Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1 (1906)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1
Afbeelding van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.34 MB)

Scans (27.73 MB)

XML (1.27 MB)

tekstbestand






Editeurs

Herman vander Linden

W.L. de Vreese



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1

(1906)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Van dingen die gescieden. xxi.

 
In desen tiden recht omtrint
 
So donderet vreselijc te Gint,
1640[regelnummer]
Dat die stat [daer] af verwagede,
 
Daer hem menige af versagede;
 
Ende daer na quam ene blixeme groet,Ga naar margenoot+
 
Die hem .ij. verbernde albloet
 
Opten wech in desside Gent,
1645[regelnummer]
Die niet en waren daer bekent.
 
In desen tiden, hebbic verstaen,
 
So was die sonne oec vergaen.Ga naar margenoot+
 
Te vespertide gesciede dat.
 
Het werd so donker opter stat
1650[regelnummer]
Datmen niet en conde gesien;
 
Dat geduerde wel na dien
 
Ene halve mile te gane daer,Ga naar margenoot+
 
Eer mensi weder sach daer naer.
 
Men seide oec na desen dingen,
1655[regelnummer]
Dattie kerstine onder gingen,
 
Ende dat was waer. In dien tiden
 
Waren vergadert in beden sidenGa naar margenoot+
[pagina 322]
[p. 322]
 
Kerstine ende heiden .i. groet deel.
 
Ende die kerstine waren in enen casteel
1660[regelnummer]
Som gejaget, die mochten ontgaen,
 
Ende dandere alle, sonder waen.
 
Dier wel .iij. dusent was,Ga naar margenoot+
 
Bleven doet vordien pas.
 
Ende .ijm. ontginger wel
1665[regelnummer]
Dient namaels qualike gevel;
 
Want die casteel ward belegen
 
Ende si worden daer in verslegen.Ga naar margenoot+
 
Aldus geviel daer die dinc
 
Datter noyt .i. ontginc.
1670[regelnummer]
Ga naar margenoot+ Mar dit was niet der sonnen scout:
 
Hets truffe datmen daer of hout;
 
Alse comt die tijt datsi ontfeet,Ga naar margenoot+
 
Daer af eest dat si ve[r]geet;
 
Ende die gelijc so doet die mane
1675[regelnummer]
Alse si es in haren ontfane.
 
An dit en es te houden niet
 
Dat hier af comt enich verdriet.Ga naar margenoot+
 
In dit jaer dat dit dus was
 
Daer ic hier te voren af las,
1680[regelnummer]
Geviel in Brabant, ende oec mede
 
In Henegouwe, in ander stede,
 
Dat die sceperen dat cruce namenGa naar margenoot+
 
Ende van vele landen te gader quamen,
 
Ende lieten haer scape staen upt velt.
1685[regelnummer]
Dus waendense met hare gewelt
[pagina 323]
[p. 323]
 
Theylich graf hebben gewonnen.
 
Daer sijn si alle hene geronnenGa naar margenoot+
 
Tot daer men scepinge soude doen.
 
In weet hier af en geen ocsoen;
1690[regelnummer]
Mar men wiste noyt een twint
 
Waer daer enich ontquam sint.
 
Dus worden si verloren al.Ga naar margenoot+
 
In weet daer af niet tgetal,
 
Mar vele waser, wetie wel.
1695[regelnummer]
In desen tiden oec gevel
 
Den coninc Philipse van Vrancrike,Ga naar voetnoot1696-1697
 
Coninc Lodewijcs sone sekerlike,Ga naar margenoot+
 
Dat hi sende over mere
 
Jegen die Sarrasine ter were
1700[regelnummer]
.I. groet deel van sinen lieden,
 
Dies hi verdiende an hem met mieden.
 
Wantmen lietem daer verstaen,Ga naar margenoot+
 
Dat hi van rechte, sonder waen,
 
Sculdich waer nu .i. vard:
1705[regelnummer]
Want sint dat sijn vader ward
 
Begraven, sone heeft hi gene gedaen.
 
Doemen hem dade dit verstaen,Ga naar margenoot+
 
Sindi daer ward met scatte groet,
 
Ridders, serjante ende enapen goet;
1710[regelnummer]
Mar selve waer hi gevaren met,
 
Mar siecheit hevet hem belet.
[pagina 324]
[p. 324]
 
Nu geviel oec sonderlingeGa naar margenoot+
 
Ene harde grote werringe
 
Tusscen Ludeke ende Brabant.
1715[regelnummer]
Die van Ludeke hebben verbrant
 
Op Brabant wel .vij. huus.
 
Hier om worden sere confuusGa naar margenoot+
 
Die optie mersce wonen daer
 
Ende senden ten hertoge vaste naerGa naar voetnoot1719
1720[regelnummer]
Ga naar margenoot+ Janne, die doe cleine was.
 
Sijn raet onderwant hem das
 
Ende vorden den hertoge daer int here.Ga naar margenoot+
 
Die viande bleven optie were,
 
Tote dattie hertoge daer quam,
1725[regelnummer]
Ende datmen [dach] ten pèrlemente nam.
 
Ende doe tperlement qualike sciet,
 
En bleef daer ander viande niet,Ga naar margenoot+
 
Sine vloen alle wech ter vard.
 
Int leste den hertoge gebetert ward,
1730[regelnummer]
So dat hi van danen sciet
 
Sonder toren ende verdriet.

margenoot+
(5)
margenoot+
(10)
margenoot+
(15)
margenoot+
(20)
[tekstkritische noot]1658 en 1659 kerstine in het hs. voluit. 1659 Dit vers overschrijdt de afschrijving der kolom en strekt tot in de volgende, waar het door een punt van het op dezelfde hoogte staande vers 1709 gescheiden is. 1673 ve[r]geet hs.: begeet wat echter geen zin oplevert; het woord voor ‘verduisteren’ is ‘vergaen’ zooals boven in vs. 1647 staat. De verbetering is afkomstig van C. van de Water (zie het Tijdschr. voor Nederl. Taal- en Letterk. 9, 54 vlg.). Verg. Verdam, Middelnederl. Woordenb. 5, 1331. 1675 haren: har- in het hs. voluit. 1678 iaer in het hs. voluit. 1685 hare in het hs. voluit.
margenoot+
(25)
margenoot+
(30)
margenoot+
bl. 21 e.
margenoot+
(35)
margenoot+
(40)
margenoot+
(45)
[tekstkritische noot]1691 Waer in het hs. voluit. 1698 mere in het hs. voluit. 1699 sarrasine in het hs. voluit. 1700 groet in het hs. voluit. 1704 lietem in het hs. voluit. 1704 Sculdich hs.: Sculd' zooals meermalen in dit hs. (een in litteraire teksten zeldzame verkorting); vandaar de lezing * Sculder bij Lelong. - waer en vard in het hs. voluit. 1710 Men vraagt zich af of het Mar waarmede dit vs. begint, niet overbodig is: de kopiïst kan zich op het Mar in 't volgende vs. verzien hebben.
margenoot+
(50)
margenoot+
(55)
voetnoot1696-1697
Bedoeld wordt Philips III de Stoute, koning van Frankrijk, zoon van Lodewijk IX. Hij regeerde van 1270 tot 1285.
margenoot+
(60)
margenoot+
(65)
margenoot+
(70)
[tekstkritische noot]1716: 1717 huus: confuus in het hs. voluit. 1719 naer in het hs. voluit. 1721 onderwant hs.: onder want 1722 int here hs.: inthere 1725 datmen [dach] ten perlemente nam: de invoeging van * dach lijkt onmisbaar; andere voorbeelden eener elliptische uitdrukking ‘ten parlemente nemen’ (verg. Verdam, Middelnederl. Woordenb. 6, 143) zijn althans niet bekend. 1728 vard in het hs. voluit. 1733 sterfte in het hs. voluit.
margenoot+
(75)
margenoot+
(80)
voetnoot1719
ten hertoge...Janne = Jan I van Brabant.
margenoot+
bl. 21 f.
margenoot+
(85)
margenoot+
(90)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken