Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee (1951)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee
Afbeelding van Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wondersleeToon afbeelding van titelpagina van Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.80 MB)

Scans (6.41 MB)

ebook (5.61 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Illustrator

Tjeerd Bottema



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen
non-fictie/schoolboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaap en Gerdientje. Deel 3. De wonderslee

(1951)–Anne de Vries–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 54]
[p. 54]

14. 'Je durft niet!'

Er gaat een troepje kinderen door het stille witte bos.

Jaap en Gerdientje lopen voorop. Zij weten de weg door het bos. Ze gaan naar Polleke toe. Ze gaan hem vragen, of hij bij Jaap op het kerstfeest komt.

En al die anderen wilden graag mee. Kees Verkuil en Nel en Toosje, Wim van de dominee en nog veel meer. Want Jaap heeft ze verteld van Polleke en van zijn mooie slee. En die slee, die wonderslee, die wilden ze allemaal zien!

Het is erg koud. De wind is Oost en het heeft vannacht hard gevroren. Maar de kinderen zijn niet bang voor de kou. Ze hebben warme jassen aan. Ze hebben dikke dassen om. Ze vinden de kou juist fijn!

Laat het maar vriezen, hoor!.... Dan komt er ijs. Dan kunnen ze schaatsenrijden.

Ze komen bij de grote plas. Daar waait het zo hard. De wind jaagt recht op ze aan. Hij blaast ze in hun gezicht en hun wangen worden rood. Hij bijt ze in hun neuzen en die neuzen worden blauw. Maar ze lachen tòch!

En Wim van de dominee rent ineens vooruit.

[pagina 55]
[p. 55]

'IJs!' roept hij. 'Kom jongens, ijs!.... Zullen we zien, of het houden kan?'

Ze rennen allemaal mee naar de kant. Kees vindt een groot stuk hout en gooit het op het ijs.

illustratie

Maar het gaat er niet door! Het glijdt naar het midden van de plas. Daar blijft het liggen.

Wim vindt een stuk, dat nog groter is. Eén, twee, hup, daar gaat het!.... Het komt neer met een harde bons en een grote ster springt in het ijs. Maar het gaat er nòg niet door, hoor!...

En nu proberen alle jongens, hoe sterk het ijs

[pagina 56]
[p. 56]

al is. De een gooit er een steen op. De ander stampt er op met zijn voet. En Wim durft het best. Die loopt er al op, dicht langs de kant.

Maar Jaap staat er bij en doet niets. O, hij wil wel graag meedoen! Hij wil zo graag ook eens stampen op het ijs. Of ook een paar stapjes doen langs de kant. Maar Jaap durft het niet. En hij wil het ook niet.

Want Vader heeft gezegd: 'Jaap, je komt nog niet op het ijs, hoor!.... Je zet nog geen voet op het ijs!'

En dàt heeft Jaap beloofd.

Ja, zó zei Vader het: 'Geen voet op het ijs!....' Dus óók niet even stampen? Ook niet proberen, of het al sterk genoeg is?....

Kijk, nu lopen er al meer jongens op!....

'Kom Jaap,' roepen ze, 'kom óók hier!.... Het kan al best houden, hoor!'

En Wim van de dominee danst op het ijs en plaagt: 'Ha, Jaap durft niet!.... Jaap durft niet!.... Jaap blijft bij de meisjes!'

Krak.... krak!.... zegt het ijs onder zijn voeten.

Wim schrikt er van. Hij vliegt naar de kant. Hij is ineens stil. En alle jongens lachen hem uit.

Jaap lacht ook mee. Maar Jaap wordt toch ook een beetje verlegen.

'Ik durf best!' zegt Jaap. 'Maar ik màg niet van mijn vader. En daarom doe ik het niet.'

'Jij bent bang,' zegt Wim.

[pagina 57]
[p. 57]

Maar nu wordt Jaap kwaad.

'Bang?' roept hij. 'Ik ben helemaal niet bang! Maar het ijs is nog niet sterk! Wedden, dat ik er doortrap met mijn klomp?'

'Vàst niet!' roept Wim. 'Doe het dan eens!'

Jaap zit al aan de kant.

'Geen voet op het ijs!....' zei Vader.

Maar dit hindert toch niet?.... Jaap past immers wel op!....

Jaap trapt zo hard hij kan. Het ijs kraakt. De klomp kraakt ook. Maar de klomp is toch het sterkst.

'Nog één keer!' roept Jaap. 'Pas op, hoor! Dáár gaat ie!....'

Hij trapt toe. En dàn gebeurt het ongeluk.

Jaaps klomp vliegt van zijn voet. Zijn klomp glijdt over het gladde ijs.... verder.... àl verder.... tot midden op de plas.

'Dáár gaat ie!' schatert Wim.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken