Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nagelaten en verspreide letter-arbeid (1826)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nagelaten en verspreide letter-arbeid
Afbeelding van Nagelaten en verspreide letter-arbeidToon afbeelding van titelpagina van Nagelaten en verspreide letter-arbeid

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.90 MB)

XML (0.80 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

verhalen
verzameld werk
non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nagelaten en verspreide letter-arbeid

(1826)–Jacob Vosmaer–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina III]
[p. III]

[Eerste deel]

Voorberigt.

Persoonlijke omgang vroeger en nooit afgebroken briefwisseling later leerden mij den, om zijne wetenschappelijke verdiensten, in Nederland algemeen hooggeachten vosmaer van nabij kennen, en telkens meer de vriendschap op prijs stellen, welke ons, sedert zijn verblijf te Haarlem, verbond. Griefde mij dus reeds zijne ligchamelijke zwakheid, die met de sterkte van zijn' geest geen' eenparigen tred mogt houden, - diep trof mij zijn treurig overlijden in de kracht des mannelijken levens. Mogten zij, die zich in denzelfden wetenschappelijken kring, als hij, bewegen, alleen in staat zijn, zijne uitgebreide kunde in onder-

[pagina IV]
[p. IV]

scheidene vakken regt te laten wedervaren, zijne heldere denkenskracht, zijne gezonde wijsbegeerte, zijne luimige voorstelling van waarheden, welk zijn grondig onderzoek opdolf, zijne nederigheid en bescheidenheid bij zoo veelzijdige verdiensten, vielen ieder, die hem meer dan oppervlakkig kende, in het oog, en ontsnapten dan ook mij niet ten eenemale. Ik kon dus, na zijn afsterven, den wensch niet onderdrukken, om alle uitvloeiselen eener zoo welige bron van levenswijsheid en kennis, als onwillig bijna uit 's mans geest en hart gedurig ontwelde, bevorderlijk te doen zijn, ter vermeerdering van het geluk, de zedelijke en ligchamelijke gezondheid zijner landgenooten. Zoo gestemd, moest mij het aanbod ter uitgave van dezen bundel nagelaten en verspreiden letterarbeid, mij door de achtenswaardige Familie des voor zoovelen te vroeg gestorvenen gedaan, vereerend en welkom zijn, terwijl het haar aangenaam was, van den Heere j.w.yntema vrijheid te hebben bekomen, in denzelven van die stukken gebruik te maken, welke tot een sieraad van het Mengelwerk der Vaderlandsche Letteroefeningen van tijd tot tijd gestrekt hadden. Op goeden grond geloof ik, dat het Nederlandsch publiek zoowel zijne welwillendheid, om het loffelijk oogmerk van vosmaer's aanverwanten te bevorderen, zal toejuichen, als hun voor

[pagina V]
[p. V]

derzelver besluit tot de uitgave van de onder hen berustende stukken dankbaar zijn. Genoeg is het voorzeker, om het leven en de wandelingen van meester Maarten Vroeg bij hetzelve te noemen, om deszelfs aandacht te vestigen op het werk van een' Nederlandsch schrijver, die, ware hem langer loopbaan vergund, voor een' steele, een' van effen, een' rabener, in zijne geestige vertoogen, vol met echt attisch zout gekruide scherts en met oorspronkelijke luim gesausten ernst, niet zou hebben behoeven te wijken. Ik laat aan de beslissing des goed gunstigen lezers gaarne over, in hoeverre de voortbrengsels in dit boekdeel verzameld (zoo die, welke reeds het licht zagen, als nu voor het eerst verschijnen) hem hierop reeds aanspraak geven; maar houd mij overtuigd, dat alle eenen geest ademen, die getrouw opgevangen en meer en meer doordringende tot de onderscheidene standen der menschelijke zamenleving, niet nalaten kan, het gebied van gelouterde kennis, ware deugd en ongeveinsde godsvrucht van lieverlede uit te breiden. Is dit inderdaad het geval, dan zal ik mij verheugen, tot de uitgave dezer verzameling van nagelaten en verspreiden letterarbeid (waarvan een tweede deel, in grootte

[pagina VI]
[p. VI]

aan dit gelijk het laatste zal uitmaken, en dadelijk ter perse is) van eer' vriend, wiens nagedachtenis mij altijd dierbaar zal blijven, ook iets te hebben mogen medewerken.

 

Haarlem

den 31 Augustus 1826.

 

DE UITGEVER.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken