Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674 (1937)

Informatie terzijde

Titelpagina van De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674
Afbeelding van De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674Toon afbeelding van titelpagina van De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.06 MB)

XML (2.58 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
drama

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel
tragedie/treurspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De werken van Vondel. Deel 10. 1663-1674

(1937)–Joost van den Vondel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

De vrepylaer Der Vrye Nederlanden.aant.Ga naar voetnoot*

AEQUORA TUTA SILENT.

 
Nu een eeuwigh zegetekenGa naar voetnoot1
 
Van den zeepais opgehaeltGa naar voetnoot2
 
In de lucht aen 's hemels streeken,
 
Heerlijker dan Memfis naelt,Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Op het hof der Zeven Staeten,Ga naar voetnoot5
 
Vaderen van 't vaderlant,
 
In wiens schaduwe onderzaetenGa naar voetnoot7
 
Rusten, door de sterke hant
 
Van het hoogh gerecht verdaedight,
10[regelnummer]
  Dat dien zeedraek 't hooft verplet,Ga naar voetnoot10
 
Met triomfe ons begenadight,
 
En in 't erf der zeevaert zet.Ga naar voetnoot12
 
Laet, zoo wydt de dyning strant schaeft,
 
d'Afgront bassen uit zijn kolk;Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
't Waterrecht, van Godt gehanthaeft,Ga naar voetnoot15
 
Komt uit 's oorloghs donkre wolk
 
Voor den dagh met schooner glanssen.
 
Houwt nu op dien Vrepylaer
[pagina 316]
[p. 316]
 
's Lants gezegende oorloghskanssen,
20[regelnummer]
  Al het doorgestaen gevaer,
 
Zoo veel dapperheên van braven,Ga naar voetnoot21
 
Die zich queeten voor den Staet,
 
Ondermynt en ondergraven
 
Van 't onthoofde lantverraet,Ga naar voetnoot24
25[regelnummer]
En Leicesterlijke treken,Ga naar voetnoot25
 
Door de blaeuwe vlagh gebroet,Ga naar voetnoot26
 
Om den burgerkrygh te queeken,
 
In een zee van heldenbloet.
 
Houwt hierop het brandend Londen,
30[regelnummer]
  Aengesteeken van Godts hant,Ga naar voetnoot30
 
Tritons, dolfyns, waterhonden,
 
Schutgevaerte op zee en strant.Ga naar voetnoot32
 
Elders dryft de Tucht de branders
 
Van den Teemsstroom met haer zweep.Ga naar voetnoot33-34
35[regelnummer]
d'Overhant braveert met standers,Ga naar voetnoot35
 
Dieze op Karels zeeslot greep.Ga naar voetnoot36
 
Elders wil de Goutzucht boorenGa naar voetnoot37
 
In een gout- en zilvermyn:
 
Maer zy breekt den ysren horen
40[regelnummer]
  Op het slot van Kormantyn.Ga naar voetnoot40
 
Elders vaert een bosch van vlooten
 
Fredrix Kroonenburgh voorby.Ga naar voetnoot41-42
 
Gibraltar ziet van zijn slootenGa naar voetnoot43
 
Duizent vlaggen op een ry,
45[regelnummer]
Langs Tuskane, en Barbarye,
 
Weeligh vliegen af en aen.Ga naar voetnoot46
 
Doever, alle zeevooghdye
 
Eens voor eeuwigh afgestaen,Ga naar voetnoot47-48
 
Ziet de Schipvaert op haer vlogelsGa naar voetnoot49
50[regelnummer]
  Moedigh zweven heene en weêr
 
Als een wolk van watervogels,
[pagina 317]
[p. 317]
 
Onbepaelt van strant en meer.Ga naar voetnoot52
 
Ginder spant de wint de doeken,
 
Die, niet langer achterom,Ga naar voetnoot54
55[regelnummer]
Beide d'Indien bezoeken,
 
t'Huis en uitheemsch wellekom,Ga naar voetnoot56
 
Ingehaelt met ope deuren.
 
d'Oceaen, van smook gestikt,
 
Wort met Indiaensche geuren
60[regelnummer]
  Opgeholpen, en verquikt;Ga naar voetnoot60
 
Ginder 't vreverbont bezegelt,
 
In Breda, die vredestadt;
 
Een verbont, dat woestheit regelt,Ga naar voetnoot63
 
En aen bant leght op een bladt.Ga naar voetnoot64
65[regelnummer]
's Lants Hooghmogentheit, der steden
 
Toevlught, zit voor 't Hollantsch hof,Ga naar voetnoot66
 
In haer kracht, en aengebeden,
 
Met onsterfelyken lof.
 
Eene kroon met zeven straelen
70[regelnummer]
  Geeft een' luister om het hooft,
 
Die de Zevenstar in 't praelen
 
Met gesteente en gout verdooft.Ga naar voetnoot72
 
Keizers, koningen, gezanten,
 
Al wie tegens slaefschen dwang
75[regelnummer]
Zich in 't blanke harnas kanten,
 
Van den op- en ondergang,Ga naar voetnoot76
 
Komen haer van verre groeten,
 
Treên in onderling' verdragh,
 
Daer 't gewelt voor haere voetenGa naar voetnoot79
80[regelnummer]
  Leght verwonnen slagh op slagh.
 
Zij verwelkomt alle heeren.
 
d'Oorloghsamptenaers staen reetGa naar voetnoot82
 
Uit te voeren 't hoogh begeeren,
 
Naer den eisch van hunnen eedt.
85[regelnummer]
Elk ontziet in plicht t'ontbreeken.Ga naar voetnoot85
 
Elk moet zwijgen: zy magh spreeken.Ga naar voetnoot86
 
 
 
J.v. Vondel.

t'Amsterdam, voor de weduwe van Abraham de Wees, op den Middeldam. 1667.

voetnoot*
Van 1667. - Volgens de tekst van de afzonderlike uitgave in plano (Unger no. 698). Het motto, ontleend aan Aeneïs I, 164, betekent: ‘De veilige zeeën worden stil.’
Opschrift: De vrede te Breda werd 31 Juli 1667 getekend. Vondel verbeeldt zich een zuil, als monument voor de behaalde overwinning, en geeft achtereenvolgens (met Elders, vs. 33, 37, 41 en Ginder, vs. 53, 61) aan, welke taferelen daarop uitgehouwen zijn.
voetnoot1
eeuwigh: eeuwigdurend.
voetnoot2
zeepais: de vrede van Breda; opgehaelt: opgebouwd, opgericht (Ned. Wdb. XI, 779).
voetnoot4
Memfis naelt: een Egyptiese obelisk.
voetnoot5
het hof der Zeven Staeten: de vergaderzaal van de Staten-Generaal.
voetnoot7
schaduwe: bescherming.
voetnoot10
dien zeedraek: de Engelse zeemacht.
voetnoot12
erf: vast bezit.
voetnoot14
d'Afgront: de Hel.
voetnoot15
Waterrecht: recht op de zeevaert; van: door.
voetnoot21
braven: dapperen.
voetnoot24
Van 't onthoofde lantverraet: door de verraderlike zeekapiteins, die in de slag bij Lowestoff (zie blz. 183) in het heetst van het gevecht op de vlucht sloegen en daarvoor met de dood gestraft werden. Zie de schimpverzen op hen bij Scheurleer: Onze mannen ter zee ('s Gravenhage, 1913) II, blz. 64-68.
voetnoot25
Leicesterlijke treken: verraderlike streken, als eertijds van Leicester (vgl. Leicesters zede in Zeegevier, vs. 22).
voetnoot26
de blaeuwe vlagh: de Engelse koningsvlag; gebroet: uitgebroed, uitgedacht.
voetnoot30
Aengesteeken van: in brand gestoken door.
voetnoot32
Schutgevaerte: geschut.
voetnoot33-34
de Tucht: als allegoriese figuur, die de Britse branders naar de Teems terugdrijft.
voetnoot35
d'Overhant: de Overwinning, eveneens als allegorie; braveert: praalt.
voetnoot36
Karels zeeslot: de Royal Charles (vgl. De Zeeleeu, vs. 45).
voetnoot37
de Goutzucht: als gehorend monster afgebeeld (vgl. vs. 39).
voetnoot40
het slot van Kormantyn: door De Ruyter in Febr. 1666 veroverd (vgl. blz. 220).
voetnoot41-42
Vgl. deel 8, blz. 648.
voetnoot43
Gibraltar blijkens het ritme met accent op de eerste lettergreep; slooten: vestingen.
voetnoot46
Weeligh: beweeglik.
voetnoot47-48
Doever (met oe-klank). Absolute constructie: dat ... afgestaan heeft.
voetnoot49
de Schipvaert: opnieuw een allegoriese figuur.
voetnoot52
onbepaelt van: niet beperkt, belemmerd door.
voetnoot54
niet langer achterom: nl. om Ierland heen, een weg die de schepen moesten nemen, zolang het Kanaal, tijdens de oorlog, afgesloten was.
voetnoot56
uitheemsch: buitenslands (vgl. Zeegevier, vs. 26).
voetnoot60
Opgeholpen: op de been gebracht, hersteld.
voetnoot63
woestheit regelt: uitspattingen verhindert.
voetnoot64
op een bladt: in een vredestraktaat.
voetnoot66
't Hollantsch hof: de Statenzaal.
voetnoot72
verdooft: doet verbleken.
voetnoot76
den op- en ondergang: het verre Oosten en Westen.
voetnoot79
Daer: terwijl.
voetnoot82
d'Oorloghsamptenaers: de aanvoerders en functionarissen in oorlogstijd; reet: gereed.
voetnoot85
Ieder waakt er voor, in zijn plichtvervulling niet te kort te schieten.
voetnoot86
zy: 's Lants Hoogmogentheit (vs. 65).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De werken van Vondel (10 dln) (WB-editie)


auteurs

  • Leo Simons

  • C.R. de Klerk

  • J. Prinsen J.Lzn

  • H.W.E. Moller

  • B.H. Molkenboer

  • J.F.M. Sterck

  • L.C. Michels

  • C.G.N. de Vooys

  • C.C. van de Graft

  • J.D. Meerwaldt

  • A.A. Verdenius


Over dit hoofdstuk/artikel

plaatsen

  • Breda