Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Langs groene hagen (1899)

Informatie terzijde

Titelpagina van Langs groene hagen
Afbeelding van Langs groene hagenToon afbeelding van titelpagina van Langs groene hagen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.76 MB)

Scans (7.82 MB)

ebook (3.93 MB)

XML (0.26 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Langs groene hagen

(1899)–Raf Verhulst–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 224]
[p. 224]

Mijn Lezers.

 
Wie is er die des nachts verlaat
 
't Gewoel der steden, en die gaat
 
Waar bosschen staan en blaren fluisteren
 
Naar 's nachtegalen liedren luisteren?
 
 
 
Hoevelen zijn er zoo? En wie
 
Laat voor een geur van poëzie,
 
Voor woordjes die daar zijn en zingen,
 
Zijn vreugde en zijn beslommeringen?
 
 
[pagina 225]
[p. 225]
 
Hoevelen zijn er zoo? 't Is raar
 
En averechts, maar toch is 't waar:
 
De poëzie bloeit minst in tijden
 
Van kalmen voorspoed, meest van lijden.
 
 
 
De Bank zuigt geld met reuzenslorf;
 
De Beurs gonst als een bijenkorf;
 
De reede staat vol masten, wimpels,
 
En 't voorhoofd van den klerk vol rimpels;
 
 
 
De Rechtbank kibbelt fel en druk
 
Tot meerder baat, en meer geluk
 
Van het getabbaard gild der rechters,
 
En der gebefte tongenvechters;
 
 
 
En Koffiehuis en Schouwburgbak
 
Zijn vol, als ieders buil en zak;
 
Het goud berinkelt mild de toogen
 
Voor wijn, voor lieve lodderoogen;
 
 
[pagina 226]
[p. 226]
 
En naar den hartgalm, zieleklank;
 
En naar den zachten woordenzang
 
Van dichters, wil er niemand hooren.
 
Wel ruischt het lied, maar 't gaat verloren.
 
 
 
Wie luistert? Bij een bloemenraam,
 
Het boek ter hand, en met een naam
 
Op lippen frisch, maar 't hartje bijster
 
Van liefde, eene lieve jonge vrijster;
 
 
 
Een moeder, naast haar blozend wicht
 
Dat, roos in blank, te zuilen ligt;
 
En die, bedwelmd van moederwonne,
 
Zich laven wil aan reine bronnen;
 
 
 
Misschien een dichter hier en daar
 
Die tokkelt op een eigen snaar...
 
Zoo kunnen er toch twintig wezen,
 
Die mijne liedren zullen lezen.
 
 
[pagina 227]
[p. 227]
 
Zingt dichters! - Luistren er niet veel
 
Gij zingt voor ieders beste deel!
 
Zingt, dichters! Voor u zelf, gelaten...
 
En weest gelukkig, beste maten.


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken