Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Een zoon en zijn moeder (1923)

Informatie terzijde

Titelpagina van Een zoon en zijn moeder
Afbeelding van Een zoon en zijn moeder Toon afbeelding van titelpagina van Een zoon en zijn moeder

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.04 MB)

Scans (64.22 MB)

XML (0.37 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Een zoon en zijn moeder

(1923)–Jan Veltman–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 187]
[p. 187]

XXII.

De boomen waren ontbladerd.

Drie-, viermaal daags liep moeder even tot aan 't eind van 't boschpad, omdat ze van daar, na eenig scherp turen, goed kon waarnemen, of Alard of Grada of vrouw Ruitenbeek op de akkers van Nieuw-Lindenhof was. Zij verlangde zoo, om eens bij ‘haar jongen’ in zijn eigen woning te zijn, en er alles te zien. Maar ‘dat mensch’ wilde ze er niet ontmoeten. Verleden week had ze haar een uurtje over den akker zien heukelen alsof ze daar iets zocht, en toen had ze overlegd, om, als ze dat mensch daar weer zag, gauw even naar Alards woning te loopen.

Drie-, viermaal daags liep ze dan tot aan 't eind van 't boschpad, want van daar kon ze nu gemakkelijk over 't ontbloote veld en door de paar rijen ontbladerd hakhout heen zien. En 't slot er van was telkens een pruttelende alleenspraak.

‘Dat mensch blijft almaar in haar luien braadstoel, met de voeten heel den dag op de stoof. Den heelen dag koffielurken! - En Grada, natuurlijk, die popt heel den dag met dat mensch om! - Flauwe boel! - Laat ze liever een kind krijgen! - Alard, de droomer, die vindt toch alles goed, wat zij goed vindt. Die jongen verkwanselt al zijn geluk aan dat ouwe mensch. - -- Waarom is ze daar nu weer niet? - 't Weer is toch

[pagina 188]
[p. 188]

goed! - - Daar staat nog kool op 't land! - Eten ze daar dan nooit kool? - Dat mensch kon toch wel eens een kooltje van 't land halen! - Ze zijn zeker weer aan een spelletje doende met hun drieën. - Van mij maakte hij nooit zooveel beslag. - Dat is dan je liefste jongen, de liefste, omdat hij zoo'n stakkerd was en blijft, ja de liefste, die goeie stumperd. - - - En dan - - twee vreemde menschen - - - volk van niks - - - arbeidersvolk - - - en die zijn daar altijd bij mijn jongen - - - En ik, zijn moeder, die een mensch van hem zou maken, ik - - - -’

 

Met hun zessen waren zij gekomen: vrouw Faber, Evert, en twee broers en twee zusters. Eerst moesten ze de prachtige platen zien in een nieuw boek, dat hij pas had ontvangen. Dan vertelde hij van de stad met twaalf poorten, met muren van enkel edelgesteenten, heerlijker dan ooit een mensch had gezien.

‘Kom, we gaan daarvan zingen:

 
Men spreekt van u zeer heerelijke dingen,
 
O, schoone stad van Isrels Opper heer!’

Ja, maar dan moesten ze boekjes hebben, en ze zongen Psalmen en Gezangen en liederen. - Dan zou Alard voorlezen uit een mooi boek. Maar moeder wou graageerst wat zeggen.

‘We hebben aanzegging gehad, dat we Oud-Lindenhof in 't komend voorjaar moeten verlaten.’

't Huis ging dan geheel tegen den grond. Alard wist dit reeds en had al over de gevolgen gedacht.

‘'t Zal moeilijk worden, een voor ons passend huisje te vinden hier in de nabijheid - zei Evert. - Want ik mag op 't werk blijven, en 'k verdien er goed geld. 'k Heb al

[pagina 189]
[p. 189]

eens rondgezien naar een huisje, want we zouden graag dicht bij 't werk blijven. Maar hier is niets.’

Alard knikte.

‘Laat maar aan mij over, Evert! - Ik zal zien, wat voor jullie te vinden! - Over een veertien dagen of zoo zal ik 't je wel zeggen!’

Gerustgesteld gingen de Fabers eindelijk heen, en Alard begon dadelijk met zijn vrouw te overleggen, om op hun grond een huisje voor Evert te bouwen. Mulder zou dat wel goed vinden, en een deel van 't geld er voor misschien wel willen leenen. Grada vond, dat hij maar dadelijk daarover aan Mulder schrijven moest, en dus schreef Alard een lang, boeiend verhaal over Evert en zijn gezin.

En drie dagen daarna wist Alard, dat hij zijn gang kon gaan en een huisje voor Evert laten bouwen.

 

Eindelijk dan zou moeder Weida haar verlangen bevredigd zien. Gisteravond had Alard zijn gewone bezoek bij vader en moeder gebracht, maar nu zonder Grada. Want moeder Ruitenbeek lag met een zware verkoudheid in 't bed, en Grada zou haar nu eens een dag of wat in 't bed houden. Moeder luisterde goed, en zoo langs den neus weg liet ze zich uitleggen in welke kamer de zieke lag en of ze daar kon hooren, wat er in de huiskamer gezegd werd: want dat was lastig voor een zieke. Spoedig wist ze genoeg: dat mensch lag in een zijkamer, en zou haar niet kunnen hooren; en van elkander zien was natuurlijk in 't geheel geen sprake.

Alard was al voor een veertien dagen van zins geweest, om eens met vader en moeder te spreken over 't bouwen van een huisje voor Evert. Maar het bijna zeker weten, dat moeder dit gekheid zou vinden en vader het ook zou

[pagina 190]
[p. 190]

afkeuren, had hem weerhouden. Want doorgaan zou 't toch, omdat hij het had beloofd, en hij had het beloofd, omdat het goed was, een weldaad voor dat lieve gezin.

En misschien wisten vader en moeder 't reeds, omdat er al over gesproken werd. En 't zou hun even 'tzelfde zijn, of ze hun afkeuring uitspraken tot een ander als tot hem zelf. Maar hem was 't niet gelijk, of hij 't hoorde of een ander: want hèm zou 't in zijn hart pijn doen.

En dus: nu er maar geheel over gezwegen; een ander zou 't hun wel vertellen.

En nu werden reeds de steenen aangevoerd.

Den volgenden morgen was Alard al weer gauw eens komen overloopen om moeder te vertellen, dat moeder Ruitenbeek nu ook van den dokter het bed moest houden.

‘Alard, dan kom ik vandaag eens naar je toe, hoor! - Maar zij mag het niet weten!’

Alard was blij met deze tijding, en stapte weer naar huis, in de vaste meening, dat moeder met die zij Grada had bedoeld. Want in moeders tegenwoordigheid voelde hij 't bezit van Grada als iets verbodens. Maar nu hij tot heldere bewustheid kwam, vond hij het onzinnig van moeder, dat ze gezegd had, dat Grada van haar komst niets mocht weten. Hij kon toch zijn vrouw niet voor een halven dag in een hok opsluiten of haar 't veld injagen. Dat moeder toch zulke onmogelijke eischen stelde! Ja, hoe moest dat nu? Want als moeder kwam, zag Grada haar immers! Toch, hij zou moeder gehoorzamen, en niets van haar voorgenomen plan aan Grada vertellen!

 

En moeder toog te pad naar de woning van haar jongen. - - - -

Doch op 't paadje langs Nieuw-Lindenhof gekomen, zag ze daar aan den anderen kant een hoop baksteen, en

[pagina 191]
[p. 191]

hout, en menschen die daar bezig waren. Ze bleef staan. 't Was dus tóch waar, wat haar verteld was, dat Alard daar een villaatje zou bouwen voor dat minne volk, dat daar hokte in een kamer van Oud-Lindenhof. - 't Was dus tóch waar! - Aan een gekheid van Alard, zóó enorm, had ze niet kunnen gelooven; maar nu zag ze het. En dat die dochter van dat mensch even onwijs moest zijn als haar jongen! Dat had hij nu, omdat hij zijn moeder geen vrouw voor hem had laten zoeken!

Zij keek naar den stapel steenen, en naar Alards woning.

‘Nee! - Nooit!’ zei ze, en ging weer naar huis.

 

Alard stond uit te kijken naar moeders komst. Hij zag haar daar staan, zag haar terug gaan, en zei tot zich zelf:

‘Moeder kan nog niet over de kloof. Maar God zal die dempen!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken