Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Turkenburg's handboekje voor het kweeken van groenten in den vrijen grond (ca. 1915)

Informatie terzijde

Titelpagina van Turkenburg's handboekje voor het kweeken van groenten in den vrijen grond
Afbeelding van Turkenburg's handboekje voor het kweeken van groenten in den vrijen grondToon afbeelding van titelpagina van Turkenburg's handboekje voor het kweeken van groenten in den vrijen grond

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.86 MB)

ebook (2.87 MB)

XML (0.28 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/natuurwetenschappen/biologie
non-fictie/lifestyle


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Turkenburg's handboekje voor het kweeken van groenten in den vrijen grond

(ca. 1915)–D. Turkenburg–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 72]
[p. 72]

Andijvie.

Andijvie onderscheidt men in Zomeren late of Winter-Andijvie. De herfst- of winter-Andijvie staat als de meestgebruikte bovenaan. Men zaait deze niet vóór den langsten dag; de ‘officiëele’ zaaitijd is van ouds 24 Juni. Van latere uitzaaiïngen dan in begin-Juli is men niet zeker volwassen planten te verkrijgen. Echter kan tot zelfs in 't begin van Augustus gezaaid worden. Een laat zaaisel wordt niet uitgeplant, maar gedund. De planten hiervan worden niet groot, doch zijn het best bestand tegen kou en vocht. Men moet op het zaaibed vooral niet te dicht zaaien, opdat de planten niet gedrongen komen te staan. Bij droogte en felle zonneschijn is het noodig, dat de grond daags vóór het zaaien herhaaldelijk begoten en na de zaaiïng beschaduwd wordt. Het zaad moet men goed onderharken.

[pagina 73]
[p. 73]

Ruim drie weken na het opkomen, als de planten ongeveer 5 bladeren hebben, worden ze uitgeplant op een onderlingen afstand van 30 à 40 c.M. Van sterk ontwikkelde planten worden de bladeren circa een derde gedeelte ingekort.

Andijvie moet snel groeien. Ze verlangt een diep omgewerkten, zeer voedzamen grond. Te versche mest doet de bladeren rotten. Paardenmest maakt ze bitter van smaak. Men plant zoo mogelijk niet op grond waar bladgroente, als sla, afgekomen is, maar 't liefst waar erwten of tuinboonen gestaan hebben. De stikstof waarmede deze vlinderbloemige gewassen den grond verrijken, komt de Andijvie ten goede. Het is aan te raden om den grond tusschen de rijen meermalen los te schoffelen, ook ter voorkoming van onkruid. Zijn de planten tot volle grootte ontwikkeld, dan worden ze opgebonden. Zoo men weet, dient dit om de binnenste bladeren te bleeken, geel, malsch te doen worden door afsluiting van het licht. Men doet het als de planten goed droog zijn; zelfs eene bevochtiging van dauw veroorzaakt rotting der bladeren. De bladeren zijn het gemakkelijkst samen te voegen, zoodra de dauw opgetrokken is. Men legt den band nagenoeg boven aan en niet te vast, opdat de krop (het hart)

[pagina 74]
[p. 74]

niet samengedrukt wordt. Na twee, drie weken zijn de kroppen goed om te gebruiken. Voor opvolgend gebruik bindt men de planten bij gedeelten op. Indien men nog laat Andijvieplanten heeft staan die te klein zijn om opgebonden te worden, kan men deze in ruim een week bleeken, door op elke plant een groot koolblad te leggen, met een laagje aarde er op.

Krop-Andijvie heeft neiging om een krop te vormen en hierdoor zich zelf te bleeken. Toch is ook voor deze soort het opbinden noodig. Op sommige gronden heeft Andijvie veel last van wegrotten, dat zich eenige dagen na het opbinden openbaart. Om dit te voorkomen, zet men de planten wat dichter bijeen, bv. met 20 à 25 c.M. tusschenruimte; ze groeien dan tegen elkaar op en worden onopgebonden mooi geel. Hiervoor is de Krop-Andijvie de aangewezen soort. Ze is ook voor vroege- of zomer-Andijvie zeer geschikt. De van natuur gele Andijvie is uit zich zelf wel geel, maar wordt pas malsch in gebleekten toestand.

Andijvie kan men tot in den winter in een vorstvrije ruimte bewaren. Het best in een kouden bak. De planten worden, voordat de vorst invalt, goed droog zijnde, met kluit uitgestoken en onopgebonden dicht bij elkaar in den bak geplaatst. In

[pagina 75]
[p. 75]

den eersten tijd houdt men bij vorstvrij weer den bak op den dag ongedekt; 's nachts hoog op lucht. Bemerkt men later rottende bladeren dan moeten die verwijderd worden. Men kan de planten ook in een lichten, luchtigen, drogen kelder met de wortels in een laag zand inkuilen. Om zoo veel mogelijk tegen te gaan, dat er rotte bladeren in komen, is het een vereischte dat de planten bij het binnenbrengen geheel droog zijn.

Krul-Andijvie, met sterk ingesneden, gekroesde bladeren, kan men niet lang bewaren. Deze soort teelt men schier alleen om rauw, fijn-gesneden, als salade te gebruiken. Iets korter van blad, kunnen de planten niet zoo gemakkelijk opgebonden worden; maar ze zijn ook op andere wijze te bleeken, b.v. door ze met een groot blad en wat aarde er op te bedekken. Deze Andijvie wordt ook ongebleekt genuttigd. Ze kan mede als vroege Andijvie dienen.

Zomer-Andijvie. Wat de teelt van vroege Andijvie het meest doet mislukken, is het doorschieten, het ontijdig verschijnen van den bloemstengel. Om geen last te hebben van dit euvel, zaaien sommigen niet vóór Juni. Dan is echter de naam zomer-Andijvie nauwelijks meer toepasselijk. Men kan reeds in de tweede helft van

[pagina 76]
[p. 76]

April in den bak zaaien, om de plantjes, na ze eens verspeend (verplant) te hebben, buiten uit te planten. Wanneer men de jonge plantjes verplant in voedzame mestaarde, krijgen ze een goed wortelgestel en zullen ze ter plaatse uitgeplant te beter den groei hervatten. Na twee à drie weken worden ze dan met goede aardkluit op de bedden uitgeplant.

Uitzaaiïngen in den vrijen grond geven echter over 't geheel beter resultaten, omdat de planten dan ongestoord kunnen doorgroeien. Evenwel moet men met het buiten-zaaien wachten tot het laatst van April of begin van Mei. Bij te vroege uitzaaiïngen loopt men gevaar, dat de planten na stilstand in den groei wegens lage temperatuur, later opeens gaan doorschieten als het weer warmer wordt. Men zaait dun, op een voedzaam bed en dunt de planten later uit op een onderlingen afstand van 25 à 30 cM. Men kan ook zeer goed met tusschenruimten van 30 c.M. 4 of 5 zaadjes bij elkaar leggen en van de opgekomen plantjes het krachtigste laten staan. De overtollige worden niet uitgetrokken, maar afgesneden. Om de 2 à 3 weken wordt een weinig gezaaid, omdat de planten, zoodra ze goed zijn, verbruikt moeten worden. Vooral voor zomer-Andijvie is het een

[pagina 77]
[p. 77]

vereischte, dat ze goed dóórgroeit en dit kan alleen in een bijzonder vruchtbaren en vochtigen bodem. In armen grond schiet ze onvermijdelijk in 't zaad. Op drogen grond moet bepaald herhaaldelijk gegoten worden.

Met het opbinden wachte men niet tot alle planten de volle grootte bereikt hebben. Het moet geschieden als ze goed droog zijn, 't liefst kort na het verdampen van den dauw. Ingeval men echter in korten tijd over een maal gele Andijvie wenscht te beschikken, bindt men eenige door dauw of regen bevochtigde planten op. Weliswaar is dan 't gevaar niet geheel uitgesloten, dat de bladeren door vocht en warmte een weinig tot rotting overgaan.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken