Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Roze Kate (1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van Roze Kate
Afbeelding van Roze KateToon afbeelding van titelpagina van Roze Kate

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (11.09 MB)

Scans (58.40 MB)

ebook (11.44 MB)

XML (1.66 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Roze Kate

(1893)–Nestor de Tière–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 898]
[p. 898]

Twee-en-zeventigste-hoofstuk
Toch Verloren!

Hoen Roze Kate den trouwen Walkiers zag binnen treden, en aan zijne woorden hoorde dat hij alles had bijgewoond, onsnapte een zegekreet aan haar zwoegende borst.

- Goddank, Walkiers, Goddank, gij hebt alles gehoord en zult getuigenis geven van Everard's onschuld.

En gij, ook Katrien, ging ze voort zich naar alle kanten keerend om de meid te zoeken..

Waar is Katrien! Waar is ze? riep ze hevig onsteld....

Was zij dan niet hier?

Is ze niet hier?

[pagina 899]
[p. 899]

O God... dan... dan is alles verloren!

Waar is dan mijn tweede getuige?

Zal men mij gelooven! Kan ik dienen als getuige?

Wees kalm, Roze, zegt Walkiers, wellicht is het zoò erg niet.

- Zoo erg niet? o God, Walkiers, ik zeg u dat alles verloren is!

Moest ik daarom valsch zijn als een kat, sluipen als eene slang!

Mij aanstellen als een slecht meisje...

Heeft God mij dan verlaten dat ik op het laatste oogenblik mijne pogingen verijdeld zie.

En plots, met de uitdrukking der diepste ontzetting, ging zij voort:

- De voorzegging, de voorzegging der waarzegster!....

Walkiers wist niet wat houding aan te nemen.

Het bloedig drama, dat hier kwam plaats te grijpen, de sombere houding van Roze Kate, dat alles bracht hem het hoofd 't onderste boven.

Zou Roze Kate inderdaad niet krankzinnig zijn?

Wat beduidde die zinspeling op de waarzegster?

- ‘Op het punt gered te worden zult gij toch verloren gaan’, sprak Roze Kate in haar zelve, terwijl zij wanhopig de handen wrong..........

- O God, goede, almachtige God, is het dan mogelijk dat de on schuld moet bezwijken.... dat Everard, mijn Everard mijn ziel, mijn leven mijn alles moet verloren gaan?

Dat hij gemarteld worde om een wanbedrijf dat hij niet pleegde.

Neen, neen, dat kan, dat mag niet!

Ten prooi aan de hevigste wanhoop, liep Roze Kate heen en weer, toen zij eensklaps Katrien bemerkte die buiten adem in de smidse geloopen kwam.

Als eene razende liep Roze Kate het arme meisje te lijf, greep haar met beide armen en schudde haar met geweld.

- Waarom, waarom riep zij, zijt gij niet gekomen op den schreeuw, zooals ik u gevraagd en zooals gij beloofd had?

Ik gaf een schreeuw dat mijn keel er van scheurde.... gij moet het dus wel gehoord hebben!

Zonder het antwoord van Katrien of te wachten stiet Roze Kate haar van zich af.

- Weg! Ga weg! ik zou u kunnen...

- Och, Roze Kate, sprak Katrien gansch onthutst, ik....

- Wat ik?.... Waar waart ge?...

- Jacob zond mij straks naar boer Jans; ik kom terug......

[pagina 900]
[p. 900]

ik liep zoo hard mijn beenen mij dragen wilden en........

- 't Is te laat... te laat! te laat!

- Mischien is er toch nog een middel, zegt Walkiers....

- Een middel, hebt gij een middel? Spreek, spreek, riep Roze Kate zich aan deze uitertste hoop, hoe gering dan ook, vastklampend als de drenkeling aan een stroohalm.

- Wij zouden, dunkt mij, dadelijk het gerecht moeten verwittigen, zeide Walkiers.

- Het gerecht, het gerecht, zei Roze gramstorig, het gerecht is tegen ons. Alleen wanneer wij bewijzen konden, klaar als de zon, dat Everard onschuldig is, alleen dan, wanneer wij de moordenaars konden noemen en aanbrengen, zou de justicie er in toegestemd hebben haar vonnis te wijzigen!

Nu is alles verloren! Zich naar de op den grond uitgestrekt liggende lijken voorover buigend, ging het opgewondene meisje met steeds grooter wordende drift voort:

- Gevloekt, o broedermooders!... Moedermoorders.. Gevloekt o monsters!

Gevloekt de dag waarop gij ter wereld kwaamt!

Gevloekt, afschuwelijk wilde beesten..,

Samen geboren zult gij ook samen ter helle varen...

Walkiers kon niet langer zijne aandoening bemeesteren.

Het zien van zooveel wanhoop maakte hem koud als ijs.

Katrien weende dat ze snikte.

Plotselings wierp zich Roze Kate naast het lijk van Jacob op de knieen.

Nu schoot Walkiers toe.

Hij greep Roze Kate, die, hij twijfelde er niet langer aan, door overmaat van smart krankzinnig geworden was, onder de armen, en wilde haar met geweld optillen om haar te verwijderen.

- Laat mij los! schreeuwde zij, hij leeft nog! Terzelfder tijd rukte zij zich los uit de handen van Walkiers, en legde zij haar oor tegen de borst van Jacob.

Walkiers keek nu insgelijks aandachtig toe.

Het was inderdaad niet onmogelijk dat Jacob nog leefde.

- Loop om den pastoor, riep hij tot Katrien, loop 't is nog tijd misschien om hem de H. Olie toe te dienen.

- Blijf hier, gebood Roze Kate, blijf... gij zoudt toch te laat komen.

[pagina 901]
[p. 901]

Zich tot Jacob 's oor neêrbuigend riep zij op biddenden toon:

- Jacob, Jacob, hoort gij mij?

De stervende verroerde niet.

- O God, heb medelijden! smeekte Roze Kate, de handen ten hemel strekkend, laat hem niet sterven vooraleer hij zich met U verzoend hebbe door de bekentenis zijner schuld.....

O heb dank o God, riep Roze Kate nu een stond andermaal!

Hij leeft!

Zij oog, zijn mond opent zich.....

Hij herleeft.....

Walkiers, Katrien komt hier en luistert...

Het meisje had het hoofd van Jacob tusschen hare handen genomen.

Zij scheen met hare van hoop en begeestering stralende oogen tot in zijne ziel te dringen, daar nieuw leven en sterkere wilskracht te doen ontstaan.

- Jacob, spreek, spreek!

Ik wil het, gij moet!

Luistert, luister, zijne lippen verroeren!

Jacob! hoort gij mij?

Spreek, Jacob, spreek!

Gij hebt uwe moeder gedood.... beken... verschijn niet voor Gods eeuwigen rechterstoel zonder berouw over uwe misdaad getoond te hebben...

Beken.... Beken!

- God zij mij genadig.... fluisterde de stervende.

- Hebt gij het gedaan, Jacob? hijgde Roze Kate. Beken.. beken.

- Ik....

- Luistert, luistert, zei het meisje Walkiers en Katrien nog dichterbij trekkend...

- Ik heb... het gedaan.... zegt Jacob met bovenmenschelijke krachtsinspanning.... Dat God... mij... vergiffennis... geve....

- Gij hoort het!

Walkiers, gij hoort het, Katrien:

Hij heeft het gedaan...

Hij bekent...

[pagina 902]
[p. 902]

Everard is onschuldig... Wij hebben voldoende getuigenis...

Naar Brussel, naar Brussel bij onzen genadigen hertog opdat hij onmiddelijk de strafuitvoering doe schorsen.!

Everard, Everard gij zijt gered!

Uwe eer zal gewroken worden!

En, als uitgelaten van vreugd, ijlt Roze Kate uit de smidse weg, gevolgd door Walkiers, terwijl Katrien, naast den stervenden Jacob knielt, en een vurig gebed voor den berouwhebbenden moordenaar ten Hemel stuurt. Een snik, een laatste doodsreutel, en Jacob beeft de groote reis naar de Eeuwigheid aangevangen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken