Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De verbroedering (1823)

Informatie terzijde

Titelpagina van De verbroedering
Afbeelding van De verbroederingToon afbeelding van titelpagina van De verbroedering

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.29 MB)

ebook (2.74 MB)

XML (0.06 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

toneeltekst (modern)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De verbroedering

(1823)–L.G. Visscher, professor –rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 43]
[p. 43]

Zestiende tooneel.

ERNST, CORNET, LISETTE.
lisette.

Gij draagt reeds kennis van ons ongeluk?

ernst.

O ja, mijn kind, ik heb het met even zoo veel leedwezen als verwondering verstaan. Ik heb nog andere dingen vernomen, die mij insgelijks bedroeven; en daarenboven zoo is de Heer Damas zoo strengelijk bewaakt dat het eene onmogelijkheid is om hem te spreken.

lisette.

En hebt gij dan niemand ontmoet, die u den toegang verleenen kan? Is het u niet mogelijk geweest de politie van zijne onschuld te verzekeren?

ernst.

Helaas, neen!

cornet.

Neen, Mejufvrouw, men was er doof voor onze verklaringen. Men schijnt de zaak op het sleeptouw te willen brengen.

[pagina 44]
[p. 44]
lisette.

Op het sleeptouw. Maar mijn lieve Mijn Heer Cornet:

 
Dan deedt gij zekerlijk uw woord
 
Niet zoo beleefd als dit behoort
 
Voor zulke ambtenaren:
 
En 'k geef u daarom in beraad
 
Of ik mij eens op heeter daad
 
Bij hun wil gaan verklaren.
cornet.

Gij zoudt er niets bij winnen kunnen, want het gevangenhuis is ontoegankelijk, en de raad van justitie komt eerst over veertien dagen bijeen. De voorzitter is ongesteld, de secretaris moet een speelreisje maken en de leden durven het niet op zich te nemen om buiten hen de hangende zaken aftedoen.

lisette.

Maar beklaag u aan de hooge overheid.

ernst.

Wel ja, dat zou zeker niet kwaad zijn.

cornet.

Gij denkt welligt dat men zich overal met zoo veel gemakkelijkheid beklagen kan als bij ons. Neen, mijne vrienden, niet alle volken hebben eenen Koning, die edelmoedig genoeg is om zijne, onderdanen rust te verschaffen ten koste van zijn eigen genoegen.

[pagina 45]
[p. 45]
ernst.

Maar hier toch zoudt gij uwe zaak aan den Gouverneur kunnen voordragen. Die oude dikke Heer zal u zeker met belangstelling hooren.

cornet.

Met niet de minste. En al ware dit, zoo is hij nog moeijelijker te spreken dan een Sultan in zijn Serail.

 
Zij hebben beid' dezelfde grillen;
 
Maar dit is het verschil er van,
 
Dat de een gewis niet op zou willen,
 
En de andere niet op en kan.
ernst.

Goede Hemel, welk eene kolonie, en welk eene regering!

cornet.

Gelukkig Nederland! wat hebben wij daar weinig te vreezen en veel te hopen!

ernst.

En nog zou ik mij vele ongelegenheden getroosten, indien ik slechts zoo veel van mijn vermogen behouden had, om eenen onderdrukten landgenoot te kunnen bijstaan en van het noodige te voorzien; want God weet het, of zij niet barbaarsch genoeg zijn om hem van gebrek te doen omkomen.

[pagina 46]
[p. 46]
cornet.

In tegendeel, Mijn Heer Ernst, hij is te wel van geld voorzien, dan dat men niet alles zou aanwenden om het hem aangenaam te maken. Het spijt mij slechts dat zijne fondsen niet ter mijner beschikking staan: waren zij dit, dan zou ik het middel gevonden hebben om u de deelneming in zijn lot te erkennen en tevens het uwe te verbeteren.

lisette.

Welk eene edele en hartelijke denkwijze!

ernst.

Ja, Lise, het is die van eenen ronden Nederlander, zij heeft mij geroerd en getroffen, en zoo ik zoo ongelukkig niet was geworden, dan zou ik er waarlijk om denken, om hem voor altijd aan u te verbinden, doch:

 
Hoe zeer men mij ook heeft bedrogen,
 
En ik geraakt ben in verdriet,
 
Zoo mis ik ja, al mijn vermogen,
 
Maar ik verloor mijn rondheid niet.
 
 
 
En daar men het in onze dagen
 
Steeds op de duiten heeft gesteld,
 
Zoo kan ik van geen trouw gewagen,
 
Terwijl het mij ontbreekt aan geld.
lisette.

Het schijnt dus dat gij mijnen vader met onze wenschen bekend gemaakt en alles verteld hebt.

[pagina 47]
[p. 47]
cornet.

Inderdaad, lieve Lise, ik heb hem om de hand gebeden van het beminnelijkste meisje dat ik nog immer gezien heb.

lisette.

En hij heeft die geweigerd?

ernst.

Neen, Lise; maar het is onmogelijk geweest om ze te kunnen toestaan. Mijn ongeluk aan de eene zijde verbiedt mij alle schikkingen daar omtrent, aan den anderen kant, zoo heb ik van den Heer Cornet het vooroordeel, de eischen en het verlangen van zijnen vader verstaan, en daar dit alles van zoodanig eenen moeijelijken aard is, dat het mij bezwaren zou om aan het een en ander te voldoen, zoo zult gij genoodzaakt zijn om uwe vereeniging ten eenenmale uit de gedachte te stellen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken