Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Kleine stukjes om te lezen (1970)

Informatie terzijde

Titelpagina van Kleine stukjes om te lezen
Afbeelding van Kleine stukjes om te lezenToon afbeelding van titelpagina van Kleine stukjes om te lezen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.53 MB)

Scans (0.23 MB)

ebook (2.82 MB)

XML (0.17 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Kleine stukjes om te lezen

(1970)–Hans Vervoort–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 64]
[p. 64]

Wandelingen in Christus

Ik was vijf, toen mij van religieuze zijde werd verteld dat alle mensen Engelbewaarders hadden en ik dus ook. Een Engelbewaarder dat was een engel die door Onze Lieve Heer speciaal was uitgezocht om er voor te zorgen dat je niet in moeilijkheden kwam. Al kon je hem niet zien, je mocht toch veronderstellen dat het iemand was van een rijzig postuur, met een edel gelaat en gekleed in een wit en zachtruisend kleed uit één stuk.

Er waren natuurlijk omstandigheden denkbaar waarbij je ook als kleine jongen liever geen pottenkijkers had, maar in het algemeen was de Engelbewaarder mij welkom. Met mijn vriend Ronnie Eekhout ondernam ik - destijds woonde ik in ons Indië - speciale weldoenerstochten, gevolgd door onze twee Engelbewaarders die waardig op hun sandalen voortschreden.

Als wij op straat iemand ontmoetten die er ongelukkig uitzag of bijvoorbeeld in rafels liep, verzonden wij ter plaatse vurige schietgebedjes (een goed schietgebedje behoorde vurig te zijn). Onze boodschappen schoten pijlsnel omhoog, goedkeurend nageblikt door de Engelbewaarders.

Ik was gelukkig in die tijd: als eenvoudig katholiek kon je met simpele middelen toch maar een heleboel doen.

Later, toen ik een jaar of dertien was, nam ik mijn ouders mee naar Nederland. Dat was een grote fout. Ik had het erg druk met het fotograferen van kamelen langs het Suez-Kanaal en met het trekken van de aandacht van een verblindend knap maar doofstom meisje. Toen wij het Noord-Hollands Kanaal binnenvoeren hing ik aan de reling en dacht voor het eerst weer aan mijn beschermengel. Bij mijn eerste blik achterom voelde ik al dat hij verdwenen was. Ik keek naar Holland en wist dat ik daar geen plaatsvervanger hoefde te verwachten. Het was acht uur in de morgen en het regende zacht. Langs het kanaal reden mensen op de fiets mee, zij droegen petten en ongekend zware regenjassen. De Amsterdamse haven viel op door de aanwezigheid van een platte lage boot met het opschrift ‘werpt geen vuil in de grachten.’ In de verte was de binnenstad te zien, een verzameling huizen die inderdaad, zoals mij uit de boeken al bekend was, kouwelijk tegen elkaar aanhingen.

Wij kwamen terecht in een contractpension voor repatrianten in Oss (waar mijn ouders een sterkgroen corduroy plusfourpak voor mij kochten), verhuisden vervolgens naar een contractpension in Hilversum (waar een dame die nog met Bert Robbe op zangles had gezeten ons voornamelijk met panharing voedde) en belandden uiteindelijk weer in Amsterdam.

Daar bezocht ik in de jaren vijftig het St Ignatius College, waar ik opviel door het niet stuk te krijgen groene corduroy plusfourpak en door het dragen van een rode trui die afgaf onder de oksels (ik zal nooit vergeten die keer in het kleedlokaal van het zwembad toen ik mij

[pagina 65]
[p. 65]

uitkleedde en ineens ontdekte dat een kleine jongen met starre angstogen naar mijn bovenarmen keek).

Op het Ignatius College vertoefde toen de bekende pater Van Kilsdonk die daar befaamd was door het mistige basgeluid waarmee hij een halve lettergreep te laat meeliep in de jaarlijkse processie rond de cour (een speelplaats waar de eertijds beroemde Jan Zeegers zijn eerste rondjes hardliep). Ook pater Dreesen - inmiddels bekend als studentenzielverzorger - gaf daar les, een man die mij bij is gebleven omdat hij meer tanden in zijn mond heeft dan een normaal mens kan bevatten. Hij gaf les in economie, op basis van het boek van de gepensioneerde pater Cavadino (na zijn dood werd het onmiddellijk afgeschaft) wiens uiteenzetting over katholieke economie neerkwam op ‘niemand moet meer nemen dan hij nodig heeft’, wat mij getroffen heeft als een diepzinnige en voor een wereld van kloosterlingen ook heel hanteerbare regel.

 

Pater Dreesen, herinner ik me, kon erg mooi vertellen over een klooster in Zuid-Limburg, waar in grotten onder de grond de wijn geteeld werd (nu ik dit neerschrijf begrijp ik er niets meer van, maar het zit nu eenmaal zo in mijn geheugen).

Belangrijk voor onze opvoeding was pater Van Hees, ofwel Het Paard, later journalist bij Het Vrije Volk. Hij gaf ons godsdienstles, waarbij hij steunde op de 5 (of 7 of 9) Godsbewijzen van de Katholieke Kerk. Dat waren bewijzen uit het ongerijmde, waarbij het altijd een probleem bleef wat nu ongerijmder was: het wel of niet bestaan van een God. Uiteindelijk bleek dan ook dat je gewoon in die Godsbewijzen moest geloven, en ik moet zeggen dat Pater Van Hees er in slaagde om ons een heel eind in die richting te helpen.

In die tijd, rond '56, werd een leerling nog op het matje geroepen als hij buiten schooltijd met een meisje werd gezien en daarom was het ook bepaald vooruitstrevend dat pater Van Hees ons (het Ignatius College bevatte uiteraard alleen jongens) seksuele voorlichting gaf. Niets over viezigheid zoals condooms, natuurlijk, het ging om voorlichting over voortplanting. Hij tekende een heel schema op het bord van kleine zaadjes die zich kwispelend voortbewogen in de vrouwelijke ontvangsthal, en ik zie hem nog met zijn lange handen kwispelend voor het bord staan, omhóóg de meer dan levensgrote schede in.

Tijdens die les stond een jongen op die op felle toon protesteerde tegen deze aanschouwelijke voorstelling van zaken, die hij als ontheiliging beschouwde (hij ontpopte zich later ook als homoseksueel) en we hebben nooit gehoord hoe het die zaadjes verder verging.

Het is duidelijk dat ik in deze omgeving geen zachte en vriendelijke Engelbewaarder hoefde te verwachten, die houden het alleen vol in zonniger klimaten waar ook het leed nog pittoresk is.

Dat merkte ik toen ik in de afgelopen zomer met een groep toeristen Tanger bezocht. Aan de kade wachtte hij ons op, gestoken in een lang

[pagina 66]
[p. 66]

kleed uit één stuk, met sandalen aan de voeten en een sereen gezicht. Hij liep voor ons uit door de kashbah, met kalme doordachte passen, en riep af en toe achterom: Opskiete, doorlope... In de kashbah heerste armoede, dat was zelfs voor een leek te zien.

Ik liep vlak achter hem en rekende snel uit hoeveel ik, na aftrek van de te kopen souvenirs over zou hebben om weg te geven.

Ik wilde juist met een royaal gebaar een Dinhar wegschenken toen hij zich omdraaide en mij bij de pols greep. In gebroken Engels legde hij mij uit, dat ik dat niet kon doen omdat we dan de hele kashbah achter ons aan zouden krijgen en ook de volgende groepen daar last van zouden hebben.

Schietgebedjes kende ik niet meer en misschien keek hij daarom wel zo bedroefd toen hij ons nawuifde op de kade van Tanger. Alhoewel, hij had al de resterende Dinhars gekregen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken