Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Charakters en lotgevallen van Adelson, Héloïse en Elius (1804)

Informatie terzijde

Titelpagina van Charakters en lotgevallen van Adelson, Héloïse en Elius
Afbeelding van Charakters en lotgevallen van Adelson, Héloïse en EliusToon afbeelding van titelpagina van Charakters en lotgevallen van Adelson, Héloïse en Elius

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.05 MB)

ebook (3.45 MB)

XML (0.62 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

briefroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Charakters en lotgevallen van Adelson, Héloïse en Elius

(1804)–Naatje van Streek-Brinkman–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 8]
[p. 8]

Derde brief.
Karel, aan Héloise.

Wel lieve zusje, hoe maakt gy het al - ik hoop dat gy welvaarende zyt en zoo veel vermaak in de waereld vindt als ik, dan zullen u de dagen te kort vallen; en gy zult 'er dikwerf de halve nachten moeten aanknoopen - ten minste het gaat hier zoo: want in Parys is het in 't geheel geen smaak om zoo vroeg naar bed te gaan - dit laaten les gens Comme il faut over voor de winkeliers en ambachtslieden, die 's morgens voor daauw en dag op moeten staan, om hunne neering te bevorderen, of aan hun werk te gaan - het zou ook voor lieden die in de groote waereld leeven niet mooglyk zyn - want het is elf uuren des avonds eer men gaat soupeeren - één uuren of half twee eer men gedaan heeft - en dan wordt 'er dikwerf in de voornaame huizen nog een partytje gespeeld - of wel men heeft een danspartytje - dat tot in den morgenstond duurt - en voor den middag is toch niemand, ten minste het schoonste gedeelte der schepping, de bekoorlyke sexe niet zichtbaar - en wat zou men dan ook

[pagina 9]
[p. 9]

den geheelen morgen uitvoeren, van negen uuren tot aan den middag? Dit zou een' zeer verveelenden tyd zyn - dus is het zeer goed dat men hier des 's morgens lang slaapt - ik staa doorgaands ten tien uuren op - ontbyt en négligé - laat my kappen,. kleeden, en ben dan nog vroeg genoeg gereed om aan het toilet van de eene of andere schoone te assisteeren. - Ô! De Vrouwen zyn hier engelachtig lieve zusje! - geestig, levendig, vol vuur, en tevens zeer zachtzinnig ... en - wanneer men het geluk heeft zich een weinig bemind by haar te maaken - ô! dan is men gelyk aan mercurius, alleen met dat onderscheid, dat hy alleen de commissies der Goden waarnam - terwyl ik geduurig ginds en herwaards snel, om de bevelen der Godinnen ten uit voer te brengen, die dikwerf zoo menigvuldig zyn, dat ik door myn tablettes myn geheugen te hulp moet komen: - want voor deeze moet ik linten, voor de andere bloemen, voor de derde eau de mille sleurs - voor de vierde weder iets anders gaan koopen, of bestellen: - maar voor deeze kleine, of laat ik liever zeggen, gewigtige diensten ben ik le favori des Dames, want zonder eigenliefde gezegd, zy beminnen my allen - het ongelukkigste is maar dat ik myn hart niet aan allen schenken kan - en, ik ben het noch niet met my zelven eens aan wie ik de lauwer der overwin-

[pagina 10]
[p. 10]

ning toereiken zal! Ik staa even als iemand die een schoon bloemperk overziet: en bekoord wordt door de lieflyke geur van deeze - door de schitterende couleur van geene - en ginds weder door de zachtsmeltende verwen van andere bloemen. Gy zult misschien zeggen heloise, dat de roos toch de schoonste aller bloemen is - gy hebt gelyk - maar als gy nu verscheide roosjes zaagt die zich tusschen de bladeren verscholen, waarvan de eene pas ontluikende, de andere half ontloken, en de derde in haare volle schoonheid bloeide: zou het u echter moeilyk zyn te bepaalen, welke roos gy het eerste plukken zoudt.

Eeven zoo gaat het met my in den kring der beminlyke vrouwen en meisjens, welken my omringen - zy lonken my allen zoo vriendlyk toe, dat ik myn keus noch niet bepaalen kan.... ô, Myn vader kon gewis niets beter doen dan my hier by myn oom te zenden - hier leer ik au parfait les usages du grand monde - en hoe men met de schoone sexe moet omgaan - myn oom is wel wat knorrig tusschen beiden - maar gy weet hy heeft my recht lief - en als ik hem een goed woord geef, dan vergeeft hy my weder dat ik hem zoo dikwerf alleen laat zitten: - Op myn eer, 't is ook myn schuld niet - want ik heb myn woord op één dag op zoo veel plaatzen gegeeven, dat ik geen enkel oogen-

[pagina 11]
[p. 11]

blik over heb, en met moeite den tyd uitbreek, om aan u te schryven. Vaarwel, lieve héloise, verzeker onze ouders van myn hoogachting - en vermaak u zoo veel als uw broeder

 

karel.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken