Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1 (1906)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1
Afbeelding van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.34 MB)

Scans (27.73 MB)

XML (1.27 MB)

tekstbestand






Editeurs

Herman vander Linden

W.L. de Vreese



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1

(1906)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Hoe si nu varen te Irlant ward, ende vandaer te Lichestre. xxv.Ga naar voetnoot+

1975[regelnummer]
Doen dese strijt aldus was leden,
 
So es die coninc om gereden
 
Met sinen lieden te Irlant ward;
 
Ende hier af moete nu sijn ruward
 
Lanceloet van desen striden,Ga naar margenoot+
1980[regelnummer]
Want hijt geloefde ten selven tiden
 
Ter feesten vander tavelronden.
 
Die coninc sprac hem an ter selver stonden:
 
‘Her Lanceloet,’ sprac hi, ‘her Lanceloet,
 
Dit orloge staet an u al bloet.Ga naar margenoot+
1985[regelnummer]
Walewein ende ic, godweet,
 
Hebben gedaen onse beheet;
[pagina 335]
[p. 335]
 
God laet u duwe so beginnen
 
Dat gijs ere moet gewinnen.’
 
- ‘Here, God geve mi die cracht,Ga naar margenoot+
1990[regelnummer]
Ie saels gerne doen mine macht!’
 
Dus sijn si nu so verre gereden,
 
Datsi comen sijn ter steden
 
Daer die coninc van Irlant lach,
 
Die over nacht ende over dachGa naar margenoot+
1995[regelnummer]
Gevloen was, alsi vernam
 
Wie daer metten coninc quam,
 
Want hine waende niet, godweet,
 
Dat si den coninc souden sijn gereet
 
Met hem te varne tenen stride,Ga naar margenoot+
2000[regelnummer]
Om datsi daer vore in genen tide
 
Met hem som niet wilden varen,
 
Daer hi most sijn lant bewaren;
 
Ende om datsi nu dus quamen mede,
 
So rumdi vollijc daer die stede.Ga naar margenoot+
2005[regelnummer]
Des was doe Lanceloet wel blide,
 
Ende sprac dien coninc an ter tide:
 
‘Her coninc, ic ben nu sere ontsien,
 
Die dus die liede can doen vlien
 
Sonder slach ende sonder stoet!’Ga naar margenoot+
2010[regelnummer]
Dit sprac doe her Lanceloet.
 
- ‘Het[s] recht datmen u sere vrucht,
 
Want u redene es verre geducht.
 
Om dat sidi te mere ontsien.’
 
Ga naar margenoot+ Dus togensi van daer na dienGa naar margenoot+
[pagina 336]
[p. 336]
2015[regelnummer]
Te Liceestre ward gereet,
 
Dat Perchevael te winne steet,
 
Na dien dat hi geloefde wel
 
Ander tavelronden spel.
 
Si voeren met feesten ende met spele,Ga naar margenoot+
2020[regelnummer]
Ende spraken van desen dingen vele
 
Datsi wonderlike toe sijn comen,
 
Ende al noch vergaen te haren vromen.
 
God wouds vord wat sals gescien!
 
Dus quamense gereden binnen dienGa naar margenoot+
2025[regelnummer]
Te Liceestre, vor dien casteel,
 
Daer men in dreef clein riveel:
 
Want alle diere binnen waren,
 
Sonder si twee, waren ontfaren;
 
Ende dese .ij. bleven daerGa naar margenoot+
2030[regelnummer]
Op .i. geleide, wet vor waer.
 
Dit was, om datsi den coninc
 
Die slotele geven vor alle dinc;
 
Op desen dienst bleven si daer.
 
Nu es die coninc getogen naerGa naar margenoot+
2035[regelnummer]
Ende vant die porte wide ontdaen.
 
Hi dede Perchevalen vore in gaen,
 
Want dit was sijn avonture.
 
Hi reet vort tot an die dure
 
Vander zalen; daer sach hi staenGa naar margenoot+
2040[regelnummer]
Dese .ij. cnapen, die hem saen
 
Die slotele gaven van altemale,
 
Ende vielen te voet daer Perchevale,
 
Ende baden genade daer ter stat.
 
Hi namse op saen na datGa naar margenoot+
[pagina 337]
[p. 337]
2045[regelnummer]
Ende leidese vorden coninc vermeten.
 
Ende seide: ‘Ic, die Perchevael ben geheten,
 
Moet sijn recht hier doen.
 
Her coninc’, seiti, ‘dese .ij. baroen
 
Hebben hem mi op geven,Ga naar margenoot+
2050[regelnummer]
Ende Perchevael in al sijn leven
 
En doe[de] man en genen nie
 
Die hem op gaf, seitmen mie.
 
En[de] salic[.] hier doen Perchevael recht,
 
So sijn dese in mijn plecht!’Ga naar margenoot+
2055[regelnummer]
Si riepen alle: ‘hi seget waer!’
 
Ende die coninc lovet oec daer.
 
Dus bleven quite dese met alle,
 
Met enen wonderliken gevalle.

voetnoot+
Cap. 25. te Irland ward. Velthem verwart blijkbaar aldoor Ierland met Schotland (zie ook boven, eerste boek, vs. 2653). Na den dood van Koningin Margaretha van Schotland, brak in dit rijk een burgeroorlog uit; in 1291 toog Eduard met een leger daarheen.
margenoot+
(5)
margenoot+
(10)
[tekstkritische noot]2001 wilden: de -e- van -den is eigenlijk tweemaal geschreven; ze stond aanvankelijk veeleer binnen het oog van de voorafgaande d dan er vlak tegenaan, zoodat de kopiïst blijkbaar noodig oordeelde ze nog eens over te doen. Vandaar dat de letter thans eigenlijk twee oogen heeft: een zeer kleine en een zeer groote. 2003 nu dus hs.: mi zeer duidelijk met een stip op de i. 2010 lanceloet in het hs. voluit.
margenoot+
(15)
margenoot+
(20)
margenoot+
(25)
margenoot+
(30)
margenoot+
(35)
margenoot+
bl. 22 f.
margenoot+
(40)
[tekstkritische noot]2022 haren: har- in het hs. voluit. 2034 naer in het hs. voluit.
margenoot+
(45)
margenoot+
(50)
margenoot+
(55)
margenoot+
(60)
margenoot+
(65)
margenoot+
(70)
[tekstkritische noot]2051 En doe[de] man hs.: En dor man De voor de hand liggende verbetering is ook reeds aangebracht door C. van de Water, Tijdschr. voor Nederl. Taal- en Letterk. 9, 58; zie ook Verdam, Middelnederl. Woordenb. 6, 473, die terecht dor als de lezing van het hs. opgeeft, niet * doe zooals Lelong naderhand (zie de ‘Voorreeden’ zijner uitgave, blz. 5) en ook C. van de Water t.a.p. gemeend hebben. 2053 En[de] hs.: En (niet ende zooals in de aanhaling bij Verdam, Middelnederl. Woordenb. 6, 473). - salic[.] hs.: salich ook reeds verbeterd door Verdam, t.a.p. C. 26 opschr. daer in het hs. voluit. 2063 Dit heefti in het hs. op ratuur.
margenoot+
(75)
margenoot+
(80)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken