Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2 (1980)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2
Afbeelding van Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.50 MB)

Scans (94.73 MB)

XML (2.93 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/natuurwetenschappen/biologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bybel der natuure of historie der insecten. Deel 2

(1980)–Jan Swammerdam–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Continuatio Historiae Insectorum, quae in Fructibus, Tuberculis, & Foliis, reperiuntur.

Observatio circa Carduum vulgarem, in Campis Hollandiae crescentem.

Quum media aestate extra urbem ambulassem, nonnulla folia pro Erucis aliquot, quas alebam, quaesiturus; in Carduo quodam vulgari, incrementi sui terminum nondum adsecuto, sedentem vidi Muscam, exilem, subflavamGa naar margenoota, magno Capite, Oculis rubentibus, duabus Antennis brevibus, Alisque eleganter pictis, instructam. Musca isthaec extremas Uteri & Vulvae suae partes quam longissime exporrexerat, harumque adminiculo intra folia penetrare sollicitissime conabatur; ut sua ibi Ovula reponere posset. Diu equidem huic spectaculo intentis adstiti oculis, admiratione

Vervolg Van de Historie der Insecten, die in vrugten, wratten, en bladen gevonden worden.

Observatie Omtrent de gemeene Distels, die in Holland in de Velden groeyen.

Wanneer ik in het midden van de Somer maanden buyten de stad was gegaan, om eenige bladeren voor sommige Rupsen, die ik opvoede, te soeken, soo sag ik op een van de gemeene Distels, die haar vollen wasdom nog niet hadden, een geelagtig Vliegken sittenGa naar margenoota, met een groot Hooft en roode Oogen, hebbende twee korte Hoornen, en de Vleugelen waaren cierelyk van teekening. Dit Vliegken had de uyterste deelen van syn Lyfmoeder ende Schamelheyd heel ver uyt gestooken, waar meede het seer sorgvuldig sogt tusschen de bladeren in te booren, om syne Eyeren daar in te leggen. Dat ik langen tyt met ver-

[pagina 758]
[p. 758]

pariter atque laetitia abreptus; quoniam hac occasione modum aliquatenus addiscebam, quo Insecta haec plantas exquirunt, intra quas semina sua recondere, foetibusque hinc suis tutam habitationem, & annonam nunquam defi cientem, procurare queant. Quando autem semina isthaec in Carduum ingesta sunt; crassus dein globus ibi loci nascitur, Calicem nucum Avellanarum, ratione substantiae, propemodum referens, & paullatim tandem lignescens. Hunc intra globum nonnulli passim conspiciuntur albi Vermiculi, qui in Nymphas, haeque demum in Muscas succrescunt. Vermis iste, una cum suo Tuberculo, in pera gestatus, adversus haemorrhoides valere perhibetur.

wondering ende vergenoegen aan sag; en alsoo eenigsins de manier onder vond, op welken dat deese Wurmkens de planten op soeken, op dat se haar saat daar binnen in souden op sluyten, en alsoo haare jongen een seekere wooning, en een bestendig voetsel souden versorgen. Als de distels dit saat ontfangen hebben, soo groeyt daar een dikke kloot, die haast als de kelk der Hasenooten van substantie is, en met der tyt houtagtig wort, waar in men hier en daar eenige witte Wurmkens siet, die in Poppen vergroeyen, en die in Vliegen. Deese Wurm met het uytwasken, in de sak gedragen synde, word gepreesen voor de Aambyen goet te syn.

margenoota
Tab. XLV. Fig. I.

margenoota
Tab. XLV. Fig. I.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Bybel der natuure of historie der insecten (2 delen)