Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Voorwaarden voor hergebruik
    • Disclaimer
    • Voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid

Informatie terzijde

Mengeldichten
Toon afbeeldingen van Mengeldichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0,51 MB)

ebook (2,84 MB)






Editeur

Peter Jozef Visschers


Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Mengeldichten

(1837)–Adriaan Jozef Stips– Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Op de vriendschap

 
Geliefde spruyt! zyt gy nog heden,
 
Op dit onzalig jammerdal?
 
Zyt gy ter wereld uytgetreéden?
 
Ik zoek vergeéfs u overal!
 
Gy zyt uyt ons gewest getoógen
 
By andre volken; of misschien
 
Als Themis 't aerderyk ontvloógen;
 
Want nergens zyt gy meer te zien!
 
'T is al verdeeldheyd dat wy speuren,
 
Bedrog en afgunst t'allen kant;
 
Waer doór uw zoete banden scheuren,
 
En twist en tweespalt blyft in stand.
 
O Hemeltelg! kom nog eens weder!
 
Beschouw het lydend menschdom toch!
[pagina 82]
[p. 82]
 
Dat smagtend in het stof te neder
 
Gekneld ligt, doór 't ontaerd bedrog.
 
O vredekweekster! wil ons helpen -
 
Verzoen den myter met de kroon:
 
Dus zult gy onze traenen stelpen,
 
Als 't oude recht klimt op den troon.
 
Ach! laet u zagte liefdebanden
 
Gevoelig dringen aen het hert,
 
Van die 't vermogen heéft in handen,
 
Opdat ons heyl herboóren werd! -
 
Maer 't zyn all' vrugtelooze reden;
 
Om niet is smeeken en geschrey;
 
Men moet den nyd het hert in treéden,
 
Versmagten met de woekery.
 
Dan zal die schoone weêr verschynen,
 
Die ons al hertsgenoegen gaf..
 
Doch, zon en maen zal eer verdwynen
 
Eer haet en baetzugt zinkt in 't graf..


Vorige Volgende