Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Van AEgir tot Ymir. Personages en thema's uit de Germaanse en Noordse mythologie (2000)

Informatie terzijde

Titelpagina van Van AEgir tot Ymir. Personages en thema's uit de Germaanse en Noordse mythologie
Afbeelding van Van AEgir tot Ymir. Personages en thema's uit de Germaanse en Noordse mythologieToon afbeelding van titelpagina van Van AEgir tot Ymir. Personages en thema's uit de Germaanse en Noordse mythologie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.81 MB)

Scans (25.63 MB)

ebook (9.94 MB)

XML (0.84 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Van AEgir tot Ymir. Personages en thema's uit de Germaanse en Noordse mythologie

(2000)–A. Quak, Paula Vermeyden–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Reuzinnen.

Hoewel de namenreeksen in het tweede deel van de Edda van Snorri veel namen van reuzinnen bevatten, spelen buiten de reuzinnen die Asen huwen of verhoudingen met hen hebben slechts enkelen een rol in eddagedichten of in de verhalen in Snorri's Edda. Twee van hen, Fenja en Menja, zijn de hoofdpersonen van het eddagedicht Grottasöngr (Het lied van Grotti) en naar een derde is het eddagedicht Hyndluljóð genoemd. In Grt. laat de Deense koning Frodi de beide reuzinnen, die hij in Zweden gekocht had, zijn molenstenen draaien. Hij bezat namelijk een heel bijzondere molen, Grotti. Deze had de eigenschap dat hij maalde wat men maar wilde. Fenja en Menja moesten ‘goud en vrede en geluk’ voor Frodi malen. Maar toen hij hun nauwelijks rust gunde, uitten ze hun woede en verdriet in een gedicht, Grottasöngr, en daarna maalden zij 's nachts een leger onder aanvoering van de zeekoning Mysing. Deze overviel Frodi en doodde hem. Daarmee kwam er een einde aan de in vele Noordse bronnen genoemde mythische periode van vrede tijdens Frodi's regering, de zogenaamde ‘vrede van Frodi’, gesitueerd rond het begin van onze jaartelling. Mysing nam de molen en de twee reuzinnen mee op zijn schip en gaf hun de opdracht zout te malen. Rond middernacht vroegen ze hem of hij niet genoeg kreeg van al dat zout, maar hij liet hen doormalen. Het gevolg was dat het schip zonk en daarom is de zee zout en wordt goud ‘meel van Frodi’ genoemd (SnE. ii, 52).

Een deel van dit verhaal is oud: al in de 10e eeuw vinden we kenningen waarin goud omschreven wordt als ‘meel van Frodi’.

 

In Snorri's verhaal zijn mythologische en sprookjesachtige motieven met elkaar verweven. Het verhaal van de molen die niet gestopt kan worden is een algemeen bekend Europees sprookjesmotief.

In Hdl. manifesteert de reuzin Hyndla zich als iemand met uitgebreide genealogische kennis. Hyndla begeeft zich in het gezelschap van Freyja naar Valhöll om daar de jonge held Ottar over zijn familie in te lichten. Freyja berijdt op deze tocht een everzwijn, Hyndla een wolf. Een andere wolfberijdster is de reuzin Hyrrokkin, die het schip van de dode Balder met zoveel geweld in zee schoof dat alle goden ervan schrokken en Thor haar bijna uit woede gedood had (SnE. i, 49).

 

Aanvankelijk waren reuzen wijze wezens, en als zodanig treden ze in een enkele tekst op. Maar in de loop van de tijd werden de reuzen gezien als gevaarlijke machten, die de wereld van goden en mensen bedreigden. De verschillende soorten reuzen werden ook verschillend aangeduid. De meest neutrale benaming voor de hele soort is on. ‘jötun’, oe. ‘eoten’. De oerreuzen heetten ‘hrímþursar’ (rijpreuzen). Dit woord krijgt al vroeg een wat negatieve lading en het woord ‘thurs’ is altijd negatief geladen. Vrij neutraal zijn ‘risi’ (reus) en ‘bergrisi’ (bergreus), en zeer negatief, met een element van tovenarij, zijn ‘tröll’ en ‘tröllkona’ (trol en trollevrouw).

In de 13e eeuw, de eeuw waarin de saga's werden neergeschreven, was op IJsland het geloof in allerlei wezens die bergen en rotsen bewoonden nog levend. Niet alleen blijkt dat uit de vele (droom)gezichten in de Sturlunga saga (die de 12e en 13e eeuw beschrijft), waarin reuzen optreden,

[pagina 161]
[p. 161]

hetzij als beschermers van het land, hetzij als voorboden van onheil, maar ook uit het feit dat de IJslandse bisschop Gudmund Arason de Goede het in het begin van de 13e eeuw nodig vond om door het land te reizen en al deze wezens met wijwater en vrome gebeden uit hun woonplaatsen te verjagen.

In de saga's komen de reuzen hoogst zelden voor, met uitzondering van de voortijdsaga's. Daar vertonen ze twee gezichten. Enerzijds zijn

illustratie
De reuzen vallen de goden aan. Detail van een fries van Wilhelm Engelhard, bestemd voor slot Marienburg bij Hannover. Eerste ontwerp in 1851 gereed


het gevaarlijke, vaak mensenetende bergbewoners, en anderzijds zijn ze groot, dom en, wat de reuzinnen betreft, manziek. In de beschrijvingen worden ze ook steeds lelijker en grotesker. Zowel het groteske beeld als het beeld van de mensenetende reus is lang populair gebleven in de IJslandse volkssprookjes. De heks van ‘Hans en Grietje’ is op IJsland een mensenetende reuzin geworden. Reuzen met drie, zes of zelfs negen hoofden zoals de Noorse volkssprookjes die ken-
[pagina 162]
[p. 162]

nen, komen in de IJslandse volkssprookjes niet voor.

De Zweed Mårten Eskil Winge schilderde Thors gevecht met de reuzen (1872, Stockholm, Nationalmuseet); Carl Ehrenberg tekende hetzelfde motief in de reeks Bilderzyklus aus der nordisch-germanischen Göttersage, houtskool, 1880-81.

Hartmann 1936; Motz 1981; Von Sydow 1919.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken