Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Schets van de Nederlandse letterkunde (1966)

Informatie terzijde

Titelpagina van Schets van de Nederlandse letterkunde
Afbeelding van Schets van de Nederlandse letterkundeToon afbeelding van titelpagina van Schets van de Nederlandse letterkunde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.89 MB)

Scans (16.89 MB)

ebook (3.30 MB)

XML (0.92 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie
non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Schets van de Nederlandse letterkunde

(1966)–Garmt Stuiveling, C.G.N. de Vooys–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 153]
[p. 153]

112. Historische samenhangaant.

De voortzetting van de impressionistische dichtkunst vindt men voornamelijk bij

frans bastiaanse, 1868-1947,
joannes reddingius, 1873-1944, en
jan prins, 1876-1948.

Duidelijke verwantschap, ondanks grote onderlinge verschillen, tonen de Vlamingen

arnold sauwen, 1857-1938,
victor de meijere, 1873-1938, en
omer k. de laey, 1876-1909.

De socialistische beweging, waartoe zeer vele kunstenaars zich aangetrokken voelden, heeft behalve op Herman Gorter en Henriëtte Roland Holst ook invloed uitgeoefend op

a. van collem, 1858-1933, en
c.s. adama van scheltema, 1877-1924.

Het volkslied, dat Adama van Scheltema wenste, is met een zeer persoonlijke humor wel het best bereikt in de bundels Liedjes van

j.h. speenhoff, 1869-1945.

Als opstandig populair dichter sluit de Vlaams-nationale

rene de clercq, 1877-1932, bij hen aan. Evenzeer Vlaams nationalist als deze laatste, maar tegelijk bezield katholiek, en van taal veel retorischer, is de priester

cyriel verschaeve, 1874-1949, wiens belangrijkste werk na de eerste wereldoorlog is ontstaan.

Het naturalistische proza wordt met virtuositeit beoefend door

israël querido, 1872-1932,
en in soberder en somberder stijl door
j. van oudshoorn, 1876-1951.

Het heeft ook in Vlaanderen vertegenwoordigers, zoals

gustaaf vermeersch, 1877-1924, en
lode baekelmans, 1879-1965.

Het psychologisch realisme verliest zijn naturalistische inslag bij

f.v. toussaint van boelaere, 1875-1947,
c. en m. scharten-antink, 1878-1950 en 1869-1957,
ina boudier-bakker, geb. 1875,
top naeff, 1878-1953, en
carry van bruggen, 1881-1932.
[pagina 154]
[p. 154]

Bijzonder talrijk zijn de vrouwelijke auteurs die zich bepalen tot een eenvoudige weergave van de werkelijke levensverhoudingen uit de kleine burgerij. Zedelijke motieven doordringen deze werkelijkheidsuitbeelding in de romans van

gerard van eckeren, 1876-1951;

protestantse ideeën beheersen het verhalende proza van

wilma [schrijversnaam van w. vermaat] geb. 1873,
en katholieke ideeën dat van
marie gijsen, 1856-1931.

Ook het toneel is sterk door het realisme beïnvloed. Behalve bij figuren als Emants, Van Nouhuys en vooral Heijermans, doen de moderne sociale en psychologische inzichten zich gelden bij

josine a. simons-mees, 1863-1948,
frans mijnssen, 1872-1954,
willem schürmann, 1879-1915,

en verscheidene anderen. Tezelfdertijd echter streefde de toneelspeelkunst en in het bijzonder de regisseur Willem Royaards naar verinnerlijking en stilering.

De nieuwe, aan het realisme tegengestelde stroming in de prozakunst, die men met enig voorbehoud ‘neo-romantisch’ kan noemen, is voornamelijk tot uiting gekomen in het werk van

arthur van schendel, 1874-1946,
aart van der leeuw, 1876-1931,
p.h. van moerkerken jr., 1877-1951,
nico van suchtelen, 1878-1949, en
nine van der schaaf, geb. 1882.

De meesten van hen zijn medewerkers geweest aan De Beweging; dat is ook het geval met een groot deel van de volgende dichters. Voor-Indische mystiek vervult het werk van de dichter-wijsgeer

j.a. der mouw, 1863-1919.

De joodse godsdienst en joodse tradities inspireerden

jacob israël de haan, 1881-1924.

Calvinistische naast classicistische elementen vindt men bij

geerten gossaert, 1884-1958.

De meer esthetische sfeer van de generatie-1910, beïnvloed door de Franse poëzie van Baudelaire tot de symbolisten, kenmerkt

p.n. van eyck, 1887-1954,
j.c. bloem, geb. 1887,
[pagina 155]
[p. 155]
a. roland holst, geb. 1888,
j. greshoff, geb. 1888,
h.w.j.m. keuls, geb. 1883, en
albert besnard, geb. 1887.

Naar de leeftijd hoort hierbij ook dr. f. schmidt-degener (1881-1941), die gedichten schreef in de trant van Paul Valéry, en enige voortreffelijke essays, gebundeld als Phoenix (1942).

Met hen verwant is de begaafdste dichter uit de Boomgaardgroep jan van nijlen, 1884-1965.

Van hen allen is de ontwikkeling langzaam en langdurig geweest, zodat hun publikaties uit de periode tussen de twee wereldoorlogen hun vroegere werk veelal in belang overtreffen.

Het proza van de generatie-1910 stond aanvankelijk ver achter bij de poëzie. Een eenvoudige hartelijke vertelkunst kenmerkt

felix timmermans, 1886-1947,
ernest claes, geb. 1885,
en met een sterke socialistische inslag
a.m. de jong, 1888-1943.

Een geheel eigen plaats wordt ingenomen door twee auteurs, wier bijzondere begaafdheid zich eerst later heeft ontplooid:

f. bordewijk, 1884-1965,
en de ironische Antwerpenaar
willem elsschot, 1882-1960.

Zijn Amsterdamse geestverwant nescio [schuilnaam van j.h.f. grönloh, 1882-1961] heeft na de meesterlijke bundel verhalen Dichtertje, De uitvreter, Titaantjes [1918] nauwelijks nog iets gepubliceerd, totdat zijn uitzonderlijk talent opnieuw bleek uit de bundel Boven het dal [1961].

Tot deze generatie behoren ook de journalist-literator dr. p.h. ritter jr. [1882-1962], de auteur van de fijnzinnige Zeeuwsche mijmeringen (1919), die vooral als radio-criticus naam heeft gemaakt en dirk coster [1887-1956], die als redacteur van het maandblad De Stem bij het volgende hoofdstuk zal worden besproken.

Voortreffelijk geschiedkundig proza is geschreven door de Leidse hoogleraar j. huizinga [1872-1945] in zijn cultuur-historisch meesterwerk Herfsttij der Middeleeuwen [1919] en zijn biografie Erasmus [1924]; en door zijn Utrechtse collega p. geyl [geb. 1887], o.a. Reacties [1952].


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken