De Schrijver komt; Hans Gurgel volgt, wien 't kraaijen
 
Bij 't afslaan toestaat; maar de spil, die 't al moet draaijen,
 
Gaat stroef! 't is de Intendant, Herr Grob.
 
(Wij staan op Duitschen grond, merkt ge in 't voorbijgaan op)
 
 
 
Grob wist zijn naadje met zijn Jonkers zij' te naaijen,
 
En toonde, waar hij kon', het klimmen van zijn moed,
 
Bij 't meerdren van zijn goed.
 
 
 
Ook heden deed hij zulks! Het peinzend oog naar boven -
 
De uhlanenmuts op 't linker oor geschoven -
 
De lippen met een pijp, als een mortier, bezwaard -
 
Gesteveld en gespoord (voor zijn toekomstig paard) -
 
Spanseert hij op en af, en schijnt een wandlende oven.
 
 
 
En, zie, daar stapt een boertjen op hem aan:
 
‘Heer Intendant, ik kom wat ver gegaan;
 
Is hier geen zitbank voor vermoeide lui' te krijgen?’
[pagina 19]
[p. 19]
 
Het antwoord was een smaadlijk zwijgen,
 
En 't Boertje wendde zich met schoudertrekken om:
 
Op 't eigen pas bewijst Herr Grob hem, dat hij stom,
 
Maar geenszins lend'loos, is, door een gevoelig teeken -
 
Een schop! juist aangelegd op 't wít,
 
En treffend, waar den mensch, die zit,
 
Een bloedvin smartlijk pleegt te steken.
 
‘Ga dáár op zitten, vlegel!’ klinkt het woord,
 
Dat ná den schop volgt - en Herr Grob spanseert weêr voort.
 
 
 
Het werk ving eindlijk aan; 't liep af; het volk druipt henen;
 
En 't Boertjen is, in de atmosfeer
 
Van Grobs pijp, andermaal - maar achterbaks - verschenen:
 
‘Hou' daar uw zitbank weêr,
 
Herr Grob!’ zegt Klaus - en schopt hem van de beenen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken