Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw
(1999)–Ton van Strien, Els StronksGesang aen de H. Dryeenigheyd. Muretus gevolgt.aant.Onendelijk Dryeenig Wesen,
Daer alle wesen uyt ontstond;
Dat boven ons begrijp geresen
U self alleen begrijpen kond:
5
Onmetelij k en eeuwigh Vader,
Soon beeld van 's Vaders aengesicht,
| |
[p. 173] | |
Geest uytgegaen van bey te gader,
Ontwolk ons' herten met uw licht.
Laet ons een blixken van uw' oogen
10
Als door een' spiegel henen sien:
Geef dat wy u ten hoogsten mogen
Believen, lieven en ontsien.
Erberm u, Vader, onser qualen:
Geley ons, Soon, op 't rechte spoor;
15
En licht, ô Geest, met heldre stralen,
Ons slibberende voeten voor.
Op dat door aerde, locht en water,
Jae door 't gewelf des hemels heen,
De glory eeuwig klink en klater
20
Van 't eeuwige Dryvuldig Een.
|
|