Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het rad der fortuin (1948)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het rad der fortuin
Afbeelding van Het rad der fortuinToon afbeelding van titelpagina van Het rad der fortuin

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.91 MB)

Scans (20.45 MB)

ebook (4.20 MB)

XML (0.81 MB)

tekstbestand






Illustrator

Charles Roelofsz



Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het rad der fortuin

(1948)–Theun de Vries–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

IV

Het leven werd kleurloos en leeg en Ruth's eenzaamheid nam toe. Carla was afzijdiger dan ooit en las maar, sinds ze niet spelen mocht; mama sloot zich hele dagen in haar kamer met het dikke tapijt en de ingelegde meubels op en versnipperde er stapels brieven tot fijne confetti. Sieboldjes neuriën was onderdrukt en verstomde af en toe beschaamd. De onbekende heilige stond roerloos en blind voor zich uit te staren; vaders kamer was voorgoed op slot. Alles was zo triest, dat Ruth er nu naar gesnakt zou hebben, dat Egmont haar weer dwong tot bijbelse lessen bij de blauwe tegels van het trappenhuis; maar Egmont jachtte elke dag zijn huiswerk af en ging de straat op.

Pas in de winter was de rouwtijd om, en Carla mocht voor het eerst mee naar de kleine comédie in de St. Jansstraat; ze kreeg een prachtige japon van geschoren fluweel met uitgespaarde bloemen in dofrood. Er rilde iets zaligkouds over Ruth's rug, toen ze bij het uitpakken stond, en het modische wonder uit het zachte vloeipapier kwam. Carla was zo mooi, en alle mooie dingen kwamen het eerst bij haar.

Ruth voelde zich klein en grauw en lelijk naast de grote, welgeschapen zuster. Nog dikwijls kroop ze onder het raam met het gekleurde glas, maar zelfs de huiverige verbeeldingen waren niet sterk genoeg meer, om haar het beeld te doen haten, dat ze des avonds en des morgens bij het kleden in het nuchterkoude glas van de spiegel zag - een kind in de schonkige,

[pagina 190]
[p. 190]

onooglijke groei, Jinks en houterig als een jongen. Ze had ook volwassen willen zijn, en droomde van elegante capes en rotondes en bontkragen en zag zichzelf zachtbekoorlijk en blozend en bewonderd. Maar met een duistere zelfverachting werd ze uit de jaloerse en zinledige dromen wakker. - Alles viel haar moeilijk; ze was slordig op school en kreeg slechte cijfers.

Het scheen ook, dat ze armer waren geworden, sinds vaders practijk verkocht was; oom Julien kwam herhaaldelijk bij mama, en ze spraken over een lijfrente en obligatie's, die onverhandelbaar waren, maar Ruth stelde geen belang in de zaak; ze was alleen vol heimelijke vreugde, toen Carla op het weldadigheidsbal ondanks haar tranen en uiteindelijk voetgestamp geen nieuwe japon mocht laten maken. Mama zelf kocht vrijwel niets meer, en Egmont en Ruth liepen steeds in oude pakjes, en kregen minder zakgeld.

Carla had de meisjes-HBS doorlopen en ging het komende voorjaar met een familie Gheel naar Zwitserland. Alles was zeer discreet geregeld, en mama kon aan alle kennissen vertellen, dat de reis zo goed zou zijn voor Carla's Frans; maar Egmont bromde op de avond, dat Ruth en hij het nieuws hoorden:

- Ik begrijp al dat kale gedonder in deze familie niet. Iedereen weet toch, dat vader bijna niets naliet. En al heeft mama dan haar trots, waarom verbergt ze voor ons, dat Claar door de Gheels betaald wordt?

Ruth begreep het niet. - Is ze dan niet geïnviteerd?

Egmont gooide zijn boekentas met een zwaai op de werk-tafel:

- Geïnviteerd? Meid, ze moet op de kinderen van de Gheels passen... de kleine op het potje zetten, en weet-ik-veel. Een bonne, en niks meer.

Het rauwe nieuws wekte Ruth's lichtgeschrokken leedvermaak. Het huis werd leger, maar ze miste Carla niet, toen deze vertrokken was. Carla droeg bij haar uittocht een grijs slank costuum, waardoor een haast onzichtbaar ruitje liep, en zag er met haar kleine hoed en wit gezicht ongenaakbaar

[pagina 191]
[p. 191]

uit. Maar Egmont vertelde Ruth des avonds bij het huiswerk maken, dat moeder, om Carla's uitrusting te kopen, allerlei dingen uit de snuisterijenkast had genomen en van de hand gedaan.

Hijzelf ging in het volgend voorjaar naar Amsterdam; mama kon geen toezicht meer op hem houden, en hij ontsnapte des avonds dikwijls; en oom Julien was weer gekomen, en had lang met hem gepraat, en nu zou hij bij oom gaan wonen, die ook voor zijn opvoeding zorgen zou.

Het leven leek triester dan ooit en Ruth ontweek meer dan voorheen de mensen. Ze hernam ook haar oude gewoonte, om naar den stenen heilige in het trappenhuis te staren, als niemand haar zag; een huiverige afschuw, of die grijze ogen niet ééns zouden kunnen gaan leven en opengaan, bande haar aan de plek; en als het ogenblik van de heftigste vrees kwam, gilde ze niet meer, maar ging ze, vervuld van adembenemende, vernietigende angst naar boven.

Ze was ongelukkig, ze hield niet van mama, en naar tante Flora dorst ze niet toegaan; die moest wel héél slecht zijn. Haar angst diende enkel, om haar afkeer van mama te rechtvaardigen, om in zichzelf gekromd te kunnen staren en stamelen: Ze laten me allemaal alleen, niemand geeft wat om me - en met zalige wrevel te genieten van haar verschopte reddeloosheid. -

Mama wilde niet zien, hoe ze zich in eenzaamheid pijnigde en vermoeide, en hoe haar kinderlichaam voor een grote ommekeer stond. Ruth had op school van alles gehoord, maar toen ze voor het eerst de zonderlinge krampende pijn voelde en bloed op haar kleren vond, verschrok ze heftig. Ze had niet de moed het aan mama te vertellen, maar des middags glipte ze in haar wanhoop naar tante Flora, die haar blij verwonderd opendeed - tante Flora woonde al weer in een kleiner huis en had geen meisje meer - en in de armen sloot.

- Wat ben je lang geworden... Kind, wat scheelt jóu?

Binnen snikte Ruth haar verslagenheid uit. Tante Flora zuchtte een keer bij het verhaal, zodat Ruth even bevreemd opkeek uit haar ineengezakte houding in het hoekje van de

[pagina 192]
[p. 192]

grote stoel. Maar toen streek tante Flora haar over het hoofd en begon haar uitleg te doen, en Ruth luisterde met verbaasde spanning. Later kwam oom Lex ook, zijn blonde snor werd al grijs, en hij droeg nog altijd het blauwe pak met het streepje, dat zo kaal op de ellebogen glom. Hij tikte haar op de wang, en Ruth zat in angst, dat tante alles zou zeggen, maar tante zweeg ervan en sprak over andere dingen, en oom Lex vertelde iets grappigs en Ruth was gerustgesteld.

Een uur daarna ging ze, een beetje trots en duizelig, naar huis terug. Maar des avonds verscheen tante Flora onverhoeds aan de Oude Gracht; de dribbelend verschrikte Sieboldje diende haar bij mama aan. Ruth, die naar de corridor was gegaan, toen ze tante hoorde, vernam de stemmen binnen; ze liep een paar treden af; tante Flora praatte gedempt, maar rustig helder, mama kwijnend en gechoqueerd.

- ...Onverantwoordelijk... deze moeilijke leeftijd... niet gewaarschuwd -!

- Maar Flora! Daarover spréékt men toch niet!

Ruth was snel naar de werkkamer teruggelopen. Daarover spreek je niet, had mama gezegd. Maar tante Flora had het wel gedaan. Een hete doffe woede ontgloeide in haar. Ze zag eensklaps het verschil tussen mama en tante Flora. Nee, tante Flora kon niet slecht zijn, wat ze ook van haar zeiden; mama, die zich eeuwig achter haar kwaaltjes verschool en de kinderen tyranniseerde, die veronachtzaamde je en liet je onwetend, terwijl tante Flora zich bij al haar eigen zorgen over je ontfermde. - Ze hoorde na vijf minuten, wat ze zelfs huizen ver vernomen zou hebben: mama's snikken, de verfoeilijke tranen, waarmee ze alle moeilijkheden afsneed en andere mensen dwong, haar te ontzien. Ruth wachtte gespannen, tot ze tante zou horen gaan, en toen ze haar stappen in het trappenhuis vernam, rende ze naar beneden en kuste ze haar met onstuimige dankbaarheid. Tante Flora's wangen waren warm en donker van verontwaardiging, maar haar ogen vonkten goudig en ze had een jonge weldadige lach:

- Kom je nu gauw weer eens bij ons, kleine Ruth?

[pagina 193]
[p. 193]

Ruth bezwoer het met wilde geestdrift.

 

Het leek wel, of ze elke dag veranderde. Haar benige jongensachtigheid rondde zich rank en evenwichtig af; ze was vol trots op de kleine borsten, die zich in de slaap der voorjaarsnachten onweerstaanbaar leken te vormen. Het zorgelijk kindergezicht met de brede, lelijke mond werd tot een gaaf zacht ovaal voltooid; de lippen tekenden zich vast en welvend. Ze zag, dat ze mooie ogen had, reebruin en langgewimperd onder donkergeboogde wenkbrauwen. Haar veranderd uiterlijk gaf haar een onverhoeds zelfbewustzijn; ze werd oplettender op school en in het najaar had ze alle lage rapportcijfers opgehaald.

Carla kwam in September thuis. Ze was licht geblanket en haar haren waren door een kapster in dikke krullen gelegd, achter de oren; ze droeg ook een corset; dat zag Ruth de eerste avond al, nadat ze zich had afgevraagd, hoe Carla's middeltje zo dun kwam. Maar Ruth voelde zich fier en vrij tegenover haar zuster, die haar al dadelijk met verwonderd gekwetste blik had begroet: het onaanzienlijke eendje was een zwaan geworden.

Toen Ruth die blik bemerkt had, wist ze, dat ze een van haar friomfantelijkste overwinningen vierde.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken