Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Een dagverhaal van Jhr. Johan Vegelin van Claerbergen. Omtrent de troubelen van het jaar 1748 (1899)

Informatie terzijde

Titelpagina van Een dagverhaal van Jhr. Johan Vegelin van Claerbergen. Omtrent de troubelen van het jaar 1748
Afbeelding van Een dagverhaal van Jhr. Johan Vegelin van Claerbergen. Omtrent de troubelen van het jaar 1748Toon afbeelding van titelpagina van Een dagverhaal van Jhr. Johan Vegelin van Claerbergen. Omtrent de troubelen van het jaar 1748

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.65 MB)

ebook (3.13 MB)

XML (0.64 MB)

tekstbestand






Editeurs

F.J.J. van Eysinga

Godschalk Horatius van Borssum Waalkes



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/dagboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Een dagverhaal van Jhr. Johan Vegelin van Claerbergen. Omtrent de troubelen van het jaar 1748

(1899)–Johan Vegelin van Claerbergen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 328]
[p. 328]

Bijlage VI.
Nos. 1 en 2.

Ik ondergeschrevene grietman van Doniawerstal verclaere mijne gedagten te sijn, en sulx aen de Heeren Staten te willen voordraegen dat overmits de goede ingesetenen sedert langen tijt sijn gedrukt geweest door de excessen der pagtenaeren, en misbruik van Cherchers en opsigters, en vervolgens de algemeene geneigtheit daartoe heeft gestrekt om het lastig middel van impositien afteschaffen, en bij andere en beter minstdrukkende weegen nieuwe geltmiddelen intevoeren, soo verclaere ik te approberen 't geen Collegie op Saturdag laestleden heeft goedgevonden, tot ophoudinge van alle heffinge van eenigerley pagten, en houdende alle de pagten voor altoos gecasseert sonder dat deselve oyt weder in train sullen mogen werden gebragt.

Wijders neme ik voor en beloove van al mijn hert te sullen helpen uitdenken en tragten te bevorderen soodanige andere middelen als met overleg en goedkeuringe van S.Ht. onsen algemeene Erfstadhouder sal oorbaerlijk geagt werden, vermits het van selfs spreekt dat de groote crijgsmagt die desen Staet onderhoud, en welke merkelijk vermeerdert is sedert de gelukkige omkeringe van saeken dat hoogstgene S.Ht. is verheven tot den algemeene voorstander en bestierder der saeken van de gemeene Unie (in het tweede stuk staat: tot onsen algemeenen Stadhouder der seven Proventien en opperbestierder der gemeene saeken van de Unie) oneindige schatten vereyst, om was 't mogelijk door het doen van een uiterste effort de overmagt van Vrankrijk tegen te staen, en door een goede vreede onse costelijke en diergecogte vrijheit te herstellen en te bevestigen, (ten einde, 2de stuk) van alle canten en selfs van verafgelegene landen trouppes overnemende, soodanig dat mogelijk het getal der trouppes (van het krijgsvolk, 2de stuk) die (dat, 2de stuk) dese Staet alleen (tegenwoordig, 2de stuk) onderhout is belopende een getal van ongeveer 140000 mannen, waervan de soldijen niet alleen maer ook de subsidien belooft aen Mogentheden, die deselve leveren, is geklommen tot boven ons or-

[pagina 329]
[p. 329]

dinaris vermogen, en derhalve extra middelen moeten bij der hand genomen werden, om liever een gedeelte van sijn besittinge als het geheel te verliesen, 't geen de almagtige opperbestierder schijnt gesegent te hebben door de hoope die (wij) hebben tot het becomen van een redelijke vreede, waertoe de gront reeds gelegt is en door een wapenschorsinge gestaeft.

Verders sal ten hoogsten nodig sijn dat aengesien de hooge merites soo van het Hoogvorstelijk huis van Oranje en Nassau in 't gemeen, maer ook van de personele uitmuntende qualiteyten van den persoon van S.Ht. onsen tegenwoordigen algemeenen Erfstadhouder, de successie daervan sal werden vastgestelt en uitgestrekt tot de vrouwelijke linie in dier voegen als sulx in Hollant is geëtablisseert, en bij alle overige provintien reeds gevolgt;

dat ook aen de Heere Prince hooggenoemt sal werden opgedragen soodanige meerdere magt over de militie, en waer het verders nuttig sal geoordeelt, als tot bestieringe van krijgsvolk en andere saeken voor s' Lands oorbaer vereijst sal werden;

dat ingevalle de omstandigheden der publyque saeken niet mogten toelaten dat de Heere Prince meer hooggedagt of in 't geheel niet of maer voor corten tijt, dese provintie met desselfs hooge praesentie soude coomen vereeren een commissie soude moeten werden benoemt om ten spoedigsten na den Haege te vertrekken en aldaer met de Heere Erfstadhouder te beramen soodanige finantien als tijtsomstandigheden sullen vereyschen, belovende mij daer aen te onderwerpen;

dat voorts met overleg en goedkeuringe een andere commissie sal werden aengestelt, waer aen de goede ingesetenen haere grieven, en beswaernissen sullen mogen voordragen, en waer in naukeurig sullen werden ondersogt alle excessen, die bij ymant wie hij ook sij sou mogen gepleegt sijn in pagtsaeken of andere Lands finantie saeken, en dat het besluit daer van sal werden overgesonden ter examinatie en goedkeuringe van hoogstgede sijn Hoogheit;

dat het aen de goede ingesetenen ook sal vrijstaen eenige Gecommitteerden te senden aen S.Ht. om aldaer hunne belangens voor te draegen;

dat het stemreglement als een fondamentele wet wel in sijn volcomen wesen sal blijven, maer de twijffelagtigheden en averegtse uitleggingen, en 't misbruik der hornlegers door nadere verclaeringe met goedkeuringe van S.Ht. sal werden geëlucideert en alle misbruik voorgecomen;

[pagina 330]
[p. 330]

dat voor 't overige aengesien de ingesetenen deser provintie sig met een goed oogemerk hebben beijvert om te bereijken de afschaffinge der pagten, daerom ook alles wat daer omtrent is voorgevallen door een algemeene amnestie in eeuwige vergetelheit sal werden gebragt;

dat men voor 't overige behoort bedagt te sijn omme alle billijke voorstellen die eenige andere ingesetenen van gelijken sullen coomen te doen, met rijpe deliberatien te overwegen, en te seconderen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken