Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Devote oeffeninghe op de vijf lettere van de soete ende alderheylichste namen Iesus ende Maria (1628)

Informatie terzijde

Titelpagina van Devote oeffeninghe op de vijf lettere van de soete ende alderheylichste namen Iesus ende Maria
Afbeelding van Devote oeffeninghe op de vijf lettere van de soete ende alderheylichste namen Iesus ende MariaToon afbeelding van titelpagina van Devote oeffeninghe op de vijf lettere van de soete ende alderheylichste namen Iesus ende Maria

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.28 MB)

Scans (30.08 MB)

XML (0.52 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Devote oeffeninghe op de vijf lettere van de soete ende alderheylichste namen Iesus ende Maria

(1628)–Augustinus van Teylingen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 17]
[p. 17]

Goetwilligen ende Godtvruchtighen Leser.

Het is een ghemeyne ghewoonte gheweest onder de Religieusen van Syrien daeghelijcks te lesen ter eeren van de alderheylichste Maghet Maria vijf Psalmen, welcker eerste letteren den soeten name Maria uytdrucken. Lesende voor elcken Psalm, de Enghelsche groetenisse. Het welck verstaen hebbende den Salighen Ioscio, Religieus in het Clooster vanden heylighen Bertinus, in de Stadt van S. Omars, door het verhalen vanden Ertzbisschop van Cantelbergh, die komende van Romen ontrendt het jaer 1160. in het selve Clooster een Gheestelijcke vermaninghe dede, heeft begost den selven Ioscio allen daghen de selve Psalmen devotelijck te lesen. In’t Iaer 1163, op S. Andries nacht, als alle de Religieusen t’samen vergadert waren om de Mettenen te singhen, den Supprior ommegegaen zijnde naer gewoonte inde choor, om te mercken oft alle de Religieusen teghen

[pagina 18]
[p. 18]

woordich waren, so heeft hy gesien datser alle waeren, behalven alleen zijnen broeder Ioscio, waer af verwondert zijnde, neempt zijne lanteerne ende gaet recht naer de slaep-plaetse: hy komt tot zijn bedde, vint hem legghende, doet zijn beste om hem te ontwecken, maer so hy hem wat aendachtelijcker aensach, bemerckte hy dat hy t’eenemael doot was, met zijne groote verwonderinghe, ende datter ghesprooten waren vijf schoone roosen uyt zijn aenschijn, alle gheteeckent met eene lettere vanden hoochweerdighen ende saelighen naem Maria, ende met het beginsel vande vijf Psalmen die hy ghewoon was te lesen: soo dat de roose die uyt den mondt sproot: droech de eerste lettere M, ende het eerste Versken van den Psalm Magnificat. De tweede komende uyt de rechte ooge, droech de tweede lettere A, met het eerste Versken van den Psalm Ad Dominum cum tribularer. Op de derde roose ghewortelt inde slincke ooghe, was de derde lettere R, ende het eerste Versken vanden derden Psalm Retribue. Op de vierde spruytende uyt de rechte oore, was de vierde letter I, ende het eerste Versken vanden vierden Psalm In convertendo.

[pagina 19]
[p. 19]

Ten lesten, de vijfde roose komende uyt de slincke oore droech de vijfde letter A, met het beginsel van den vijfden Psalm Ad te levavi oculos. Dit selsaem ende Doorluchtich Mirakel is geschiet als vooren gheseyt is, int jaer ons Heeren 1163. op den nacht voor den Feestdach van den heyligen Andries Apostel, in eene stadt van Arthoys ghenoempt Sint-Omars, in het vermaerdt Clooster van den heyligen Bertinus, ten tyde van den Abt Leo Prelaet aldaer, ende van Theodoritus Grave van Vlaenderen.

 

Dese Historie is ghetrocken, uyt diversche soo oude als nieuwe Historyschrijvers, als zijn: Vincentius Belluacensis lib. 7. histor. cap, 116. Pelbert. lib. 6. Stel p. 1. art. 3. Thom. à Cantip. lib. 2. cap. 29. Ioan Mai. spec. magno exemp. tit. B.M. Virg. exemp. 42. edit. 3.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken