Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw (1999)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw
Afbeelding van Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuwToon afbeelding van titelpagina van Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.50 MB)

Scans (12.51 MB)

ebook (5.38 MB)

XML (0.88 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

bloemlezing
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw

(1999)–Ton van Strien, Els Stronks–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 315]
[p. 315]

Nawoord

1
De aard van deze bloemlezing

Dit boek bevat een keuze uit de godsdienstige lyriek die tussen ca. 1600 en 1700 in Nederland, dat wil zeggen binnen de grenzen van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, in het Nederlands is geschreven. We beginnen met een ‘Jubel-jaar-lied’, een vrome wens voor het jaar 1600, van Hendrick Laurensz. Spiegel, en besluiten met een aantal polemisch getoonzette verzen van Geertruid Gordon, van rond de volgende eeuwwisseling. Daartussen is, naar wij menen, het hele spectrum van de godsdienstige lyriek van die tijd vertegenwoordigd: van simpel lied tot hoog-literair vormgegeven epos, van aandachtige meditatie tot honende aanval op andersdenkenden, van orthodox tot vrijzinnig. Ook het geluid van de onverschillige cynicus ontbreekt niet - althans aandachtige lectuur van Matthijs van der Merwedes ‘geestelijke minnevlammen’ roept twijfels op aan de oprechtheid van zijn bedoelingen.

Met opzet spreken we hier van ‘godsdienstige’ en niet van ‘religieuze’ poëzie. Religieus was de zeventiende-eeuwse literatuur bijna in zijn totaliteit: we hoeven maar te denken aan de talloze gelegenheidsgedichten waarin de dichter zich tot tolk maakte van de hogere wijsheden die de grondslag vormden van de maatschappij. Ons ging het om ‘godsdienstige’ poëzie in engere zin: gedichten en liederen over bijbelteksten en -verhalen, over de verhouding van de gelovige tot God, over zijn visie op het geestelijk leven van zijn tijd. Van de vele psalmberijmingen hebben we na enig overleg maar een enkel voorbeeld opgenomen: ze zijn allemaal interessant, maar tonen de dichters toch maar zelden van hun boeiendste kant.

Dat brengt ons op onze nadere selectiecriteria. Waarom juist deze dichters en deze gedichten, en geen andere? Esthetische overwegingen hebben, zoals uit het zojuist gezegde al blijkt, een rol gespeeld, maar stonden toch niet op de eerste plaats. Eerder hebben wij gezocht naar teksten die wij op een of andere manier typerend vonden voor (een deel van) het religieuze denken van die tijd. Veel van de gedichten die hier zijn opgenomen vinden wij zelf eerder curieus dan mooi. Representatief is deze bloemlezing niet in die zin dat de auteurs die destijds het meest schreven, of het meest gelezen

[pagina 316]
[p. 316]

(en gezongen) werden, hier ook het meest vertegenwoordigd zouden zijn. In de eerste plaats weten we niet wie dat waren, en het is zelfs de vraag of we wel daar achter kunnen komen. Bovendien is een gegeven als ‘bekendheid’ nogal lastig te hanteren. Iemand als Constantijn Huygens was ongetwijfeld een van de beroemdste dichters van zijn tijd, maar er waren misschien niet meer dan honderd lezers aan wie zijn werk ook echt besteed was. Zou dat betekenen dat zijn geloofsgenoot Bernardus Busschoff, wiens Nieuwe lofsangen, en geestelijcke liedekens in de zeventiende eeuw mischien wel twintig keer herdrukt zijn, hier meer plaats had moeten krijgen? Met zo'n boek meenden we niemand van de tegenwoordige lezers nog een plezier te doen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken