Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vlammende verten (1926)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vlammende verten
Afbeelding van Vlammende vertenToon afbeelding van titelpagina van Vlammende verten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.30 MB)

ebook (2.88 MB)

XML (0.06 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vlammende verten

(1926)–Margot Vos–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 11]
[p. 11]

Zang des levens

 
Ik kom als een voog'l uit de vochtige diepten der wouden
 
En zing mijn lied met de vlerken nog dauwbelaân;
 
De wind loopt zacht langs de zilv'ren vloeren der varens
 
En luistert en fluistert: waar haalt ge dat lied vandaan?
 
 
 
Ik zing mijn lied; de morgen heeft alle beloften
 
Mij tot een geluk in levenden toon gezet;
 
Een wijze wandelt de wegen der witte gepeinzen
 
En luistert en fluistert: een jubelend levensgebed?
 
 
 
Ik zing mijn lied; het tintelend water der wereld
 
Ontwaakt in mijn zangen en stroomt door den golvenden grond;
 
Een stormige knaap komt zich over zijn oevers buigen
 
En luistert en fluistert: een dronk voor mijn dorstigen mond?
 
 
 
Ik zing mijn lied; de bergen ontwaken en dreunen
 
En werpen de vreugde met vlammende vleugels uit;
 
Een wolk verduistert den hemel: haar volgelingen
 
Die luist'ren en fluist'ren: waar sprong deze lichtklank uit?
 
 
 
Ik zing mijn lied; daar schuimt het van bloesem en honing,
 
Daar duikt de duif aan den droomenden lorketak;
 
In 't woud der menschheid rijzen zoo machtig de boomen;
 
Het ruischt er en fluistert: o, ziel, dat gij eindelijk sprak!
 
 
[pagina 12]
[p. 12]
 
Ik ben haar ziel, ik kom uit haar hart gevlogen,
 
Ik wieg in den top van den boom der opstandigheid;
 
Naar alle de verten houd ik de koorden gespannen,
 
Opdat mijn gezang als de wind door de wereld glijdt.
 
 
 
Ik vloog uit het woud, ik weet de verborgen schatten,
 
Die liggen in ruischende kruinen duister bewaard,
 
Die liggen in ranke stammen teeder gedoken.
 
Die liggen in loovers en knoppen oneindig gegaard.
 
 
 
Elk mensch is een boom met den wortel in 't eeuwige leven,
 
De kroon in de onstuimige winden der tijdelijkheid;
 
In 't nest aan den top beidt de jonge onvolgroeide vogel
 
Der ziel met verlangende oogen zijn vleugeltijd.
 
 
 
Ik kom als een bode uit de borr'lende diepten des levens
 
En zing het lied waar de vlerken van groeien gaan.
 
Zwel aan dan, zang, dat het klapwiekt door al de gewelven
 
En oov'ral de vleugels goudblank in den dag opslaan!

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken