Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De memoires (2002)

Informatie terzijde

Titelpagina van De memoires
Afbeelding van De memoiresToon afbeelding van titelpagina van De memoires

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.96 MB)

XML (1.40 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires
non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De memoires

(2002)–Leo Tindemans–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 5]
[p. 5]
 
‘In dit kermisvertoon zoek vriend noch magen,
 
Hoor naar mijn woord: wil niet om toevlucht vragen.
 
Aanvaard het leed, wees goedsmoeds in de smart
 
en denk niet dat u iemand zal beklagen.’
 
 
 
J.H. Leopold
 
‘Le pouvoir, la fortune, le bonheur,
 
les grandeurs, les succès subis,
 
ne gâtent que ceux qui étaient
 
déjà gâtés d'avance.’
 
 
 
Sylvain Van de Weyer
 
‘Of men goed of kwaad van u vertelt,
 
heeft geen belang, het verandert
 
niets aan wat u werkelijk bent.’
 
 
 
Thomas a Kempis
[pagina 9]
[p. 9]

Proloog

Vaak zijn de feiten en gebeurtenissen in het leven nog niet aan de actualiteit ontsnapt of ze worden, zonder bezinning of rijping, als een Vulgaat opgediend. Het is me in mijn wereld gegund geweest over de relatie tussen politicus en waarnemer - tussen actor en verslaggever - een en ander te zeggen. In feite dreigen we aan beide zijden slachtoffer te worden van een onvermijdelijke mise-en-scène. De verslaggever, ook de beste, staat aan de buitenkant van de belegerde stad terwijl de actor vanuit de omsingelde vesting tot besluiten moet komen.

De Fransman Georges Mandel, slachtoffer van zijn politieke actie, placht te zeggen dat een politicus ertoe dient om door de pers te worden aangevallen. Over dit soort confrontaties zou veel te filosoferen vallen, maar daarmee belanden we in de politieke wetenschap en ook in de polemiek over de geschiedenis als vak.

In ieder geval leveren in België, meer speciaal in Vlaanderen, de politieke actoren traditioneel weinig leesmateriaal over hun deelname aan het bestuur van land of regio. Zulke cultuur is bij ons nagenoeg onbestaande. Dat de wil aanwezig moet zijn om het door hen beleefde deel van de waarheid getrouw weer te geven, hoeft wel geen betoog.

Ooit werd mij door een Vlaams televisiestation gevraagd naar een opinie over politici. Ik ben zo onvoorzichtig geweest daarop in te gaan. Ik poneerde om te beginnen dat de parlementaire wereld (waartoe ik me beperkte) een staal van de bevolking vormt waarin men stromingen en strekkingen, neigingen en opinies terugvindt die ook kenmerkend zijn voor de bevolking waarvan zij deel uitmaken. Alleen, zo voegde ik er zachtjes maar met overtuiging aan toe, zijn drie types er allicht ietwat sterker vertegenwoordigd dan in het gros van de bevolking.

Zo is er bijvoorbeeld het egocentrische type, omdat het politiek milieu met zijn verkiezingen, spreekbeurten en publieke optredens deze aandrift fel aanzuigt. Ten tweede is de Popov-mensensoort in een parle-

[pagina 10]
[p. 10]

ment oververtegenwoordigd. Het wiel wordt door hen herhaaldelijk opnieuw uitgevonden vermits men niet dikwijls een efficiënte oplossing voor bijvoorbeeld het werkloosheidsprobleem kan voorhouden. Ten derde is de Selbstmythologisierung een besmettelijke ziekte waartegen politici zich tijdig moeten laten inenten. Het gevaar is inderdaad verre van denkbeeldig dat politieke wezens op den duur opgaan in wat spindoctors van hen pogen te maken. Vanzelfsprekend lijden niet allen aan zulke hypertrofie maar allen staan bloot aan een intoxicatie. Het schrijven van memoires mag het weerstandsvermogen daartegen niet aantasten en moet dus met grote voorzichtigheid worden ondernomen.

Zelf behoor ik tot die categorie van de bevolking die gevoelig is voor ideeën, ethische normen en waarden op politiek, sociaal, economisch of cultureel vlak. Voortdurend ben ik trouwens geconfronteerd geweest met de vraag in hoever opvattingen mijn houding in de politieke strijd hebben geïnspireerd.

 

Al te veel auteurs hebben gemeend een staf te moeten breken over het schrijven van memoires. Toch kwam ik voor mezelf tot het besluit brokstukken uit mijn bestaan in verhalende vorm bijeen te brengen. Mijn vrouw drong al sedert jaren aan en iedere gehuwde man weet hoe prikkelend zulke stem kan werken. Ook werd ik door mijn kinderen uitgevraagd wat er in mijn politieke leven zoal was gebeurd en hoe bij bepaalde gebeurtenissen de vork in de steel zat. Ook vrienden - echte - porden me wel eens aan om waarheidsgetrouw te vertellen hoe en waarom ik tot bepaalde houdingen, beslissingen of standpunten was gekomen. Zij legden er de nadruk op dat de waarheid recht heeft op erkenning. Meer dan eens zette ik dan een of ander incident uiteen en vroeg of ik dat in geuren en kleuren mocht beschrijven. Niet zelden was de geschrokken reactie: dat doe je beter niet!

Bij de overwegingen die me hebben aangezet om een vijfhonderdtal dagen van mijn bestaan te besteden aan het schrijven van gedenkschriften heeft ongetwijfeld de bedenking meegespeeld dat ik enkele belevenissen heb meegemaakt die de betekenis van een kleine bijdrage tot de geschiedenis kunnen krijgen. Af en toe erger ik me aan geschriften, zelfs academische, die weleens op apodictische toon een verhaal vertellen - het kan ook een commentaar zijn - waarvan de inhoud volgens mij niet altijd met de waarheid ‘en niets dan de waarheid’ strookt. In de mate van het mogelijke zou ik er graag toe bijdragen om correcties aan te brengen in de formulering van betwiste feiten.

[pagina 11]
[p. 11]

De vroegere Franse eerste minister Edgar Faure heeft twee dikke boeken nodig gehad om een deel van zijn leven te vertellen. Een derde was in voorbereiding toen de dood hem kwam verrassen. Ik wilde het proberen met één volume. Dat hield in dat ik mezelf moest verplichten tot een strenge selectie en dat sommige bijzonderheden, betwistingen, polemieken of beoordelingen, niet de aandacht hebben gekregen die ze wellicht verdienen. Kiezen is nu eenmaal verzaken.

Graag had ik meer namen vermeld, meestal om mijn dankbaarheid, mijn genegenheid of mijn vriendschap onder woorden te brengen. Misschien bundel ik nog wel eens een aantal herinneringen en belevenissen, wat me zou toelaten meer namen van medewerkers, getrouwen, kameraden, bondgenoten, kemphanen, kwelgeesten of muiters te vermelden. Ik doe echter geen belofte. Het gaat om een opwelling waarmee ik sommigen een genoegen kan doen. Wie weet?

In welke toonaard heb ik mijn geschrift opgesteld? Het gaat om de weergave en interpretatie van feiten waarbij altijd mensen zijn betrokken. Edgar Faure, die ik zoëven vernoemde, gaf aan zijn eerste boek als ondertitel mee: ‘U hebt ongelijk met altijd gelijk te hebben’. Op een geestige manier beroemde hij er zich dus op altijd gelijk te hebben gehad. Zulke bewering ligt niet in mijn aard. Ook al ben ik ervan overtuigd vaak de beste oplossing op zak te hebben, ik wil of durf toch niet te beweren dat het gelijk altijd aan mijn zijde heeft gestaan.

Robert Vandekerckhove oordeelde eens: ‘In een debat is Tindemans zelden agressief, maar eenmaal overtuigd van de beste oplossing, zal hij die niet opgeven.’ Een keer heb ik me op dit stuk op een markante wijze verdedigd. Dat gebeurde toen Jef Houthuys, de vroegere voorzitter van het Algemeen Christelijk Vakverbond, mij nodig had voor een probleem aangaande ontwikkelingssamenwerking, een sector waarmee hij zich op pensioenleeftijd nog onledig hield. Hij begon het gesprek met de woorden: ‘Leo, we zijn allebei mis geweest.’ Hij had namelijk bijgedragen tot de val van de eerste regering waarvan ik de leiding had gehad. ‘Jef’, repliceerde ik kort. ‘Ik moet jouw geweten niet onderzoeken, maar ik zie wat mij betreft niet in waar ik een vergissing zou hebben begaan op het gebied dat jij bedoelt.’

 

Ik ga de lezer of de lezeres van mijn levensverhaal niet vermoeien met het verhaal van de zoektocht naar een gepaste titel. Meer dan eens meende ik die gevonden te hebben. Maar na een nacht slapen bleek die dan toch niet zo denderend te zijn. Bij nader inzien suggereerde hij dingen die ik er

[pagina 12]
[p. 12]

helemaal niet wenste in te leggen. Sommige titels leken perfect te passen voor een aspect van mijn openbare leven maar volstrekt niet voor de strijd om maatschappelijke hervormingen, om veiligheid, om de staatsstructuur, om het welzijn, om het onderwijs of om de culturele ontplooiing. Kortom, de zoektocht naar een titel die ook het karakter van mijn geschrift tot zijn recht zou doen komen zonder de auteur te kort te doen, leek wel op een expeditie naar de Noordpool. Ten slotte werd, mede door mij maar toch als besluit van een degelijke discussie, gekozen voor Gedreven door een overtuiging. Het kon ook ‘bezield’ zijn, maar vermits dit werk hoofdzakelijk over politiek gaat, bleven we bij ‘gedreven’.

 

Gedenkschriften mogen niet oeverloos zijn. Mijn droom bestaat erin dat wat ik heb te vertellen, ook wordt gelezen. Wel zal opvallen dat mijn activiteiten waren verspreid over binnen- en buitenland en in dit boek vaak niet kunnen worden gescheiden. Tijdens het schrijven was ik steeds de Chinese wijsgeer indachtig die al wist dat wie een volmaakt boek wil voortbrengen het werk nooit zal beëindigen.

In mijn memoires spreek ik uiteraard over ontmoetingen met gezagsdragers, politici en experts. Dit heeft mij nooit de dialoog met onze eigen mensen doen vergeten. Toen ik in 1978, na mijn ontslag als eerste minister, te Diksmuide tot ridder werd geslagen in de Orde van 't Manneke uit de Mane - een vereniging met een groot verleden - zei schrijver André Demedts: ‘Nooit stond een eerste minister dichter bij zijn volk dan Leo Tindemans, nooit ook stond een volk dichter bij zijn eerste minister.’

Ik heb vijftig jaar lang het land doorkruist, maar meest van al de Vlaamse provincies en Brussel om de mensen van bij ons uit te leggen wat er gebeurde in de politiek en wat er op het spel stond. Ik wist bovendien maar al te goed dat Vlaanderen in de negentiende of de twintigste eeuw weinig bij Europa of internationale zaken was betrokken. Het leven heeft me de kans geboden precies op deze gebieden actief te zijn en een rol te spelen. Hierdoor zou de indruk kunnen ontstaan dat ik minder aandacht heb voor mijn wortels. Niets is minder waar. Uit mijn levensverhaal zal blijken dat ik nooit het contact heb verloren met de mensen van bij ons. Voortdurend dacht ik aan degenen die in mij hun vertrouwen hadden gesteld.

 

Ik beschouw het als mijn plicht allen te bedanken die mij bij deze inspanning als schrijver hebben geholpen: mijn vrouw, die deze concentratie en isolatie met een oneindig geduld heeft verdragen, Petra Mangelschots

[pagina 13]
[p. 13]

voor de hulp bij opzoekingen, Ria Torbeyns voor het voorbeeldige typewerk, Griet Luyten voor de eindredactie en vanzelfsprekend ook Uitgeverij Lannoo, in het bijzonder Lieven Sercu voor zijn nooit rustende zorg en Godfried ridder Lannoo voor zijn persoonlijke belangstelling en blijvend vertrouwen.

 

Voor mij was de doorlichting op mijn niveau van nagenoeg een halve eeuw een ongelooflijk boeiend, absorberend avontuur. Het werd voor mij de beschrijving van een bijzonder spannende, eigenlijk revolutionaire periode van onze geschiedenis op alle gebied, in Vlaanderen, in België, in Europa, in de wereld. We weten vandaag niet waar we naartoe gaan, maar het kan nooit kwaad te weten vanwaar we komen, althans politiek gesproken.

Onnodig te zeggen dat ikzelf, alleen, de verantwoordelijkheid draag voor wat in deze bladzijden te lezen staat.

 

Leo Tindemans


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken