Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Proeve van minnezangen en idyllen. Deel 2 (1802)

Informatie terzijde

Titelpagina van Proeve van minnezangen en idyllen. Deel 2
Afbeelding van Proeve van minnezangen en idyllen. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Proeve van minnezangen en idyllen. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.39 MB)

ebook (2.85 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
lyriek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Proeve van minnezangen en idyllen. Deel 2

(1802)–Hendrik Tollens–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 21]
[p. 21]

Licidas.

 
Mag ik tot Zelime nadren,
 
Daadlyk ben ik in myn' schik;
 
Plaats ik my aan hare zyde,
 
Groeit myn vreugd elk oogenblik;
 
Kusch ik haar, dan is geen herder
 
Zo vernoegd en blyde als ik.
 
 
 
Doch wat men ook vreugd moog' noemen,
 
Myne vreugd streeft die voorby:
 
Myn genoegen is onschetsbaar,
 
Kuscht Zelimes mondje my;
 
Beiden zyn dan even teder:
 
Zy als ik, en ik als zy.
 
 
[pagina 22]
[p. 22]
 
Als slechts geen dier kwade luimen,
 
Die ze, als ieder meisje, heeft,
 
Haar verdrietig, norsch, doet wezen,
 
En haar vreugde en min weêrstreeft,
 
Dan, dan baart zy me al 't genoegen
 
Dat slechts liefde en schoonheid geeft.
 
 
 
Dan, dan lonken my hare oogjes
 
Teder aan, en 'k vlieg terstond,
 
Gantsch betooverd door de lonken,
 
Die haar oog naar 't myne zond,
 
Aan haar' boezem, aan haar harte;
 
'k Hecht myn' mond op haren mond.
 
 
 
Dan, dan kusch ik hare lippen,
 
Hare kusschen myne weêr;
 
'k Wring myn tong dan in haar mondje,
 
En Zelime, als ik, zo teêr,
 
Raakt met hare tong de myne,
 
En 'k gevoel myzelv' niet meer!
 
 
[pagina 23]
[p. 23]
 
Dan, dan maken duizend kuschjes,
 
Wier geneugt' geen weêrgaê heeft,
 
En die steeds elkaêr vervangen,
 
Dat myn gantsche ligchaam beeft;
 
'k Weet dan niet of ik die roove,
 
Dan of zy die zelf my geeft.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken