Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Refereinenbundel, Anno 1524 (1930)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.87 MB)

Scans (22.49 MB)

ebook (3.84 MB)

XML (1.52 MB)

tekstbestand






Editeurs

Willem van Eeghem

Frédéric Lyna



Genre

poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Refereinenbundel, Anno 1524

(1930)–Jan van Stijevoort–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Reffereijne CCIII
Had ickse noijt ghesien ten waer gheen noot

 
Al saechick Equo om Narciscus steruen Ga naar voetnoot1
 
Al saechick Tisbe haer lief bederuen
 
ende therte duerkeruen doer Priamus grief
[pagina 144]
[p. 144]
 
Al saechick den Troianen druck verweruen
5[regelnummer]
Al saechick den Griecken in Troijen eruen
 
ter cause van Helena Paris lief
 
Al waert dat ick al den druck besief
 
Soe es veel groter mijn ongherief
 
diet wel verstonde
10[regelnummer]
Want een die ick int hert verhief
 
gheeft mij wonde
 
Trouwen ic en wijts niet haren roden monde
 
Mijn onghesonde / al heb ic te gronde
 
Ga naar margenoot+mijn liefde gheworpen in haren schoot Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
Mer dat ick veel ander parabolen ontbonde
 
had icse noijt ghesien ten waer gheen noot
 
 
 
Als ic mijn oghen opslae in haer ghesichte
 
Julia en blincte niet soe claer van lichte
 
doer dminlick ghesichte van Pompeyum stout
20[regelnummer]
Haer wesen verblijt mij al euen dichte
 
Dinckende dit moet sijn der gooden nichte
 
want sij passeert ghelijc den dijamant dat gout
 
Om waertsegghen haer woorden maken mij bloit cout
 
Als haer tonghe te mywaerts relt menichfout
25[regelnummer]
in minlyker spraken
 
Al ist dat mij somtijts mijn lijden rout
 
ick moet twel smaken
 
Al mach ick snachs om haer omhelzen haken
 
Fantezeren waken onghenuechte maken
30[regelnummer]
sij ist mij wel werdich al ist totter doot
 
Mer als ic wel ouerdenck alle saken
 
had icse noyt ghesien ten waer gheen noot
 
 
 
Mijn lijden is veel bracker dan breijne Ga naar voetnoot33
 
Niemant en mach mij gheuen medicijne
35[regelnummer]
van mijnder pijne / dan ghij beelde soit
[pagina 145]
[p. 145]
 
Slacht doch Dijdo duechdelick van schijne
 
die Eneam vertrooste in syn onspoit
 
Noch meer blaeckt in my der minnen gloit
 
Ga naar margenoot+Dan tSalamandra dat hem te brande doit
40[regelnummer]
nochtans niet en vergaet
 
Sghelijcks mijn liefde gheduerich bliuen moet
 
euwich in die daet
 
Men siet dat minne gheen rust en ontfaet
 
Jnder minnen graet / sonder verlaet
45[regelnummer]
mij seluen quellende dat toocht hem bloot Ga naar voetnoot45
 
Noch seggick volghende der poeten raet
 
had icse noijt ghesien ten waer gheen noot
 
 
 
Princhesse
 
 
 
Denckt toch wat mijn herte lijdt
 
dat altoos aerbeijt nae uwen danck
50[regelnummer]
Ghij blijft in mij ghesloten tot alder tijt
 
Ghelijc die schone Sara ghebenedijt
 
int diepste der herten van Tobiam sanck
 
Barsabea noijt Dauid soe in minnen dwanck
 
Ghelijc v aenschijn blanck
55[regelnummer]
mijnen vrijen wille mij heeft ontoghen
 
Al blijfick v eijghen mijn leuen lanck
 
ic wijtet mijn oghen
 
Ick hebt tverdriet ghesoghen ic moet gedoghen
 
al waer den aerbeijt noch dusentmael so groot
60[regelnummer]
Wat soudic veel anders segghen moghen
 
had icse noyt ghesien te waer gheen noot

voetnoot1
de A van Al is tevens de initiaal van Al in r. 2
margenoot+
Fol. 283 (iic lxxiiii)
voetnoot14
de van liefde boven den r. bijgeschreven.
voetnoot33
de v van veel verb. uit w
margenoot+
Fol. 283v (iic lxxiiiiv)
voetnoot45
boven de tweede o van toocht staat het begin eener h (?)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken